Paragrafen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) stelt dat een aantal verplichte paragrafen moet worden opgenomen in de programmabegroting. Zij geven, als een dwarsdoorsnede door de programma’s, inzicht in een aantal bedrijfsvoeringsaspecten van de gemeente. De paragrafen zijn:

  1. Lokale heffingen
  2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
  3. Onderhoud kapitaalgoederen
  4. Financiering
  5. Bedrijfsvoering
  6. Verbonden partijen
  7. Grondbeleid
  8. Openbaarheidsparagraaf Wet open overheid (Woo)

 

Paragraaf Lokale heffingen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Deze paragraaf geeft inzicht in de belastingen, heffingen en leges die de gemeente Lansingerland heft. De paragraaf toont de tariefontwikkeling, de opbrengsten en de lokale lastendruk. De lokale heffingen zijn een belangrijke bron van inkomsten voor de gemeente.

We onderscheiden twee soorten heffingen: heffingen waarvan de besteding gebonden is aan de activiteit waarop de heffing betrekking heeft (zoals de rioolheffing en de afvalstoffenheffing) en de gemeentelijke heffingen die als algemene dekkingsmiddel mogen worden ingezet, waarvan de besteding niet van te voren is bestemd (zoals de onroerende zaakbelasting en de hondenbelasting). 

De gemeente Lansingerland kent de volgende belastingen en rechten:

  1. Onroerende zaakbelasting Woningen ( OZB );
  2. Onroerende zaakbelasting Niet woningen ( OZB );
  3. Afvalstoffenheffing;
  4. Rioolheffing;
  5. Lijkbezorgingsrechten;
  6. Leges burgerzaken;
  7. Leges bouw;
  8. Hondenbelasting;
  9. Marktgelden.

 

 

Overzicht opbrengst lokale heffingen

Terug naar navigatie - Overzicht opbrengst lokale heffingen

In onderstaand overzicht staan de opbrengsten aan lokale heffingen van de belangrijkste heffingen in zowel 2022 en 2023 en de afwijking in 2023 ten opzichte van de begroting.

De hogere opbrengst op lokale heffingen wordt met name veroorzaakt door hogere baten op de leges Bouw en de afvalstoffenheffing. In december 2023 ontvingen wij meer dan het dubbele aantal aanvragen dan normaal. Vanwege de invoering van de Omgevingswet per 1-1-2024 kozen veel aanvragers ervoor om een aanvraag in 2023 onder de Wabo in te dienen.

 

 

Bedragen x € 1.000
Realisatie 2022 Primitief 2023 Begroot 2023 Realisatie 2023 Afwijking 2023
OZB woningen 9.097 9.391 9.391 9.370 -21
OZB niet-woningen 9.655 10.150 10.870 10.731 -139
Afvalstoffenheffing 7.199 7.116 7.116 7.347 231
Rioolheffing 6.974 7.056 7.214 7.215 1
Lijkbezorgingsrechten 209 240 240 226 -14
Leges burgerzaken 656 591 506 632 126
Leges bouw 2.515 2.355 2.355 4.170 1.815
Hondenbelasting 311 299 299 325 26
Marktgelden 52 71 71 61 -10
Precariobelasting, uitstallingen 44 45 45 44 -1
Precariobelasting, kabels en leidingen 0 0 0 0 0
Totaal 36.711 37.314 38.107 40.121 2.013

COELO Atlas en woonlasten

Terug naar navigatie - COELO Atlas en woonlasten

Het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden) publiceert ieder jaar de zogeheten “Atlas van de lokale lasten”. Onderdeel van deze atlas is een tarievenoverzicht. Het overzicht 2023 is hieronder opgenomen, aangevuld met de gegevens van Lansingerland.

Ondanks een relatief hoog gemiddelde WOZ-waarde in de Gemeente Lansingerland ( € 474.000) ten opzicht van het landelijke gemiddelde ( € 369.000) zijn de gemiddelde woonlasten in Lansingerland 0.8% hoger dan het landelijke gemiddelde. Dit wordt gerealiseerd omdat de door de gemeente Lansingerland gehanteerde OZB-tarieven van woningen en niet-woningen in 2023 onder het landelijke gemiddelde lagen.

Bedragen x € 1,-
Laagste 2023 Gemiddelde 2023 Hoogste 2023 Lansingerland 2023 afwijking in %
OZB woningen (eigenaar) 0,0323% 0,0890% 0,2034% 0,0777% -12,70%
OZB niet-woningen (eigenaar+gebruiker) 0,0902% 0,5381% 1,3025% 0,5117% -4,91%
Afvalstoffenheffing (meerpersoonshuishouden) 35 309 491 226 -26,86%
Rioolheffing 84 213 477 260 22,07%
Hondenbelasting (eerste hond) 0 34 137 86 152,94%
Woonlasten (meerpersoonshuishouden) 652 960 1.874 968 0,83%
Bron: Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO)

Woonlasten en de tarieven in de regio

Terug naar navigatie - Woonlasten en de tarieven in de regio

In de Atlas van de lokale lasten wordt inzicht gegeven in de gemeentelijke woonlasten. Daarbij wordt het gemiddelde bedrag berekend dat een meerpersoonshuishouden op basis van de gemiddelde WOZ waarde van een eigen woning in de betreffende gemeente betaalt aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. In de ons omringende gemeenten hebben de gemiddelde woonlasten voor meerpersoonshuishoudens zich als volgt ontwikkeld.

De woonlasten 2023 bedragen landelijk gemiddeld € 960. Lansingerland is de enige van de omliggende gemeenten waar de lokale lasten een fractie zijn gedaald ten opzichte van 2022. In Zoetermeer is de stijging met 14,4 % het hoogst. De daling in Lansingerland is veroorzaakt door verlaging van het OZB tarief woningen 2023 ten opzichte van 2022 en de invoering van diftar per 1 januari 2023. 

In onderstaande tabel ziet u de afwijking van de gemiddelde woonlasten per gemeente in onze regio:

Bedragen x € 1,-
Gemeenten 2022 2023 Mutatie t.o.v. 2022
Lansingerland 977 968 -0,9%
Pijnacker-Nootdorp 971 989 1,8%
Delft 1.045 1.083 3,6%
Zuidplas 940 1.006 7,1%
Zoetermeer 922 1.055 14,4%

De onderstaande tabel laat de OZB-aanslagen en woonlasten 2023 in de regio zien:

OZB-aanslag tov WOZ-waarde Gemiddelde WOZ-waarde WOZ-waarde t.o.v. landelijk gemiddelde OZB-tarief Gemiddelde OZB aanslag OZB-aanslag t.o.v. landelijk gemiddelde Verhouding WOZ-waarde OZB-aanslag
Lansingerland 479000 130% 0,0777% 372,18 113% 0,87
Delft 322000 87% 0,0949% 305,58 93% 1,07
Pijnacker-Nootdorp 482000 131% 0,0727% 350,41 107% 0,82
Zoetermeer 357000 97% 0,1286% 459,10 140% 1,44
Zuidplas 411000 111% 0,1022% 420,04 128% 1,15
Nederland 369000 100% 0,0890% 328,41 100% 1
Woonlasten tov WOZ-waarde Gemiddelde WOZ-waarde WOZ-waarde t.o.v. landelijk gemiddelde Gemiddelde woonlasten MPH MPH t.o.v. landelijk gemiddelde Verhouding WOZ-waarde woonlasten
Lansingerland 479.000 130% 968,00 101% 0,78
Delft 322.000 87% 1.083,00 113% 1,29
Pijnacker-Nootdorp 482.000 131% 989,00 103% 0,79
Zoetermeer 357.000 97% 1.055,00 110% 1,14
Zuidplas 411.000 111% 1.006,00 105% 0,94
Nederland 369.000 100% 960,00 100% 1,00

Onroerende zaakbelasting (OZB)

Terug naar navigatie - Onroerende zaakbelasting (OZB)

Er zijn twee soorten OZB: de eigenarenbelasting en de gebruikersbelasting. Voor woningen bestaat er alleen een eigenarenbelasting. Voor niet-woningen (onder andere bedrijfspanden, maatschappelijke voorzieningen zoals scholen en zwembaden, maar ook bouwgronden) bestaat er zowel een eigenaren- als een gebruikersbelasting. Jaarlijks bepaalt de gemeente de waarde van de onroerende zaak, de zogeheten WOZ-waarde.

Lansingerland kent een tariefdifferentiatie voor woningen en niet-woningen. Tariefdifferentiatie tussen woningen en niet–woningen wordt in heel Nederland toegepast. De tarieven voor niet-woningen liggen hoger dan voor de woningen. 

Voorheen betaalden zowel de eigenaar als de gebruiker van een niet-woning OZB. De OZB voor gebruikers kan echter alleen worden geïnd als er een gebruiker van het pand is. Voor kantoren en bedrijven die leeg staan werd derhalve geen OZB-gebruikersbelasting betaald. De effecten van deze leegstand op de belastingrealisatie waren onvoorspelbaar, en kenden een toenemend effect. Om de belastingheffing te versimpelen en misgelopen realisatie op leegstaande onroerende zaken te voorkomen, is gekozen om per 2022 de OZB-gebruikers voor niet-woningen te verleggen naar de OZB-eigenaren.

Het OZB-tarief wordt berekend naar een percentage van de WOZ-waarde. Het verloop van de OZB-tarieven over de afgelopen jaren ziet er als volgt uit:

Tarieven Onroerende Zaakbelasting Tarief 2021 Tarief 2022 Tarief 2023 Mutatie t.o.v. 2022
Eigenaar (woning) 0,0953% 0,0896% 0,0777% -13,3%
Eigenaar (niet-woning) 0,2332% 0,4625% 0,5117% 10,6%
Gebruiker (niet-woning) 0,1895% - - -
Gecombineerd (niet-woning) 0,4227% 0,4625% 0,5117% 10,6%

Opbrengsten onroerende zaakbelasting

Terug naar navigatie - Opbrengsten onroerende zaakbelasting

De gerealiseerde OZB-opbrengsten 2023 wijken af met de begroting na slotwijziging. De OZB eigenaren (woning) is € 21.000 lager dan begroot. Voor de OZB eigenaren (niet-woningen) is de realisatie € 139.000 lager dan begroot.

Bedragen x € 1.000
Opbrengst OZB Realisatie 2022 Primitief 2023 Begroot 2023 Realisatie 2023 Afwijking 2023
Woningen (eigenaren) 9.097 9.391 9.391 9.370 -21
Niet-woningen (eigenaren) 9.655 10.150 10.870 10.731 -139
Niet-woningen (gebruikers)
Subtotaal niet-woningen 9.655 10.150 10.870 10.731 -139
Totaal 18.752 19.541 20.261 20.101 -160

Waardering Onroerende zaken (WOZ)

Terug naar navigatie - Waardering Onroerende zaken (WOZ)

Uitvoering
SVHW te Klaaswaal voert per 1 januari 2013 de Wet WOZ en de heffing en inning van gemeentelijke belastingen uit voor onze gemeente.

Waarderingskamer
De Waarderingskamer (WAKA) heeft de uitvoering van de WOZ binnen het voorzieningengebied van SVHW beoordeeld als ‘goed’. Dit algemeen oordeel wordt afgegeven aan een organisatie die WOZ-taxaties van goede kwaliteit levert en daarnaast op alle onderdelen van het WOZ-werkproces voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen. Het SVHW heeft ook voldoende maatregelen getroffen voor adequate aansturing en kwaliteitsbeheersing van de werkzaamheden. Zie hiervoor ook de website van de Waarderingskamer: www.waarderingskamer.nl/nc/alle-beoordelingen/gemeentepagina/lansingerland/.

Bezwaarschriften
Het aantal ingediende bezwaarschriften is met 226,3 % gestegen ten opzichte van 2022. Het aantal ingediende bezwaren door no-cure-no-pay (ncnp) bureaus bij woningen is gestegen. Het SVHW voert actief campagne om het aandeel bezwaarschriften dat via ncnp-bureaus binnenkomt te verkleinen. SVHW heeft hiervoor samen met andere belastingkantoren een werkgroep gevormd om gezamenlijk op te trekken in de richting van de ncnp-bureaus. Daarnaast heeft de SVHW een taskforce opgericht om het aantal WOZ-bezwaren van ncnp-bureaus te verminderen. Communicatie speelt hierbij een belangrijke rol, onder andere door ervoor te zorgen dat bezwaar maken via de website van de SVHW heel eenvoudig is.  

Aantallen bezwaarschriften WOZ 2021 2022 2023 Mutatie t.o.v. 2022
Ingediend 937 710 2.317 226,3%
Nog in behandeling (januari 2023) 98 75 359 378,7%
Waarvan afgehandeld:
Toegekend 400 266 563 111,7%
Afgewezen en anderszins afgedaan 439 369 1.395 278,0%

Baten en lasten afvalstoffenheffing en dekkingspercentage

Terug naar navigatie - Baten en lasten afvalstoffenheffing en dekkingspercentage

In 2023 zijn de baten en de lasten in balans, waardoor we in 2023 een kostendekkendheid van 100% realiseerden.

Bedragen x € 1.000
Afvalinzameling Realisatie 2022 Begroot 2023 Realisatie 2023 Afwijking 2023
Baten: afvalstoffenheffing 7.199 7.116 7.347 231
Baten: overige opbrengsten 641 698 676 -22
Lasten: directe kosten -6.048 -6.318 -6.376 -58
Lasten: toerekening BTW -1.175 -1.219 -1.219 0
Lasten: toerekening overhead -356 -337 -281 56
Lasten: kwijtschelding -192 -170 -156 14
Saldo 69 -230 -9 221
Dekkingspercentage 101% 97% 100%

Baten en lasten rioolheffing en dekkingspercentage

Terug naar navigatie - Baten en lasten rioolheffing en dekkingspercentage

Doordat er minder kosten aan het onderhoud en inspectie zijn geweest, is de dotatie in de voorziening € 227.000 hoger dan begroot. Het gerealiseerde saldo van € 210.000 is door middel van een storting verrekend met de voorziening riolering.

Bedragen x € 1.000
Rioolheffing Realisatie 2022 Begroot 2023 Realisatie 2023 Afwijking 2023
Baten: rioolheffing 6.974 7.214 7.214 0
Baten: overige opbrengsten 34 13 106 93
Lasten: directe kosten -4.447 -5.655 -5.528 127
Lasten: toerekening BTW -617 -818 -771 47
Lasten: toerekening overhead -585 -563 -633 -70
Lasten: kwijtschelding -173 -208 -178 30
Saldo 1.186 -17 210 227
Dekkingspercentage 120% 100% 103%

Kwijtscheldingen

Terug naar navigatie - Kwijtscheldingen

De ontwikkelingen met betrekking tot de aangevraagde kwijtscheldingen geven het volgende beeld:

Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2022 2023 Mutatie t.o.v. 2022
Ingediende aanvragen 794 832 4,8%
Nog in behandeling 0 0 0,0%
Waarvan afgehandeld:
Toegekend (geheel of gedeeltelijk) 637 640 0,5%
Afgewezen 157 192 22,3%

Lasten kwijtscheldingen

Terug naar navigatie - Lasten kwijtscheldingen

Het totaal aantal aanvragen tot kwijtschelding is in 2023 toegenomen ten opzichte van 2022. Het aantal toegekende kwijtscheldingen is gestabiliseerd. De uitgaven aan kwijtscheldingen van de gemeentelijke belastingen en rechten geeft het volgende overzicht:

Bedragen x € 1.000
Lasten kwijtschelding Realisatie 2022 Begroot 2023 Realisatie 2023 Afwijking 2023
Afvalstoffenheffing 193 170 156 -14
Rioolheffing 176 181 178 -3
Hondenbelasting 0 0 0 0
Onroerende-zaakbelasting 1 0 0 0
Totaal 370 351 334 -17

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing geeft aan in hoeverre de gemeente Lansingerland in staat is om haar financiële risico’s op te vangen en welke methode gebruikt wordt voor het bepalen van het risicoprofiel. Daarnaast beschrijft de paragraaf op hoofdlijnen op welke wijze ‘risicobeheersing’ onderdeel is van de bedrijfsvoering van de gemeente. Het is belangrijk risico’s in beeld te hebben, omdat deze het bereiken van onze doelen in de weg kunnen zitten. Van belang is een goed systeem van interne sturing en beheersing met daarin de juiste mix van middelen en maatregelen om de geïdentificeerde risico’s, binnen redelijke grenzen, terug te brengen naar een voor de organisatie acceptabel niveau.

Er is een toenemende behoefte aan transparante informatie over gemeentespecifieke inzichten en lange termijn perspectieven. Daarmee borgen we continuïteit van bedrijfsvoering. Een aantal ontwikkelingen hebben mogelijk effect op de continuïteit, daarom is het van belang deze te benoemen. In deze paragraaf geven we daarom, naast verplichte financiële kengetallen op basis van het BBV, een kwalitatieve duiding van risico’s en ontwikkelingen die niet kwantitatief vertaald kunnen worden. Ook frauderisico's hebben invloed op de continuïteit. Dit onderwerp staat in de paragraaf bedrijfsvoering.

De verplichte financiële kengetallen op grond van het BBV nemen we op in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting en het jaarverslag om de leden van provinciale staten en de gemeenteraad gemakkelijker inzicht te geven in de financiële positie van hun provincie of gemeente.

Risicobeheersing in de gemeente Lansingerland

Terug naar navigatie - Risicobeheersing in de gemeente Lansingerland

De nota risicomanagement en weerstandsvermogen 2020-2023 beschrijft op welke wijze Lansingerland structureel haar risico’s beheerst en hier verantwoording over af legt. De nota beschrijft o.a. welke informatie we in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing opnemen. Daarnaast is in het interne controleplan 2023 opgenomen dat in 2023 een risicoanalyse en een frauderisicoanalyse zou worden uitgevoerd. Overeenkomstig het plan is dit uitgevoerd (zie voor een samenvatting van de frauderisicoanalyse ook de paragraaf bedrijfsvoering). In deze jaarstukken (een document dat terugkijkt op het afgelopen jaar) ligt het accent vooral op het weerstandsvermogen en de risico’s op incidentele tegenvallers.

Op basis van de huidige inzichten loopt Lansingerland haar grootste incidentele financiële risico’s bij de grondexploitaties. Het risico op de grondexploitaties houdt verband met de hoge boekwaarde van reeds gedane investeringen in grond en de marktomstandigheden. Het risico is dat grond niet, later, of voor een lagere prijs wordt verkocht dan nu voorzien. Om dit risico te ‘beheersen’ moeten we vooral inspelen op de marktontwikkelingen en het onderscheidende vermogen van de gemeente als toekomstige woongemeente of vestigingsplaats voor een bedrijf. Dit is daarom ook een speerpunt van het college. Om de boekwaarde op de huidige grondexploitaties niet (verder) op te laten lopen is de gemeente terughoudend met het doen van nieuwe uitgaven. Uitgaven doen we pas als deze noodzakelijk zijn om 'inkomsten' te genereren. Waar mogelijk benutten we schaalvoordelen om werkzaamheden te clusteren. In 2023 is de boekwaarde van de grondexploitaties vrijwel gelijk gebleven. Dit betekent dat de inkomsten uit grondverkopen vergelijkbaar zijn geweest met de uitgaven. Voor een verdere toelichting op de risico’s van de grondexploitaties zie Paragraaf Grondbeleid.

De grootste risico’s op structurele tegenvallers zijn er binnen het sociaal domein en de hoogte van de Algemene Uitkering. De eerstvolgende actualisatie van deze risico’s op structurele tegenvallers in het meerjarenbeeld vindt zoals gebruikelijk plaats bij de begroting (2025).

Continuïteit
Op basis van de door ons uitgevoerde risico-inventarisatie en het weerstandsratio van 3,4 (resp. 1,7 exclusief Enecoreserve) is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lansingerland van mening dat de normale bedrijfsvoering financieel kan worden voortgezet. Zie voor de onderbouwing onderstaande toelichtingen.

Op basis van het beeld van onze meerjarenbegroting blijft het zorgpunt het structureel in evenwicht zijn van de baten en lasten, ook voor onze gemeente. Bij de komende begrotingen is het onverkort van belang om kritisch te blijven kijken naar wat wij lokaal kunnen doen en daarbij de nodige maatregelen te treffen om in de toekomst financieel solide te blijven.

Inventarisatie risico’s

Terug naar navigatie - Inventarisatie risico’s

Op basis van het risicoprofiel van de gemeente Lansingerland kan worden bepaald hoeveel middelen nodig zijn om alle risico’s te kunnen opvangen. Daarbij maken we onderscheid tussen ‘incidentele risico’s’ en het risico op structurele tegenvallers. Incidentele risico’s dienen te worden afgedekt door het beschikbare weerstandsvermogen en voor het opvangen van structurele risico’s zal voldoende ‘flexibiliteit’ in de begroting aanwezig moeten zijn. Dit laatste maken we jaarlijks inzichtelijk door in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting een aantal scenario’s te schetsen die zich voor kunnen doen en daarbij aan te geven wat de financiële impact is op de saldi van de meerjarenbegroting.

De benodigde weerstandscapaciteit voor incidentele risico’s wordt berekend op basis van een risicosimulatie. Uitgangspunt hierbij is een statistische benadering die ervan uitgaat dat nooit alle risico’s zich tegelijk én in hun maximale omvang zullen voordoen. Indien dat wel het geval is, zou op basis van de in beeld gebrachte risico’s, hiermee een bedrag gemoeid zijn van € 46 miljoen (feitelijk het absoluut maximum aan financieel gevolg van de in beeld gebrachte risico’s, met uitzondering van de gevoeligheidsscenario’s grondexploitaties en GR Bleizo).

Dit is als volgt te verdelen over de algemene dienst en de grondexploitaties:
Algemene dienst € 17 miljoen
Grondexploitaties € 29 miljoen

Top 10 risico’s gemeente Lansingerland

De top 10 aan risico’s zijn op basis van hun aandeel in het totaal benodigde weerstandsvermogen:

Bedragen x € 1.000
Nr. Risico Kans Maximaal bedrag
1 Ontwikkeling Wilderszijde o.b.v. bestemmingsplan N.v.t., zie toelichting 36.500
2 Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd. 30% 12.500
3 Ontwikkeling grondexploitatie GR Bleizo N.v.t., zie toelichting 2.700
4 Lagere dekking Rijk inkomensdeel BUIG 30% 4.000
5 Risico op verkeerde aannames besluitvorming sociaal domein 30% 1.000
6 Ramp en schade aan gemeentehuis dat (deels) niet verzekerd is 10% 3.000
7 Aanspraak op borgstelling gemeente 10% 2.800
8 Afdracht van vrije kavel Ruimte voor Ruimte Groenzoom vertraagd t.o.v. afdracht aan Provincie 50% 451
9 Stijging kosten bouwrijp maken Ruimte voor Ruimte Groenzoom 50% 356
10 Extra kosten door risico op herverkaveling Ruimte voor Ruimte Groenzoom 30% 501

Toelichting risico's

Terug naar navigatie - Toelichting risico's

Uit de voorgaande tabel blijkt dat onze grootste risico’s betrekking hebben op de grondexploitaties, waarvan Ruimte voor Ruimte Groenzoom, Westpolder en Wilderszijde de grootste invloed hebben. De genoemde bedragen zijn de mogelijke verdere verliezen op de grondexploitaties als de ontwikkelingen niet lopen zoals we nu inschatten op basis van de huidige marktomstandigheden. Naast bovenstaande incidentele effecten zijn er, als het risico zich voordoet, ook structurele effecten omdat schulden niet of minder snel kunnen worden afgelost. Op basis van de huidige rekenrente grondexploitaties van 0,9% betekent elke € 10 miljoen verdere verlies name op de grondexploitatie een toename van de structurele rentelast op de begroting van € 0,09 miljoen.

Ten opzichte van het laatste P&C-document (begroting 2024) is een aantal risico’s uit de top 10 gemuteerd, waardoor risico’s die eerder buiten de top 10 vielen alsnog in de top 10 landen. Dit betreft veelal risico’s met een grotere kans, maar kleinere impact qua bedrag (bijvoorbeeld de kans er bij Ruimte voor Ruimte Groenzoom een herverkaveling moet plaatsvinden met extra kosten als gevolg).  

Het grootste risicobedrag is gerelateerd aan de gebiedsontwikkeling Wilderszijde (risico nummer 1). Dit betreft het totale risicoprofiel voor Wilderszijde. Gezien de omvang van de ontwikkeling, de looptijd en de huidige economische omstandigheden is het risicobedrag fors. Eind 2021 stelde de gemeenteraad het bestemmingsplan vast en is het hele gebied een ‘actieve’ grondexploitatie geworden. Dit betekent dat we ook een specifieke risicoanalyse maken voor het gebied. De gebiedsspecifieke risico’s tellen op tot een benodigd risicobedrag van circa € 11,5 miljoen. Naast deze risico’s is het financiële resultaat van Wilderszijde ook afhankelijk van algemene ontwikkelingen, zoals de eventuele (snellere) stijging van kosten en ontwikkelingen van vrij op naam (VON)-prijzen. In dat kader zijn heel veel scenario’s mogelijk, zowel in positieve als negatieve zin. Voor het weerstandsvermogen is voor de jaarrekening 2023 een zwaarder weer scenario doorgerekend waarbij de kosten 2% per jaar sneller stijgen dan nu doorgerekend in de gebiedsexploitatie en de grondprijzen/woningprijzen 2% per jaar minder stijgen. Dit scenario levert een circa € 25 miljoen nadeliger resultaat op dan het resultaat op basis van de huidige uitgangspunten. In de herziening MPG 2024 werd voor Wilderszijde slechts een klein positief resultaat verwacht. In de grondexploitatie zelf is er net als vorig jaar, geen buffer om risico’s op te vangen. Het bedrag dat benodigd is aan weerstandsvermogen is licht gedaald (van € 40 miljoen naar € 36,5 miljoen). Gezien het vroege stadium van het project is het ook wenselijk om nog steeds een robuuste ‘buffer’ aan te houden, wat we met € 36,5 miljoen doen. De abnormale marktomstandigheden van 2022 en 2023 met stijgende prijzen en tekorten aan bouwmaterialen en arbeidskrachten maken dit ook zichtbaar. Als alternatieve (of toetsende) methode is via de methode van de Rekenkamer (zie ook de nota Weerstandsvermogen voor een nadere toelichting hierop) een berekening gemaakt. Uitgaande van 10% van de nog te realiseren opbrengsten en 10% van de boekwaarde per 1/1/2024 is dan een weerstandsvermogen nodig van € 19 miljoen. Gezien de huidige marktomstandigheden en het feit dat we als gemeente een verfijndere methode hanteren stellen we voor in het benodigd weerstandsvermogen rekening te houden met ons ‘eigen’ berekende bedrag, dat veel hoger ligt dan de methode Rekenkamer.

Van het Rijk ontvangt de gemeente jaarlijks geld voor de uitvoering van het inkomensdeel van de Participatiewet, de zogenoemde BUIG-uitkering. Indien de werkelijke lasten voor de uitkeringen hoger liggen dan geldt eerst een eigen risico, daarboven kan de gemeente een aanvraag indienen voor een aanvullende uitkering. Met het oog op de huidige onzekere economische tijd gaan we in de meerjarenraming uit van een stijging van de uitkeringslasten, maar ook een stijging van de BUIG-uitkering. Mocht deze laatste ontoereikend zijn dan komt een eventueel nadeel tot de drempel voor een aanvullende uitkering ten laste van de gemeente. Het risico baseren we op elk jaar van de meerjarenraming een tekort van maximaal € 1 miljoen. De kans achten we beperkt omdat we enerzijds zelf deels kunnen sturen op het aantal bijstandsgerechtigden, via re-integratie, en anderzijds het Rijk de BUIG laat meebewegen met de macro-economische situatie.

Risico’s verbonden partijen
De gemeente Lansingerland neemt deel in diverse gemeenschappelijke regelingen en verbonden partijen. In de paragraaf verbonden partijen van deze begroting is een overzicht hiervan opgenomen en is per partij ook inzicht gegeven in de risico’s bij de verbonden partij.

Uit de grondexploitatie en risico-inventarisatie die ten grondslag liggen aan de jaarrekening 2023 van de gemeenschappelijke regeling Hoefweg blijkt dat de risico’s die deze partij loopt nog opgevangen kunnen worden binnen de eigen grondexploitatie (de grondexploitatie bevat zelf nog voldoende weerstandscapaciteit). De gemeente zelf hoeft op basis van de huidige inzichten geen weerstandscapaciteit voor Hoefweg aan te houden.

Uit de grondexploitatie en risico-inventarisatie die ten grondslag liggen aan de jaarrekening 2023 van de gemeenschappelijke regeling Bleizo is een nieuw beeld naar voren gekomen. Dit is een nieuw risico. De grondexploitatie van de GR Bleizo kent een aantal kansen en risico’s. Deze kansen en risico’s zijn in beeld gebracht met behulp van een Monte Carlo-simulatie. Het laagste resultaat in de bandbreedte van de risicoanalyse komt uit op -/- € 5,4 mln. en uitgaande van een 50/50 verdeling tussen de twee deelnemende gemeenten betekent dat een risico van € 2,7 mln. voor Lansingerland. Het risicoprofiel van de grondexploitatie van de GR Bleizo is ten opzichte van voorgaand jaar gewijzigd door risico’s met betrekking tot hogere rentelasten en het risico op afwaardering van de gronden bij onvoldoende voortgang in de ontwikkeling. 

Voor Bleizo-West doen we onderzoek naar een alternatief ontwikkelprogramma. Hiervoor is een eerste stedenbouwkundige verkenning uitgevoerd. De vaststelling van het bestemmingsplan voor Bleizo-West is opgeschort totdat er meer duidelijkheid over de toekomstige ontwikkelingen.

Effect van wereld en rijks ontwikkelingen op financiële risico’s gemeente
Door zowel de stijgende financieringsrente als de oorlog in Oekraïne kunnen investeerders voorzichtiger worden c.q. investeren bedrijven minder. Dit kan gevolgen hebben voor de nog uit te geven bedrijventerreinen (minder opbrengst, latere opbrengst, etc.). Ook de energiecrisis en hoge inflatie zijn daarvan een gevolg. Gedeeltelijk compenseert het Rijk hiervoor. In zijn algemeenheid geldt dat de risico’s op dit moment wel kwalitatief zijn te duiden, maar nog zeer moeilijk kwantitatief. Deze eerste risico beschouwing is daarom ook vooral kwalitatief van aard en geeft de grootste financiële risico’s weer die het college op dit moment ziet. De lijst is, in willekeurige volgorde, als volgt:

Sociaal domein

  • Toename van het aantal bijstandsgerechtigden; als gevolg van stijging energiekosten, hoge inflatie, rentestijgingen en daarmee gepaard gaande onzekerheid krijgt de economie en daarmee de werkgelegenheid forse klappen. In eerste instantie vallen ‘ontslagen’ medewerkers terug op de WW. Afhankelijk van de duur van de WW valt een deel van deze personen uiteindelijk ook terug op de bijstand. Ons huidige bestand ligt net boven de 600 bijstandsgerechtigden. Een stijging van dit aantal is een reëel risico, al is de werkeloosheid momenteel laag. We houden in de begrotingscijfers 2024-2027 rekening met een stijging op basis van inwonergroei. Risico is dat zich een nog negatiever scenario voordoet en de lasten sneller gaan stijgen. Het Rijk compenseert deze lasten (op termijn) mogelijk, maar uitgaande van de huidige systematiek voor financiering zal dat veelal met enige vertraging gaan (voordat de Rijksbijdrage omhoog gaat). De stijging van bijstandsgerechtigden betekent ook dat de ambtelijke organisatie meer inzet zal moeten plegen op participatie en rechtmatigheid en dus (tijdelijk) meer formatie nodig heeft.
  • Toename van het aantal schuldhulpverleningstrajecten; als gevolg van genoemde potentiële crises krijgt de economie en daarmee de werkgelegenheid forse klappen. Ondernemers en (ontslagen) werknemers kunnen in de financiële problemen komen en te maken krijgen met (toenemende) schulden. De gemeente is verantwoordelijk voor de schuldhulpverlening. Dus een toenemend beroep betekent meer werk en meer lasten voor de gemeente. Vanaf de begroting 2022 is reeds rekening gehouden met een stijging van het budget voor formele en informele schulddienstverlening van 5% per jaar tot aan 2025. In 2023 lag de groei overigens hoger dan deze 5%.
  • Toename beroep op voorzieningen Wmo en Jeugdwet; de Coronacrisis trok op heel veel mensen ook een psychische en fysieke wissel. Met name op ouderen (eenzaamheid) en jongeren (leerlingen/scholieren). Een reëel risico is dat meer mensen uit deze doelgroepen in de problemen gaan komen en er extra hulp of ondersteuning nodig is. De gemeente is, als er geen vangnetten zijn in de eigen omgeving, verantwoordelijk voor deze hulp. Dit betekent een potentiële toename van de lasten in het sociaal domein voor de voorzieningen en ook extra formatie die hier voor nodig is.

Woningmarkt
Diverse partijen voorspellen zwaar(der) weer voor de woningmarkt (ook omdat de rente en de inflatie stijgen, waardoor huishoudens minder geld over hebben voor hypotheeklasten). Op de korte termijn zijn de effecten nog beperkt, maar het valt niet uit te sluiten dat de economische teruggang doorsijpelt naar de woningmarkt. Naast het economische risico is door stikstofwetgeving en de oorlog in Oekraïne ook een risico dat productieketens voor grond- en hulpstoffen voor de bouw stil vallen. Risico voor de gemeente is dat projecten vertraging oplopen of stilvallen en inkomsten later of niet binnen komen. Denk hierbij aan inkomsten uit grondverkopen en bouwleges. Voor Wilderszijde houden we hier ook rekening mee bij het bepalen van het weerstandsvermogen (zie eerder deze paragraaf). Het college merkt wel op dat de impact van een terugval op de huizenmarkt in financiële zin waarschijnlijk minder impact op Lansingerland zal hebben dan in de vorige crisis. De grondposities van de gemeente zijn fors kleiner, de schuldenlast lager en de rente is ook lager dan destijds (en de gemeente beschikt over eigen geld in de vorm van de opbrengst Eneco). Risico is wel dat, als de risico’s zoals nu in beeld zijn zich voordoen, de algemene reserve kan dalen. 

In 2023 zijn 132 flexwoningen van 3B Wonen opgeleverd aan de Sporthoeklaan. Vooralsnog worden hier 150 Ontheemde Oekraïners en 74 spoedzoekers gehuisvest. Met de huidige vergunning kunnen de woningen tot 2033 op deze locatie blijven staan. Daarna moet een tweede locatie voor nogmaals 10 jaar worden gevonden. Er is nog niet besloten op welke locatie de woningen dan zullen staan en wat dan de benodigde aanpassingen zijn van de nieuwe locatie. We zien dit als een risico dat nog niet te kwantificeren is in termen van kans en impact. Voor het terugbrengen in de oude staat van het kavel aan de Sporthoeklaan is in deze Jaarrekening rekening gehouden met het vormen van een bestemmingsreserve om dit toekomstige kosten te dekken. 

Gemeentefonds
De inkomsten van de gemeente komen voor zo’n 50% uit het gemeentefonds. Het gemeentefonds volgt voor 2023 nog de ‘trap-op-trap-af’ systematiek. Als het Rijk meer uitgeeft gaat er ook meer naar de gemeenten. Door het crisismaatregelenpakket is de Staatsschuld opgelopen. Het risico c.q. de verwachting is dat dit op termijn Rijksbezuinigingen nodig maakt. Ook gemeenten zullen dan worden geraakt. Met welke omvang is nog onbekend, zeker aangezien er momenteel nog een kabinetsformatie loopt.

Beschikbare weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit betreft de middelen die de gemeente heeft of ter beschikking kan krijgen om de financiële gevolgen van risico’s op te vangen. Het uitgangspunt daarbij is dat structurele risico’s opgevangen moeten worden door structurele ‘weerstandscapaciteit’ en incidentele risico’s opgevangen worden door incidentele ‘weerstandscapaciteit’. Dit onderscheid is ook van belang met het oog op het ‘structureel evenwicht’ in de begroting en het toezicht van de provincie hierop.

Incidentele weerstandscapaciteit
De gemeente Lansingerland rekent alleen de algemene reserve tot de incidentele weerstandscapaciteit. De overige reserves rekenen wij niet tot de beschikbare weerstandscapaciteit. Dit zijn de bestemmingsreserves en de stille reserves. Bestemmingsreserves worden niet meegenomen, omdat hier al een bestemming aan is toegekend. Stille reserves (ontstaan wanneer de boekwaarde van de activa lager is dan de verkoopwaarde) worden niet meegenomen, omdat deze pas geïncasseerd kunnen worden als de activa verkocht wordt. Echter, als er expliciete besluiten worden genomen om stille reserves te gelde te maken, dan worden deze toegevoegd aan de weerstandscapaciteit. Met ingang van de Begroting 2024 wordt, conform besluit van de Raad, wel de bestemmingsreserve Enecogelden betrokken bij het weerstandsvermogen.

Structurele weerstandscapaciteit
De structurele weerstandscapaciteit betreft de flexibiliteit die er in de begroting is. Dit betreft de mate waarin lasten verder zijn terug te brengen (door bezuinigingen), inkomsten te verhogen en de inzet van de post onvoorzien. Zodoende bestaat structurele weerstandscapaciteit uit:
•    Onbenutte belastingcapaciteit; 
•    Post onvoorzien;
•    Bezuinigingspotentieel lastenniveau tot wettelijke taken.
De onbenutte belastingcapaciteit is in theorie niet gemaximeerd. Er zijn geen maximum tarieven voor de OZB. Wel zijn er landelijk afspraken over de maximale jaarlijkse stijging van de OZB (macro-norm) en geldt voor het doen van een aanvraag tot artikel 12 dat de OZB boven de drempelpercentages ligt (gebaseerd op 120% van het landelijk gemiddelde OZB-percentage).

Vanaf de begroting 2022 is de post onvoorzien gekoppeld aan het aantal inwoners en is deze € 1 per inwoner. In de financiële verordening 2023 is deze koppeling als begrotingskader opgenomen. De post onvoorzien in is 2023 ingezet voor een donatie aan Syrië en Turkije na de aardbevingen. 

Ten behoeve van de begroting 2024 is het bezuinigingspotentieel in beeld gebracht indien de gemeente alleen de wettelijke taken zou uitvoeren en op taken met een inspanningsverplichting het minimale zou doen. In dat geval zou de gemeente nog enkele miljoenen kunnen bezuinigen. Dit zou dan wel gepaard gaan met veel maatschappelijke onrust en de bezuinigingen zijn veelal niet direct in het eerstvolgende begrotingsjaar in te voeren. De flexibiliteit op dit punt is beperkt. 

In de grondexploitaties en kredieten is meestal ook een post ‘onvoorzien’ opgenomen. Binnen de grondexploitaties en projecten zelf is dus ook enige mate van weerstandscapaciteit aanwezig. Bij het bepalen van het weerstandsvermogen op gemeenteniveau houden we geen rekening met deze posten ‘onvoorzien’.

Benodigde weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Benodigde weerstandscapaciteit

De omvang van alles risico’s is na identificatie ingeschat middels het benoemen van een kans en een gevolg (kwantificering). Op basis van de ingevoerde risico’s is de risicosimulatie uitgevoerd. Op basis van deze simulatie kan (met een zekerheidspercentage van 90%) gesteld worden dat alle risico’s kunnen worden afgedekt met een bedrag van € 54,3 miljoen. De daling wordt met name veroorzaakt doordat er in de voortgang van de grondexploitaties of door het afronden ervan, een aantal risico's zijn vervallen.

De benodigde weerstandscapaciteit is als volgt te verdelen:
Algemene dienst € 4,0 miljoen
Grondexploitaties € 50,3 miljoen

De Rekenkamer Lansingerland gaat als ‘benchmark’ voor de risico’s op grondexploitaties uit van een benodigde weerstandscapaciteit van 10% van de boekwaarde van de grondexploitaties in exploitatie en 10% van de nog te realiseren opbrengsten. Op basis van de jaarrekening 2023 en de onderliggende grondexploitaties is dan circa € 33,3 miljoen nodig voor de gemeentelijke grondexploitaties (inclusief Wilderszijde). Voor Hoefweg is dit circa € 3,3 miljoen en voor Bleizo circa € 16,4 miljoen. In totaal dus circa € 53 miljoen. 

Deze berekeningswijze van de Rekenkamer is sterk genormeerd en houdt geen rekening met de specifieke omstandigheden. Enige afwijking tussen deze berekening en de eigen berekening is dus logisch. De eigen berekening van circa € 50,3 miljoen is € 2,7 miljoen lager dan de € 53 miljoen op basis van de methode Rekenkamer. Dit is een beperkt verschil. Daarnaast kan een deel van het bedrag voor Bleizo van € 16,6 miljoen (o.b.v. de Rekenkamer) binnen de gemeenschappelijke regeling zelf opgevangen worden. Op basis hiervan is er geen reden het risicoprofiel van de gemeente bij te stellen voor de bepaling van het weerstandsvermogen.

Beoordeling weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Beoordeling weerstandsvermogen

De beschikbare weerstandscapaciteit van Gemeente Lansingerland bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken.

Het weerstandsvermogen geeft aan of de gemeente in staat is om financiële tegenvallers op te vangen zonder de noodzaak om direct te bezuinigen en/of de lokale lasten te verhogen.

Met een ratio weerstandsvermogen van 1,7 (2022: 1,6) is Lansingerland hiertoe in staat. De ratio van 1,7 is conform oorspronkelijk begroot voor eind 2023 (1,7). De ratio ligt daarmee eind 2023 binnen de bandbreedte van de door de raad gewenste marge 'ruim voldoende' (tussen de 1,4 en 2,0), waarbij de Raad streeft naar een ratio van 1,7.

Met ingang van de Begroting 2024 wordt, conform besluit van de Raad, de bestemmingsreserve Enecogelden meegeteld in de berekening van het weerstandsvermogen. Als we dat ook voor 2023 doen, ligt de weerstandsratio met 3,4 ver boven de bandbreedte van ‘ruim voldoende’.

Bedragen x € 1.000
Weerstandsvermogen Voorstel resultaatbestemming 2023 Reserves onderdeel weerstandsvermogen
Incl. Enecoreserve Excl. Enecoreserve
Stand algemene reserve en Enecoreserve per 31 december 2023 voor resultaat 2023 183.812 89.331
Weerstandsvermogen voor resultaatbestemming 183.812 89.331
Resultaatbestemming 2023:
Verhuiskosten primair onderwijs -229
Energietoeslag -280
Opgaveteam noodopvang asielzoekers -54
Afronding fysieke ontwikkeling Sporthoeklaan -908
Pubers in de spotlight -36
Kosten t.b.v. Circulaire Ambachtcentra -8
Restant budget implementatie Omgevingswet -206
Gemeentelijk mobiliteitsplan (RO) -49
Startersregeling startbeleid en woonvisie -50
Leefomgeving kaderrichtlijn -50
Rottekade -309
Horti Science -1.750
Investeringsfonds duurzaamheid -309
Verkeerskundig onderzoek Klappolder -152
Verkeerskundig onderzoek N209 -327
Nieuw te vormen reserve opruimkosten van het kavel Sporthoeklaan -899
Resultaat boekjaar 6.290 6.290
Subtotaal -5.615 6.290 6.290
Totale weerstandscapaciteit ultimo 2023 184.488 90.007
Benodigde weerstandscapaciteit 54.300 54.300
Ratio weerstandsvermogen 3,4 1,7

Prognose ontwikkeling weerstandsvermogen en (risico) Vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Prognose ontwikkeling weerstandsvermogen en (risico) Vennootschapsbelasting

In de begroting 2024 is de meest recente prognose van de ontwikkeling van het weerstandsvermogen opgenomen met een ratio van 3,0. Ten opzichte van die prognose is het ratio eind 2023 met 3,4 in werkelijkheid beter, door zowel toename van de algemene reserve en een lager benodigd weerstandsvermogen. Het eerstvolgende moment voor actualisatie van de meerjarenprognose van het weerstandsvermogen is de begroting 2025. 

De Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen bepaalt dat ook gemeenten vennootschapsbelasting moeten betalen over ondernemersactiviteiten. Hier vallen in beginsel ook de (actieve) grondexploitaties onder. Begin 2022 stelden wij op basis van het MPG 2021 een Quickscan op om te toetsen of er sprake is van een onderneming. Deze laat een negatief resultaat zien, zowel jaarlijks als op totaalniveau. Voor de jaren 2016-2021 hebben wij een “nihil”-aangifte ingediend bij de Belastingdienst en namen daarmee formeel een standpunt in richting de Belastingdienst. Wij achten ons standpunt dat wij voor het totaal aan grondexploitaties niet door “de poort” gaan en we ook fiscaal gezien dus geen winst maken nog steeds reëel en onderbouwd. Hierdoor is onze inschatting omtrent de VPB ongewijzigd ten opzichte van het MPG 2023. Momenteel loopt er een audit van de Belastingdienst op de BTW en de Vpb. Het is op dit moment nog niet in te schatten wat de financiële gevolgen hiervan zijn.

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

De netto schuld weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie.

 

Netto schuldquote
De netto schuldquote (en de quote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen) is toegenomen ten opzichte van de jaarstukken 2022, maar in lijn met de verwachting bij de begroting 2023. Dit komt door hogere baten dan geraamd, maar ook een lager saldo aan liquide middelen en uitzettingen bij de schatkist, en afname van de vaste schuldenpositie. De schuldquote ligt onder de 90% en daarmee in de minst risicovolle categorie van de Provincie Zuid-Holland.

Bedragen x € 1.000
Netto schuldquote Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
A Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) 121.897 52.653 52.561
B Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) 6.034 7.000 28.200
C Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) 22.507 15.000 29.314
D Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) 376 376 376
E Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) 101.689 12.000 38.343
F Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) 208 5.092 214
G Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) 9.152 3.000 14.206
H Totale baten cf. art. 17 lid c BBV) 198.316 197.577 199.237
Netto schuldquote ((A+B+C-D-E-F-G)/H) x 100% 20% 27% 29%

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Omdat er bij leningen onzekerheid kan bestaan of ze allemaal worden terugbetaald, wordt bij de berekening van de netto schuldquote onderscheid gemaakt door het kengetal zowel inclusief als exclusief de doorgeleende gelden te berekenen. Op die manier wordt duidelijk wat het aandeel van de verstrekte leningen in de exploitatie is en wat dat betekent voor de schuldenlast. Bij beide berekeningen worden bij de financiële activa de verstrekte leningen opgenomen.

Bedragen x € 1.000
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
A Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) 121.897 52.653 52.561
B Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) 6.034 7.000 28.200
C Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) 22.507 15.000 29.314
D Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) 3.584 1.196 5.458
E Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) 101.689 12.000 38.343
F Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) 208 5.092 214
G Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) 9.152 3.000 14.206
H Totale baten cf. art. 17 lid c BBV) 198.316 197.577 199.237
Netto schuldquote ((A+B+C-D-E-F-G)/H) x 100% 18% 27% 26%

Solvabiliteitsratio
Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente.

De solvabiliteit is ten opzichte van 2022 sterk verbeterd en in lijn met de begroting 2023. De solvabiliteit valt eind 2023 in de minst risicovolle categorie.  De toename in solvabiliteit in 2023 is met name veroorzaakt door het aflossen van twee langlopende leningen vanuit de liquide middelen.

Bedragen x € 1.000
Solvabiliteit Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
A Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) 251.414 224.768 252.148
B Balanstotaal 442.164 350.345 397.370
Solvabiliteit (A/B) x 100% 57% 64% 63%

Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal geeft het structurele en reële evenwicht van de begroting weer. Thans wordt er onderscheid gemaakt tussen de structurele en incidentele lasten. Bij incidentele lasten of baten gaat het om eenmalige zaken die zich gedurende maximaal drie jaren voordoen. Voorbeelden van structurele baten zijn de algemene uitkering en eigen belastinginkomsten. Bij structurele lasten zijn dat bijvoorbeeld de personeelslasten, kapitaallasten en bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen.

Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is meer flexibel dan een begroting waarbij structurele baten en lasten in evenwicht zijn.

De begroting 2023 was structureel sluitend. De jaarrekening 2023 laat een licht structureel overschot zien (1%). Dit komt vooral doordat op posten met een structureel karakter, zoals bijvoorbeeld de Algemene Uitkering, incidentele voordelen zijn ontstaan. Voor de komende jaren is sprake van een begroot structureel tekort. 

Bedragen x € 1.000
Structurele exploitatieruimte Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
A Totaal structurele lasten 142.494 149.563 164.878
B Totaal structurele baten 144.297 149.722 165.699
C Totaal structurele toevoegingen aan reserves 0 -3.085 0
D Totaal structurele onttrekkingen aan reserves 158 768 1.502
E Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) 198.316 202.915 203.426
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+D-C))/E 1% 2% 1%

Belastingcapaciteit: woonlasten meerpersoonshuishouden
De belastingcapaciteit van de gemeente geeft de belastingdruk voor een gezin bij een gemiddelde WOZ-waarde ten opzichte van het landelijk gemiddelde (t-1) weer. Een percentage > 100% geeft weer dat de belastingdruk van de gemeente hoger is dan het landelijk gemiddelde. Onze belastingdruk lag in 2023 lager dan het landelijk gemiddelde. Dit wordt met name veroorzaakt door de lagere afvalstoffenheffing in onze gemeente.

Bedragen x € 1,-
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
A OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 429,18 322,77 372,18
B Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 257,76 259,97 259,97
C Afvalstoffenheffing voor een gezin 390,40 309,40 226,21
D Eventuele heffingskorting 0,00 0,00 0,00
E Totale woonlasten gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) 1.077,34 914,17 858,36
F Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 904,00 811,00 904,00
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor (E/F) x 100% 119% 113% 95%

Grondexploitatie
Dit kengetal geeft een indicatie van risico's van de boekwaarde van de bouwgronden op de totale baten van de gemeente. De boekwaarde van de bouwgronden moet terugverdiend worden via de totale baten. Het betreft de verhouding tussen de boekwaarde van de bouwgronden en de totale baten. Een waarde > 100% betekent dat de boekwaarde hoger is dan de totale baten in enig jaar. Dit betekent een verhoogd risico voor de gemeente.

Ten opzichte van de jaarstukken 2022 is het geïnvesteerde vermogen in de grondexploitatie licht toegenomen. Dit komt doordat de baten uit verkoop van gronden iets lager zijn dan de uitgaven voor de grondexploitaties 2023. Het kengetal valt qua signaalwaarde van de Provincie in de categorie 'risicovol'.

Bedragen x € 1.000
Grondexploitatie Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
A Bouwgronden in exploitatie (cf. art. 38 lid b BBV) 93.847 57.346 94.635
B Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) 198.316 197.577 199.237
Grondexploitatie ((A+B)/C) x 100% 47% 29% 47%

Beoordeling van de onderlinge verhouding tussen de kengetallen in relatie tot de financiële positie
Door de Provincie zijn een aantal signaleringswaarden geformuleerd voor de kengetallen. Samengevat ziet het beeld voor Lansingerland er op basis van de jaarrekening 2023 als volgt uit:

Categorie A: minst risicovol Categorie B: neutraal Categorie C: meest risicovol
1. Netto schuldquote
a. zonder correctie doorgeleende gelden < 90% 90-130% > 130%
b. met correctie doorgeleende gelden < 90% 90-130% > 130%
2. Solvabiliteitsratio > 50% 20-50% < 20%
3. Grondexploitatie < 20% 20-35% > 35%
4. Structurele exploitatieruimte Begr > 0% Begr = 0% Begr < 0%
5. Belastingcapaciteit < 95% 95-105% > 105%
Kengetal Jaarrekening 2022 Begroting 2023 Jaarrekening 2023
1. Netto schuldquote
a. zonder correctie doorgeleende gelden 20% 27% 29%
b. met correctie doorgeleende gelden 18% 27% 26%
2. Solvabiliteitsratio 57% 64% 63%
3. Grondexploitatie 47% 29% 47%
4. Structurele exploitatieruimte 1% 2% 1%
5. Belastingcapaciteit 119% 113% 95%

Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Een groot deel van het gemeentelijk vermogen is geïnvesteerd in kapitaalgoederen. Deze kapitaalgoederen zijn van groot belang voor het functioneren van onze gemeente, onder andere op het gebied van leefbaarheid, veiligheid, verkeer, vervoer en recreatie.

Beheerplannen

Terug naar navigatie - Beheerplannen

Het beheer en onderhoud van kapitaalgoederen is gebaseerd op door de raad vastgestelde beheerplannen (IBP, GRP, MJOP). In de beheerplannen is opgenomen op welke wijze het onderhoud, zowel regulier als periodiek, plaatsvindt. Voor alle beheerplannen geldt dat het vastgestelde onderhoudskwaliteitsniveau minimaal B is. Randvoorwaarde is het waarborgen van de veiligheid en het voorkomen van kapitaalvernietiging. In de centra en stationsgebieden onderhouden we op onderhoudsniveau A.

Het Integraal Beheerplan (IBP) Openbare ruimte 2017-2024 zorgt ervoor dat we het beheer zo integraal mogelijk aanpakken. Op deze manier zorgen we voor een zo hoog mogelijke kwaliteit en werken we efficiënt. In onderstaande tabel is een overzicht van de beheerplannen opgenomen.

Omschrijving Beheerplan Vastgesteld door de raad Frequentie Actualisatie Actualisatie Financiële vertaling in de begroting Achterstallig onderhoud Reserves en Voorzieningen
Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2017-2024 27 oktober 2016 In februari 2024 is beheerplan geactualiseerd voor de komende 4 jaar. Op de jaarrekening 2023 is het Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2017-2024 van toepassing. 2024 Ja Nee Reserve baggeren
Gemeentelijk Rioleringsplan 2022-2025 26 november 2020 5 jaar 2025 Ja Nee Voorziening Riolering
Beheerplan Gebouwen 2017-2024 27 oktober 2016 In februari 2024 is beheerplan geactualiseerd voor de komende 4 jaar. Op de jaarrekening 2023 is het Beheerplan Gebouwen 2017-2024 van toepassing. 2024 Ja Nee Reserve GO Gemeentelijke gebouwen

Groen

Terug naar navigatie - Groen

De vooraf gestelde doelen voor 2023 zijn behaald. We verrichtten jaarlijks terugkerend onderhoud, voerden inspecties uit en vervingen groen waar dat technisch noodzakelijk was. Daarbij hanteerden we een duurzame aanpak. Voorbeelden daarvan zijn de toepassing van goede standplaatsverbetering en het stimuleren van biodiversiteit door rekening te houden met de beplantingskeuze. We hielden ook rekening met duurzaamheid door invulling te geven aan social return, het toepassen van klimaatbestendige maatregelen en de verbetering van ecologisch maaibeheer.

In 2023 zetten we extra in op klimaatadaptatie, biodiversiteit en participatie. In het door het Rijk vastgestelde Deltaplan Klimaatadaptatie werd gemeenten gevraagd passende maatregelen te nemen. Bij realisatie van nieuw openbaar groen zijn er specifieke keuzes gemaakt en dragen we als gemeente bij aan een hogere biodiversiteit en houden we rekening met klimaatadaptatie. Ons groenbeheer is zo vormgegeven dat het de biodiversiteit ten goede komt.

Civiele Kunstwerken (water)

Terug naar navigatie - Civiele Kunstwerken (water)

We bereikten de doelen voor 2023 en alle werkzaamheden voerden we conform het onderhoudsplan uit.

In 2023 werkten we aan het vervangen van schillende oeverbeschermingen binnen de gemeente. 

Wegen

Terug naar navigatie - Wegen

We bereikten de doelen voor 2023 en alle werkzaamheden voerden we conform het onderhoudsplan uit.

In 2023 voerden we het project Rotonde Oosteindseweg (Bergschenhoek) uit. Ook werkten we aan meerjarige wijkaanpakken van de Bloemenbuurt (Berkel en Rodenrijs) en de Schildersbuurt (Bleiswijk).

Riolering

Terug naar navigatie - Riolering

Het Gemeentelijk Rioleringsplan 2021-2025 is het kader voor beheer- en onderhoudsactiviteiten voor het kapitaalgoed Riolering. Dit plan geeft duidelijkheid over wat we doen om de waarde in stand te houden van leidingen, kolken en gemalen in de openbare ruimte. Zo hebben we circa 48 kilometer aan riolering gereinigd en geïnspecteerd.

Bij de meerjarige integrale renovatieprojecten de Bloemenbuurt (Berkel en Rodenrijs) en de Schildersbuurt (Bleiswijk) wordt het bestaande riool volledig vervangen. Bij het meerjarige integrale renovatieproject Sterrenbuurt is het riool van binnenuit gerenoveerd.

Gebouwen

Terug naar navigatie - Gebouwen

De gemeente is juridisch eigenaar van circa 55 vastgoedobjecten. De vastgoedportefeuille bestaat onder andere uit het gemeentehuis, gemeentewerf, afvalbrengstation, sporthallen, maatschappelijke accommodaties, kinderdagopvang, strategische objecten en onderwijsgebouwen. Van deze laatste groep (onderwijsgebouwen) zijn 20 stuks overgedragen aan schoolbesturen voor primair onderwijs. Van 2 onderwijsgebouwen is de gemeente vooralsnog eigenaar en zijn wij in onderhandeling met schoolbesturen over het formeel in gebruik geven of in eigendom overdragen van deze schoolgebouwen. 

Wij streven naar maatschappelijk en financieel rendement van ons vastgoed. Uitgangspunt is dat er alleen sprake is van eigendom en/of exploitatie daar waar dat noodzakelijk is voor de uitoefening van een publieke taak. 

Het beheer en de exploitatie van 17 gebouwen was in 2022 door de gemeente bij Optisport belegd. Het groot onderhoud voerde de gemeente uit, conform het Beheerplan Gebouwen en het bijbehorende Meerjaren-Onderhoudsprogramma (MJOP). De kosten voor het groot onderhoud werden gedekt door de bestemmingsreserve Gebouwen. 

Daar waar sprake is van vervanging bekeken we of er mogelijkheden waren om de producten te verduurzamen. Het verduurzamen van ons vastgoed voerden we uit conform de principes van Trias Energetica: beperk de energievraag, gebruik duurzame energie en gebruik fossiele brandstoffen efficiënt en maken wij onderdeel van het MJOP. Hiermee voorkwamen wij kapitaalvernietiging en pasten op natuurlijke momenten verduurzaming toe. 

Ook in 2023 hebben we slagen gemaakt in het (verder) verduurzamen van onze gemeentelijke gebouwen.   
•          MFR Anthuriumsingel 146 t/m 150 nieuwe installatie aangebracht, gasloos (doormiddel van plaatsing warmtepompinstallatie). Tevens isolatieglas toegepast.
•          Sportzaal Westpolder nieuwe installatie aangebracht, gasloos (doormiddel van warmtepompinstallatie en warmtepompboiler).
•          Sporthal de Zijde deel turnhal voorzien van LED verlichting.
•          Sporthal de Zijde sportzaal, gymzaal en danszaal voorzien van LED verlichting
•          Sporthal Rijneveen gasboilers 2 x 500 liter vervangen voor 3 warmtepompboilers 250 liter.
•          Sporthal Oostmeer gasboilers vervangen voor warmtepompboilers
•          Sporthal Sterrenhal zaal voorzien van LED verlichting
•          Sporthal Rijneveen alle verlichting vervangen door LED
•          Brandweerkazerne Bleiswijk verlichting garage vervangen door LED.
•          Sporthal Berghonk verlichting schietbaan vervangen door LED.
•          Brandweerkazerne Bleiswijk verlichting garage vervangen voor ledverlichting.
•          Sporthal Berghonk verlichting schietbaan en diverse overige ruimten voorzien van ledverlichting.
•          Buitenverlichting diverse accommodaties vervangen voor ledverlichting met schemerschakelaars.

De onderhoudswerkzaamheden zijn allen conform meerjarenonderhoudsplannen uitgevoerd, er is geen sprake van een structurele onderhoudsachterstand. Uitzondering hierop is het zwembad, hier stelden wij een aantal werkzaamheden uit om deze af te stemmen op het verduurzamen van het zwembad. De onderhoudsstaat van het zwembad is in orde. Naast alle fysieke werkzaamheden is er dit jaar ook gewerkt aan het opstellen van geüpdatete meerjarenonderhoudsplannen en in het verlengde hiervan het Beheerplan Gebouwen 2024-2031. Besluitvorming hierover heeft in februari 2024 plaatsgevonden. 

Paragraaf Financiering en treasury

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Deze paragraaf beschrijft de uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie (treasury). Hoofddoel van deze functie is dat er tijdig voldoende geld aanwezig is om aan alle financiële verplichtingen te voldoen.

Met betrekking tot treasury is wet- en regelgeving van toepassing die zowel extern als intern van aard is.
De belangrijkste externe wet- en regelgeving omvat:

  • Wet Financiering Decentrale Overheden (FiDo) 
  • Regeling Uitzetting Derivaten Decentrale Overheden (Ruddo)
  • Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof)
  • Regeling Schatkistbankieren
  • Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)
  • Gemeentewet (toezichthoudende rol Provincie)
  • Financiële-verhoudingswet (toezichthoudende rol Provincie)

De belangrijkste interne regelgeving omvat:

  • Treasurystatuut 2020
  • Verordening financieel beleid, beheer en organisatie Lansingerland 2023

Treasurybeleid

Terug naar navigatie - Treasurybeleid

De gemeente onderscheidt een viertal subdoelstellingen van de treasuryfunctie:

  1. Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities.
  2. Het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals met name renterisico’s, kredietrisico’s, liquiditeitsrisico’s en valutarisico’s.
  3. Het streven, binnen de kaders van wet- en regelgeving en binnen de bepalingen van het Treasurystatuut, naar een optimale financieringsstructuur en beheersing van de daarmee gemoeide kosten.
  4. Het intern ondersteunen en adviseren met betrekking tot financieringsaspecten.

Om deze doelstellingen te realiseren richt de treasuryfunctie zich op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de huidige en toekomstige financiële inkomende en uitgaande geldstromen, financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Binnen de wettelijke kaders is het doel om tegen zo laag mogelijke kosten te financieren.
Daarbij is het van belang om de financiële inkomende en uitgaande geldstromen adequaat te administreren en betrouwbare prognoses te hebben van toekomstige geldstromen. De liquiditeitsprognoses worden in beginsel op weekbasis geactualiseerd.

Risicobeheer

Terug naar navigatie - Risicobeheer

Bij het risicobeheer staat het risicoprofiel van de gemeente ten aanzien van treasury centraal. De risico’s vallen in de volgende soorten uiteen:

  • Renterisico’s op vaste en vlottende schuld (opgenomen geld);
  • Kredietrisico's;
  • Liquiditeitsrisico’s.

Het renterisico treedt op bij het aantrekken van nieuw geld. Wij beperken deze risico’s doordat wij dagelijks de renteontwikkeling monitoren. Met behulp van een in beginsel wekelijks geactualiseerde liquiditeitsprognose wordt de geldbehoefte gevolgd en tijdig afgedekt. Het risico dat op enig moment geen geld beschikbaar zou zijn, is volgens onze geldverstrekkers voor gemeenten verwaarloosbaar.

Renterisico’s op vaste en vlottende schuld (opgenomen geld)

Om een grens te stellen aan korte financiering (rentetypische looptijd tot één jaar) is in de Wet FiDo de kasgeldlimiet opgenomen. Het doel van de kasgeldlimiet is het voorkomen dat fluctuaties in korte rente (schulden minder dan 1 jaar) direct een grote impact hebben op de rentelasten in het exploitatiejaar. De kasgeldlimiet voor gemeenten bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal. Deze wordt gedefinieerd als alle lasten op de begroting vóór verdeling van de reserves. De hoogte van de kasgeldlimiet is voor 2023 berekend op € 17,6 miljoen. In 2023 is de kasgeldlimiet niet overschreden. In onderstaande tabel staat het kasgeldlimiet 2023 uitgesplitst per kwartaal.

Renterisiconorm

In het kader van de wet FiDo wordt jaarlijks de renterisiconorm vastgesteld. Het doel van het beheersen van de renterisiconorm is spreiding in de aflossing en / of renteherziening in de leningenportefeuille waardoor mogelijke renterisico’s worden beperkt. Door deze spreiding wordt voorkomen dat op een bepaald moment veel leningen op hetzelfde moment moeten worden afgelost of de rente herzien wordt waardoor sterk afwijkende marktrentes grote gevolgen hebben op de begrotingssaldi.

De renterisiconorm is wettelijk bepaald op 20% van de op 1 januari bestaande omvang van het begrotingstotaal. De hoogte van de renterisiconorm bedraagt voor 2023: € 41,5 miljoen. De aflossingen op vaste leningen bedroegen in 2023 € 69,2 miljoen. De renterisiconorm is in 2023 dus met € 27,7 miljoen overschreden. 

Kredietrisico's

Het kredietrisico is het risico op een waardedaling van een uitstaande vordering ten gevolge van het niet (tijdig) kunnen nakomen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit. De gemeente Lansingerland kent garantieleningen, garantstellingen en waarborgen.  

Garantieleningen

De gemeente Lansingerland een garantielening lopen die in de jaren ’90 van de vorige eeuw is verstrekt aan de woningcorporatie 3B Wonen. Het betreft een lening waarbij de aflossingen en de rentebetalingen één op één worden doorgezet naar de corporatie en wij als garantsteller fungeren. Ultimo 2023 bedraagt deze lening € 0,7 miljoen. Het betreft een annuïtaire lening die contractueel geheel wordt afgelost in 2043.     

Garantstellingen en borgstellingen

De gemeente heeft aan verschillende partijen garantstellingen en waarborgen afgegeven. Een nadere toelichting hierop staat verderop in deze paragraaf.

Liquiditeitsrisico's

Het liquiditeitsrisico is het risico dat een gemeente over onvoldoende middelen beschikt om aan onze directe verplichtingen te voldoen. In onze liquiditeitsprognose wordt onze geldbehoefte gevolgd en tijdig afgedekt. Gezien de kredietwaardigheid van de overheden is, volgens onze geldverstrekkers, het risico verwaarloosbaar dat op enig moment geen geld beschikbaar zou zijn. 

Bedragen x € 1.000
Kasgeldlimiet 2023 Q1 Q2 Q3 Q4
Vlottende schuld - 5.000 - 15.000
Vlottende middelen 49.355 35.379 26.477 37.060
Netto vlottende schuld -49.355 -30.379 -26.477 -22.060
Toegestane kasgeldlimiet 17.613 17.613 17.613 17.613
Ruimte (+) of overschrijding (-) 66.968 47.992 44.090 39.673

Renteschema

Terug naar navigatie - Renteschema

In de notitie rente 2017 van de commissie BBV is een renteschema opgenomen. Met dit schema wordt inzicht gegeven in de rentelasten externe financiering, het renteresultaat en de wijze van rentetoerekening. Het schema voor Lansingerland is als volgt:

Bedragen x € 1.000
Schema rentetoerekening 2023
De externe rentelasten over de korte en lange financiering 1.623
De externe rentebaten -796
Saldo externe rentelasten en rentebaten 827
De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend -600
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend 0
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente -600
Saldo door te rekenen externe rente 227
Rente over eigen vermogen 0
Rente over voorzieningen (die gewaardeerd zijn op contante waarde) 0
Totaal rentetoerekening intern 0
De aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toe te rekenen rente (renteomslag) 227
Boekwaarde vaste activa die integraal zijn gefinancierd per 1 januari 2023 208.825
Berekende omslagrentepercentage 0,11%
Gekozen renteomslagpercentage (mag 0,5% afwijken van berekend) 0,75%
De werkelijk aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toegerekende rente (renteomslag) 1.566
Renteresultaat op het taakveld treasury 1.339

Rentelasten

De rentelasten voor 2023 bedragen € 1,6 miljoen voor alle langlopende en kortlopende leningen. De rentelasten met betrekking tot de leningen van de woningcorporatie ad € 20 duizend worden weer geheel doorbelast aan deze woningcorporatie.

Rente bouwgrond in exploitatie (BIE)

In 2023 is € 600.000 rentelasten toegerekend aan de bouwgrond in exploitatie (BIE). Deze toerekeningsmethodiek is dwingend voorgeschreven.

Renteomslagpercentage

Voor 2023 bedraagt het renteomslagpercentage 0,11%. Op basis van dit renteomslagpercentage zijn de rentelasten toegerekend aan de verschillende taakvelden. Dit wijkt af van het berekende percentage bij de begroting, dat gesteld was op 0,75%.  Dit wordt veroorzaakt door de gerealiseerde rentebaten op de in de schatkist aangehouden tegoeden voor in totaal € 796 duizend euro.

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Financieringsbehoefte

De gemeente voert activiteiten uit die meerjarig worden gefinancierd. Dit zijn de investeringen van de gemeente, zoals die blijken uit de staat van activa en de investeringen die zijn en worden gedaan in de grondexploitatie. Bij deze laatste worden eerst de kosten (zoals aankoop, bouw- en woonrijp maken) gemaakt, en later worden deze in beginsel terugverdiend door grondverkopen. Afhankelijk van de looptijd van een grondexploitatie liggen de gelden over een lange periode vast en is financiering nodig. Ter financiering kunnen ook leningen worden aangetrokken.

Leningenportefeuille

Per 1 januari 2024 bedraagt de huidige leningenportefeuille voor Lansingerland € 52,2 miljoen, waarvoor een gemiddeld gewogen aan de banken te betalen rentepercentage geldt van 2,10%. Gebaseerd op de afgesloten leningsovereenkomsten dienen komende jaren de volgende aflossingen (rente en aflossing van bestaande leningen) plaats te vinden (exclusief bedragen voor herfinanciering):

2024: € 12,2 miljoen

2025: € 12,2 miljoen

2026: € 6,2 miljoen

In totaal betreft de aflossing over de jaren 2024-2026 € 30,6 miljoen.

 

Garantstellingen en borgstellingen

Terug naar navigatie - Garantstellingen en borgstellingen

De gemeente heeft aan verschillende partijen garantstellingen en waarborgen afgegeven.

Er zijn achtervangovereenkomsten afgesloten met de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Deze borgstellingen hebben betrekking op het aantrekken van vaste langlopende leningen door woningstichtingen voor (her)financiering van al bestaande gewaarborgde geldleningen. In 2021 is de achtervangovereenkomst met het WSW herzien.

Aan particulieren zijn gemeentegaranties afgegeven onder de Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW). Deze stichting is in 1995 verzelfstandigd onder de naam Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Er komen geen gemeentegaranties meer bij en het totale bedrag aan gewaarborgde geldleningen neemt af met de door particulieren gedane aflossingen.

Voor de WSW en SWS en de particuliere hypotheken is het gemeentelijk aandeel beperkt tot 50%.

De garantie inzake de hypotheken van personeel betreffen een tweetal hypotheekleningen afgesloten bij het Hypotheekfonds voor Overheidspersoneel (HvO). Er worden geen nieuwe hypotheekgaranties voor overheidspersoneel meer afgegeven.

Per 31 december 2023 bedraagt het totaal van gewaarborgde geldleningen € 261,0 miljoen.

Bedragen x € 1.000
Waarborgsommen en garantieleningen Primaire zekerheid Secundaire zekerheid Tertiaire zekerheid Oorspronkelijk bedrag Restant 31-12-2022 Restant 31-12-2023
Garantiefonds WSW Woningbouwvereniging WSW Gemeente (50%) 212.943 201.047 220.373
Garantiefonds SWS Sportvereniging SWS Gemeente (50%) 342 186 475
Hypotheken particulieren Particulier WEW Gemeente (50%) 1.516 571 229
Hypotheken personeel Personeel Gemeente (100%) - 225 225 205
Onderwijsinstellingen Instelling Gemeente (100%) - 53.439 40.414 38.869
Overige instellingen Instelling Gemeente (100%) - 1.605 960 876
Totaal 270.070 243.403 261.027

EMU saldo

Terug naar navigatie - EMU saldo
1. Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan of onttrekking uit reserves 735
2. Afschrijvingen ten laste van de exploitatie -8.223
3. Bruto toevoegingen aan voorzieningen ten laste van de exploitatie -211
4. Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd -20.119
5. Bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen in relatie tot de onder 4. genoemde investeringen 3.084
6. Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa 632
7. Aankoop van grond en uitgaven aan bouwrijp en woonrijp maken 0
8. Baten bouwgrondexploitatie 0
9. Betalingen ten laste van voorzieningen -9
10. Kosten transacties met derden, ten laste van de reserves 0
Berekend EMU saldo -24.111
11. Verkoop van deelnemingen en aandelen:
11a. Gaat u effecten verkopen? nee
11b. Indien ja: wat is de verwachte boekwinst? n.v.t.

Paragraaf Bedrijfsvoering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De paragraaf bedrijfsvoering geeft volgens het BBV inzicht in de beleidsvoornemens en het gevoerde beleid op het gebied van de bedrijfsvoering. De term ‘bedrijfsvoering’ verwijst naar de ondersteunende processen om ambities te realiseren. Ondanks de verschillende aspecten binnen de bedrijfsvoering, is er een gezamenlijk doel: proactief werken, aantoonbaar en zichtbaar betrokken zijn bij de ontwikkelingen in Lansingerland en adviseren op basis van integrale afwegingen.
Per bedrijfsvoeringsonderdeel geven we inzicht in de ontwikkelingen het afgelopen jaar en de stappen die in 2023 zijn gezet.

Personeel en Organisatie

Terug naar navigatie - Personeel en Organisatie

De totale formatie per 31 december 2023 was 498 FTE. Hiervan waren 412 FTE bezet door 480 (vaste) medewerkers. De vacatureruimte was hierdoor 86 FTE. Deze vacatures waren per die datum in werving, tijdelijk bezet door inhuur of al vervuld door afronding van een wervingsprocedure maar ligt de indienst datum in de toekomst. Per 31 december 2023 bedroeg het aantal ingehuurde FTE 115 (2022: 135). Deze inhuur vond plaats voor de 7 categorieën inhuur, zoals uiteengezet in de brief aan de Raad d.d. 10 november 2022 met kenmerk U22.05378. 

Begin april werd de cao Gemeenten 2023 definitief en werden de lonen met terugwerkende kracht per 2 januari 2023 structureel verhoogd met €240,- en 2%.

In 2023 hebben we voor 174 vacatures invulling gevonden, dit is 43,8 % meer dan in 2022 (121). In totaal zijn er 90 nieuwe collega’s ingestroomd en 47 collega’s zijn om wisselende redenen uitgestroomd. Naast het vervullen van vacatures is ook ‘groeien en verbinden’ een speerpunt voor de organisatie. Zo zien we een toename van het aantal collega’s dat intern doorstroomt naar een andere functie van 28 (2022) naar 43 in 2023. En houden we in beeld wat de reden is dat collega’s bij ons vertrekken, zodat we hier rekening mee kunnen houden bij aanpassingen rondom het te voeren personeelsbeleid. In het najaar zijn we gestart met een ontwikkelprogramma voor collega’s die de ambitie hebben op termijn door te groeien naar een leidinggevende functie. Negen collega’s uit verschillende teams nemen deel aan dit ontwikkelprogramma. Ook hebben we in 2023 13 stagiaires een stageplek kunnen aanbieden t.o.v. 7 in 2022. 

Na een stijging van het verzuim in 2022 naar 7,3 % (2021: 5,05%) zien we in 2023 een hele lichte daling naar 7,2%. Het kortdurend (tot 8 dagen), middellang (8 t/m 42 dagen) en lang verzuim (43 t/m 365 dagen) in onze organisatie daalt, maar het aantal extra lange verzuimdossiers (langer dan 366 dagen) stijgt. Medewerkers ervaren een hogere werkdruk door de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt en staan in hun privéleven ook voor de nodige uitdagingen. Met blijvende aandacht voor de vitaliteit en inzetbaarheid van onze medewerkers en het vervullen van nog meer vacatures zetten we in op een verdere daling van het ziekteverzuim. 

In het voorjaar van 2023 is in de organisatie ‘Het Goede Gesprek’ geïntroduceerd. Het Goede Gesprek is het gesprek tussen medewerker en leidinggevende dat gaat over ontwikkeling, samenwerken, doelen en bijdragen aan de opgaven van de gemeente. Als richtlijn zijn er (mogelijke) gespreksonderwerpen geformuleerd, zoals ‘Jij en je welzijn’, ‘Jij en je inzetbaarheid’ en ‘Jij en je ontwikkeling’.

In het najaar van 2023 is er speciale aandacht geweest voor het thema ‘integriteit’. De oude gedragscode dateerde uit 2007 en was als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving aan actualisatie toe. Zo is op 18 februari 2023 de Wet bescherming klokkenluiders (vervanging van de Wet Huis voor klokkenluiders) in werking getreden. Uit deze nieuwe wet vloeit o.a. voort dat inbreuken op het Unierecht ook vallen binnen de ‘Regeling melden vermoeden van misstanden’. Daarnaast diende er ook een ‘Regeling klachten ongewenst gedrag’ vastgesteld te worden. Op 12 december heeft het college van B&W ingestemd met de Gedragscode integriteit medewerkers en de Regeling ‘melden ongewenst gedrag’ en de Regeling ‘melden vermoeden misstand’. Op 21 december heeft ook de Werkgeverscommissie ingestemd met de nieuwe integriteitsdocumenten. 
De gedragscode vormt de leidraad voor ons dagelijks werk en biedt medewerkers richtlijnen, praktische voorbeelden en controlevragen die helpen bij het herkennen van integriteitsvraagstukken en het nemen van de juiste beslissingen in verschillende situaties. 

Financiën en Planning & Control

Terug naar navigatie - Financiën en Planning & Control

Het begrotingsproces voor 2024 is in 2023 gestart met een kaderbrief. Naar aanleiding van de gezamenlijke evaluatie door college en raad van het begrotingsproces 2023 is vooruitlopend op de begroting 2024 geen kadernota opgesteld, maar een kaderbrief. Dit doet recht aan de financiële onzekerheden die er ten tijde van het opstellen van een kaderbrief nog bestaan. Het betreft een beleidsarme kaderbrief, bestaande uit een baseline met het financiële meerjarenbeeld 2024-2027. Alleen (autonome) ontwikkelingen die hoe dan ook een financieel effect hebben en waar we als gemeente geen, of maar zeer beperkte invloed op hebben, zijn verwerkt. 
In het voorjaar van 2023 ontstond het inzicht dat gemeenten rekening moesten gaan houden met financieel zwaar weer voor de komende jaren. Toen zijn we in Lansingerland een intensief traject gestart van het in kaart brengen van mogelijke maatregelen (“begrotingsknoppen”) om op manier keuzes te maken. Aan de hand van het document ‘Gereedschapskist met begrotingsknoppen m.b.t. Begroting 2024-2027’ (T23.05646).  

Bij de begrotingsbehandeling gaf de raad aan dat de voorkeur had voor een aantal andere begrotingsknoppen. Deze zijn via een gezamenlijk amendement ingediend en aangenomen.

Daarnaast werkten we in 2023 conform onze planning & control-cyclus en bleven we ambtelijk strak sturen om de voorspelbaarheid en betrouwbaarheid van de (financiële) resultaten te verbeteren. Naast de reguliere P&C-documenten continueerden we in 2023 de ‘in control’-gesprekken met de teammanagers en domeindirecteuren.

Audit en AO/IC

Terug naar navigatie - Audit en AO/IC

In de organisatie is een nadrukkelijke scheiding aangebracht tussen de beslissende en (financieel) beleid makende en beheersende rol enerzijds en de toetsende en controlerende rol anderzijds. De eerste rol is belegd bij de inhoudelijke teams en team Financiën. De tweede rol is belegd bij de Concernstaf. Binnen gemeentelijke organisaties zien we een toenemende behoefte aan deze onafhankelijke rol en positie. Zo eisen de AVG en de Wpg, zijnde de Wet Politiegegevens, (intern) onafhankelijk toezicht op het systeem van privacy borging in de organisatie. Deze onafhankelijke rol is ook nodig in het kader van ENSIA en vanaf 2023 op grond van de rechtmatigheidsverantwoording voor de kritische processen in de organisatie. Door de toetsende en controlerende rol bij Concernstaf te beleggen is de organisatie in staat om onafhankelijk controle en advisering op gebieden als interne controle, privacy en informatiebeveiliging uit te voeren. Deze toetsende en controlerende rol zit enerzijds in dagelijks werk,  in de vorm van de toetsing van alle collegevoorstellen, raadsvoorstellen en directievoorstellen. Anderzijds zit dit in een cyclus van ‘in control’ gesprekken op het niveau van teammanagers, directie en college. 

In 2023 hebben wij daarnaast het volgende gedaan:  

  • Uitvoeren van de (verbijzonderde) interne controle. Dit is een noodzakelijk instrument voor het in control zijn van onze organisatie en het doel is het vaststellen van de juistheid, volledigheid en de rechtmatigheid van de in de financiële administratie verantwoorde opbrengsten en uitgaven. Het college stelde een intern controleplan voor de interne controle 2023 vast en bood dit plan ter kennisname aan de BAC (en de accountant) aan. Onderdeel van dit plan zijn een (fraude-)risicoanalyse en het intern controleplan Sociaal Domein. Hiermee boden we een gestructureerde basis voor de rechtmatigheidsverantwoording.
  • In het controleplan prioriteerden we de financiële processen en maakten een planning voor de controles. We hebben de uitkomsten van de interne controle geanalyseerd en hebben daar waar nodig acties ondernomen. Zoals elk jaar had de naleving van de aanbestedingsregels daarbij extra onze aandacht. Vanwege de rechtmatigheidverantwoording werden alle 198 dossiers boven aanbestedingsgrens gecontroleerd (2022: steekproef van 38 dossiers).
  • Gezien de omvang van de lasten in het sociale domein (circa 30% van de gemeentebegroting) en de aard van de uitgaven stelden we voor het sociaal domein een specifiek controleplan op (dat wel integraal onderdeel vormt van het intern controleplan dat het college vast stelde). Om goed zicht te houden op de rechtmatigheid van de uitgaven in het sociaal domein controleren we het sociaal domein uitgebreider dan op basis van de eisen van de accountant voor de jaarrekening 2023 nodig zou zijn. De uitkomsten gebruikt de organisatie om processen te versterken. 
  • Er is op basis van het interne controleplan 2023 een rapportage door het college vastgesteld en aangeboden aan de BAC als basis voor de toelichting op de rechtmatigheidsverantwoording die in deze paragraaf bedrijfsvoering is opgenomen.
  • In 2023 voerden we de ENSIA-audit uit. De audit is tijdig uitgevoerd en vastgelegd in de ENSIA-tool van het Ministerie. De tool is de basis voor de verantwoording over informatiebeveiliging die het college, gelijktijdig met de jaarstukken, aflegt aan de raad. Voor de inhoudelijke uitkomsten van de ENSIA-audit verwijzen wij naar het onderdeel Informatieveiligheid en privacy. 

De afgelopen jaren zijn diverse wetten en regels ingevoerd waaraan voor de gemeente een verantwoordings- en auditplicht is gekoppeld. Dit betreft bijvoorbeeld de Wet politiegegevens, de AVG, de BIO en de vanaf 2023 geldende rechtmatigheidsverantwoording. Deze verantwoordings- en auditplicht brengen extra structurele kosten met zich mee om intern zaken verder op orde te brengen (processen inrichten, procedures aanpassen, maatregelen nemen n.a.v. audit bevindingen).

Voor 2023 stonden geen specifieke doelmatigheidsonderzoeken gepland. 

Informatievoorziening en Automatisering

Terug naar navigatie - Informatievoorziening en Automatisering

In 2023 is het team Informatievoorziening en Digitalisering (I&D) gesplitst in het team ICT, Projecten en Applicatiebeheer (IP&A) en team Informatievoorziening en Informatiebeheer (I&I). 

IP&A
Werken op kantoor, thuiswerken, bij inwoners op huisbezoek of in de bibliotheek. Het hybride werken is niet meer weg te denken. Er zijn veel nieuwe collega’s voorzien van een laptop, telefoon en overige faciliteiten om thuis te werken. Ook de vergaderzalen zijn verder geschikt gemaakt voor het hybride vergaderen en werken.
 
In 2023 zijn een aantal grote projecten afgerond die bijdragen aan de veiligheid, stabiliteit en continuïteit van de automatisering binnen de gemeente Lansingerland. Zo is de aanbesteding voor SIEM/SOC (informatieveiligheid) afgerond en is de implementatie gestart. Het grootste deel van onze datacenters, storage en servers, is vervangen. En ons tweede datacenter is verhuisd in verband met de verkoop van de Snip te Bleiswijk. 

Naast de projecten zijn er collega’s in verschillende nieuwe functies bezig om de kwaliteit van onze externe en interne dienstverlening te optimaliseren. Voorbeelden hiervan zijn de problem en service manager, de I&A adviseur, de ICT regisseur/contractmanager en de project portfoliomanager.

Informatiebeheer
Een samenhangend overzicht tussen zowel de ICT-architectuur als de bedrijfs- en informatie-architectuur en de bedrijfsprocessen is essentieel voor de uitvoering van een juist beheer van de informatiehuishouding van de gemeente. In 2023 is een opzet gemaakt voor een format voor het vastleggen van afspraken met vakafdelingen over het gebruik van specifieke informatiesystemen, de processen die daarin verwerkt worden en over het beheer van de hierin vastgelegde informatie. Het Jeugd Volg Systeem is de eerste applicatie waarbij we dit protocol hebben toegepast. Hierbij zijn werkafspraken rond vernietiging en archivering en de samenwerking tussen afdeling vastgelegd. 

Overbrenging archief
De bewerking van het fysieke bouwvergunningen archief Berkel en Rodenrijs is afgerond en is overgebracht naar het Stadsarchief Rotterdam. Daarnaast is ook het fysieke ‘constructie Bleiswijk’ archief overgebracht. 

GEO/GIS
Om de dienstverlening en bedrijfsvoering te verbeteren, transparante besluiten te nemen en grote maatschappelijke vraagstukken op te pakken, willen wij als gemeente Lansingerland steeds meer datagedreven werken. Steeds meer vraagstukken zijn locatiegebaseerd en een weergave op een kaart geeft je dan snel inzicht in die vraagstukken. Het fundament onder zo’n gebiedsgerichte aanpak is geodata. Met een stevig geo-fundament onder ons datahuis kunnen we sectoroverstijgende opgaven als bijvoorbeeld de energietransitie efficiënter gaan oppakken. In 2023 zijn 2 nieuwe GEO/GIS systemen geïmplementeerd, te weten het BAG Procesfive systeem en Geolinq (ter ondersteuning van de GEO-visie).

Informatiemanagement
De Digital Decade (digitaal decennium) is een Europees programma dat als gids moet dienen voor de digitale transformatie van de Europese Unie in 2030. Aan de basis hiervan ligt veel wet- en regelgeving die ook de gemeente Lansingerland raakt. Deze wetten moeten in samenhang worden bekeken, niet afzonderlijk. Tussen nu en 2026 krijgen wij te maken met 13 nieuwe regelgevende initiatieven op het gebied van digitalisering. De wetten hebben rechtstreekse impact op de digitaliseringsopgave van onze gemeente. In 2023 zijn we gestart met de het maken van de impactanalyse voor de vertaling naar de effecten op de digitale infrastructuur die wij als gemeente ingericht moet hebben om succesvol te kunnen zijn.

Datamanament
Een datagedreven gemeente maakt goed gebruik van beschikbare data om beleidskeuzes te onderbouwen, om de effecten te volgen en om dat ook doelmatig te doen. Alles in het teken van publieke meerwaarde. In 2023 is het dashboard MensWerkGeld geïmplementeerd, een gebruiksvriendelijke, overzichtelijke manier voor het weergeven van bedrijfsvoering informatie op het gebied van financiën en HR zaken.

Procesmanagement
In 2023 is de i-Navigator up to date gemaakt. Dit is een beheershulpmiddel, ontwikkeld om de complete informatiehuishouding van de gemeente centraal in kaart te brengen en te beheren. In de i-Navigator worden de belangrijkste gegevens over werkprocessen, persoonsgegevens, informatiebeheer, applicaties en informatiebestanden samengebracht door middel van het Model-DSP. Enerzijds wordt zo een beschrijving gemaakt van de informatievoorziening binnen onze organisatie. Anderzijds hebben we, door middel van een koppeling tussen de i-Navigator en de informatiesystemen, een krachtige tool in huis om onze informatiehuishouding direct vanaf de bron te structureren. De processen gelieerd aan de WOO zijn volledig doorlopen.

Juridische zaken

Terug naar navigatie - Juridische zaken

Juridische zaken
Het jaar 2023 heeft in het teken gestaan van de verdere opbouw van de juridische kennis in de organisatie en het vertalen van nieuwe wet- en regelgeving in interne (juridische) procedures.  Binnen de juridische functies werken veel nieuwe en jonge collega’s en dat betekent een uitdaging als het gaat om de overdracht, opbouw van kennis en vaardigheden. Meerdere collega’s hebben opleidingen gevolgd en door het vormen van een juridisch adviesoverleg hebben we ook ingezet op de ontwikkeling van vaardigheden en het ondersteunen van de vakafdelingen bij hun juridische (bestuursrechtelijke) vragen. 

Enkele mijlpalen in 2023 zijn:
•    De vaststelling van het Privacybeleid in Q4 2023;
•    Het organiseren van meerdere juridische trainingen voor de organisatie op het gebied van planschade & nadeelcompensatie en contractenrecht;
•    Het opbouwen van het juridisch vakberaad, een kennisoverleg met alle juristen vanuit de organisatie;
•    De start van het project Woo (zie hieronder);
•    Voorbereiding op de komst van de Omgevingswet met betrekking tot bezwaar.
In 2023 zien we grotendeels een stabilisatie op het aantal klachten, bezwaar, Woo-verzoeken en aansprakelijkstellingen. Op het onderdeel Privacy zien we echter wel een sterke groei op het gebied van inzageverzoeken en verwerkersovereenkomsten. 

Dienstverlening

Terug naar navigatie - Dienstverlening

We omarmen nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de digitale dienstverlening, en houden daarbij rekening met mensen die moeite hebben om de verschillende digitale kanalen te gebruiken. Welk kanaal men ook kiest, het uitgangspunt is om iemand in één contact te helpen. 


We hebben in 2023 gezorgd dat onze persoonlijke dienstverlening kwalitatief goed, toegankelijk en dichtbij was: medewerkers schrijven en spreken in begrijpelijke taal, we hielden doorlopend rekening met de behoeften en wensen van de verschillende doelgroepen en waar het kon betrokken we hen bij het vereenvoudigen van onze processen.


We hebben drie verkiezingen georganiseerd in 2023: de Provinciale Staten- en waterschapsverkiezingen in maart en in november vond de Tweede Kamerverkiezing plaats.  


We hebben het (thuis)bezorgen van reisdocumenten mogelijk gemaakt en we hebben voorbereidingen getroffen voor het mobiele servicepunt dat in 2024 start.
We hebben het online regelen van producten makkelijker gemaakt met eenvoudige (aanvraag)formulieren. We hebben ervoor gezorgd dat inwoners die via internet zaken willen regelen met de overheid, maar daarbij wat hulp nodig hebben, terecht kunnen bij het Informatiepunt Digitale Overheid (IDO) in de bibliotheek. 

Inkoop

Terug naar navigatie - Inkoop

In 2023 waren we op Inkoop volledig op sterkte. Daarom is het in 2023 gelukt om meerdere trainingen in de organisatie te geven, alle standaarddocumenten op orde te hebben en het Inkoopbeleid te herzien in Q4 2023. Daarmee staan de inkoopadviseurs op een hele goede basis en kunnen ze de organisatie voorzien van advies bij zo’n 60 inkooptrajecten per jaar. De vraag naar advies bij inkooptrajecten is de afgelopen jaren fors gegroeid. In het jaar 2023 stonden er meer dan 100 inkooptrajecten op de planning. Omdat de capaciteit bij Inkoopadvies niet zo groot is, is deels de advisering uitbesteed.
Op basis van de managementletter van 2023 van de accountant is een evaluatie in de organisatie uitgevoerd over contractbeheer. De evaluatie betreft niet alleen inkoopcontracten, maar alle (privaatrechtelijke) contracten. Dit krijgt een vervolg door middel van acties (verbeteringen) in 2024.
De inkoopfunctie in de organisatie is kwetsbaar omdat in de huidige arbeidsmarkt dit moeilijke plekken zijn om te vervullen. Bij vertrek van collega’s betekent dit dat de uitvoering en planning van projecten en activiteiten onder druk komt te staan. 

Communicatie

Terug naar navigatie - Communicatie

Cluster Communicatie faciliteert en adviseert de gemeentelijke organisatie in haar communicatie over diverse onderwerpen. Onderwerpen die belangrijk zijn voor onze inwoners, ondernemers, verenigingen, instellingen of bezoekers. Ons doel is de communicatie vanuit het college van B&W en de ambtelijke organisatie eenduidig, op tijd, begrijpelijk en inclusief te laten zijn.  
Vragen die gesteld worden door inwoners, ondernemers of andere stakeholders beantwoorden we op een manier die betrokkenheid van ons vraagt. In 2023 zijn stakeholdersanalyses (Factor C), maar ook het dagelijks monitoren wat er speelt op de socialmediakanalen ingezet om inzichtelijk te krijgen waar extern de informatiebehoefte ligt en hoe we belanghebbenden kunnen betrekken bij plannen en projecten. In 2023 is wekelijks een nieuwsbrief naar inwoners en ondernemers verstuurd met voor hen relevantie informatie. 
Communicatie ondersteunt medewerkers door met hen in gesprek te gaan maar ook met het aanbieden van een training helder brieven schrijven en een online communicatietoolkit. In 2023 is deze toolkit doorontwikkeld met onder andere handige formats, communicatietips en links naar informatie over taalniveaus. Zo werkt het cluster doorlopend aan het communicatiever maken van de organisatie. 

Asielopvang en langdurige opvang Oekraïners (LOO)
Ook het afgelopen jaar stond grotendeels in het teken van communicatie over opvang en tijdelijk huisvesten van mensen. Met participatiebijeenkomsten, digitale nieuwsbrieven, website, social media en inzet van lokale media is de gemeente optimaal transparant in haar communicatie. Hoe de woonlocatie aan de Sporthoeklaan (LOO1) tot stand is gekomen, is een goed voorbeeld van participatie en samen kijken naar de beste oplossing. Maar ook de locatie Noordeindseweg (LOO2) of de nieuw te bouwen asielopvang gebeurt in samenspraak met de omgeving. 

Verkiezingen
Het jaar 2023 kende drie soorten verkiezingen: provinciale verkiezingen, waterschapsverkiezingen en de landelijke verkiezing. Rond alle verkiezingen regelde cluster Communicatie, samen met het verkiezingsteam, de opkomst bevorderende informatie en filmpjes. Ook de uitslagen van de verkiezingen zijn via diverse communicatiekanalen breed gedeeld.

Burgerpanel
2.122 inwoners waren eind 2023 lid van het burgerpanel. 
De gemeente voerde vier peilingen uit in 2023:
•    Waardering leefomgeving (start peiling begin december 23) 
•    Openbare ruimte
•    Participatievisie
•    Parkeerbeleid

Via het panelbestand in november ook een mail met een link naar een ‘wijkprikker’ uitgezet, met vragen over verkeersveiligheid. https://www.wijkprikker.nl/verkeersveiligheid-lansingerland 

Informatieveiligheid en Privacy

Terug naar navigatie - Informatieveiligheid en Privacy

De AVG, het dreigingsbeeld informatiebeveiliging Nederlandse gemeenten, landelijk incidenten, securitytesten, diverse audits op informatiebeveiliging en onze ervaringen maken continu duidelijk dat informatiebeveiliging en privacy aandacht vragen, zo ook in 2023. Voor beide onderdelen werkten we vanuit een tweejarenplan, dat we deels uitvoerden in 2023. Mede als gevolg van personeelswisselingen, toenemende beveiligingsmeldingen en niet planbare werkzaamheden konden niet alle activiteiten worden uitgevoerd of afgerond.

Privacy: Een aantal DPIA’s konden niet intern worden uitgevoerd en werden uitbesteed, andere DPIA’s werden gepland in 2024. Het verwerkingsregister werd bijgewerkt en wordt in het eerste kwartaal van 2024 samengevoegd en opgeleverd. In 2023 werd het Privacybeleid vastgesteld waarin de ambitie werd uitgesproken komen de jaren te groeien van het huidige volwassenheidsniveau 1,5 naar 3 (op schaal van 5). In het eerste kwartaal van 2024 zal het uitvoeringskader worden opgeleverd. De nadruk heeft binnen privacy gelegen op urgente zaken zoals datalekken (het voorkomen en oplossen daarvan), verwerkersovereenkomsten bij inkooptrajecten en bewustwording bij (nieuwe) medewerkers. Daarnaast kwamen er vele verzoeken met betrekking tot rechten van betrokkenen binnen, waaronder verzoeken tot inzage en wissing van gegevens.

Wet politiegegevens: Organisaties met boa’s zijn verplicht interne en externe audits uit te voeren in het kader van de Wpg (Wet politiegegevens). Wij hebben boa’s op openbare orde, milieu en leerplicht. In 2023 werd zowel een interne als externe audit uitgevoerd. De uitkomsten van de audits worden onder andere verwerkt in het uitvoeringskader. Daarnaast gaan de betrokken teammanagers aan de slag met het doorvoeren van verbetermaatregelen.

Informatieveiligheid: Jaarlijks legt het college apart verantwoording af over de informatieveiligheid via ENSIA. De ENSIA-verantwoording 2023 van het college aan de Raad en de externe partijen (Rijk, BKWI) is afgerond in voorjaar 2024 en de verantwoordingen zijn met het college gedeeld. Daarnaast is in 2023 nieuw strategisch infomatieveiligheidsbeleid vormgegeven hetgeen in 2024 wordt aangeboden aan het College van B&W en de gemeenteraad en zijn er meerdere risicoanalyses uitgevoerd, zowel organisatiebreed als op proces- of applicatieniveau.
Via o.a. de VNG/IBD hebben we toegang tot actuele informatie rondom informatiebeveiligingsvraagstukken en nieuwe kwetsbaarheidsmeldingen. In samenwerking met ICT zijn deze meldingen opgepakt. In 2023 zijn we gestart met de samenwerking met een externe partij voor een  Security Operations Center (SOC). Het SOC beoordeelt de opvallende computer- en netwerkactiviteiten en koppelt die op basis van prioritering terug aan de organisatie. Zodoende is de gemeente eerder in staat om malafide toegang tot gemeentelijke computersystemen te detecteren en hierop te acteren. In 2024 wordt de samenwerking verder vormgegeven en geïmplementeerd. 
In 2023 is een nieuwe compliance meting uitgevoerd waarbij gekeken is in hoeverre de gemeente voldoet aan de normen van de BIO (Baseline Informatiebeveiliging Overheid). In de meting zijn de belangrijkste normen en applicaties meegenomen. Daar waar de gemeente ruimte heeft tot verbeteren heeft dit geleid tot verbeteracties. Dit maakt onderdeel uit van de PDCA cyclus. 

Het succes van borging van informatiebeveiliging en privacy valt en staat met mensen. Om deze reden was continue bewustwording van medewerkers ook in 2023 weer een speerpunt. Zo volgden nieuwe collega’s (zowel in vaste dienst als inhuur) een interactieve presentatie, speelden teams het informatiebeveiligingsspel, werden berichten geplaatst op @Work (het intranet van de organisatie) over actuele informatiebeveiligingsvraagstukken en is informatiebeveiliging en privacy ook periodiek onderwerp van gesprek in college, directie en MT-overleggen. Deze bewustwording pakken informatieveiligheid en privacy samen op gezien het feit dat houding en gedrag van mensen bepalend is. De organisatie is zich steeds meer bewust van privacy. Zo werden datalekken vaker en eerder gemeld dan in het verleden. In 2023 deden er zich 49 datalekken voor waarvan er 19 werden gemeld bij de Autoriteit Persoonsgegevens.

De Functionaris Gegevensbescherming, kortweg FG, brengt over het jaar 2023 een toezichtsverslag uit. Conclusie van dit verslag is in lijn met 2022 en luidt dat de gemeente nog flinke stappen moet zetten op het gebied van privacy. Deze zijn inmiddels vastgelegd in beleid, het uitvoeringskader is nagenoeg gereed. Zeker in een organisatie als een gemeente, waar veel privacygevoelige informatie wordt verwerkt, is het belangrijk deze verwerkingen beheerst te laten plaatsvinden. Om dit te kunnen doen zijn wel capaciteit en middelen nodig. De FG vraagt daar aandacht voor en adviseert hiertoe een ‘verbeterplan’ op te stellen inclusief mijlpalen en voldoende middelen om dit plan ook uit te voeren. Eind 2023 is opdracht gegeven om een kwalitatieve benchmark te verrichten om vanwege de toenemende eisen inzicht te krijgen in de benodigde formatie op het gebied van privacy inclusief de toezichthoudende rol van de FG als op informatieveiligheid.

Frauderisico

Terug naar navigatie - Frauderisico

Jaarlijks maakt de concerncontroller een frauderisicoanalyse. Het doel hiervan is om frauderisico’s in kaart te brengen en na te gaan welke maatregelen het college en de organisatie moeten nemen om deze risico’s te beheersen en/of terug te brengen naar een (financieel) aanvaardbaar niveau. Het uitvoeren van deze analyse heeft een fundamentele rol bij het ontwikkelen, implementeren en borgen van de interne beheersingsmaatregelen. Tevens zorgt de frauderisicoanalyse er voor dat zwakke plekken in de processen in kaart worden gebracht en bewustzijn wordt gecreëerd.

In het controleplan 2023 is opgenomen dat we de frauderisicoanalyse uitvoeren en conform dit plan hebben we dat gedaan. Uit de analyse blijkt dat het management zich bewust is van de frauderisico’s en dat ze beheerst worden. De gemeente beschikt over spelregels op het gebied van integriteit, heeft voorzieningen getroffen om vraagstukken bespreekbaar te maken waar dat nodig is en er zijn mogelijkheden om (anoniem) meldingen te doen. Er zijn in 2023 bij de verantwoordelijke organen geen signalen bekend (gemaakt) dat er sprake is van vermoedens van fraude of onregelmatigheden.  Het voorkomen van  frauderisico's vraagt blijvende aandacht.  De rechtmatigheidsverantwoording en de vereisten rondom het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik helpen in de doorontwikkeling. In 2023 is de Nota Voorkomen van misbruik en Oneigenlijk vastgesteld door de raad waarin alle maatregelen zijn opgenomen (inclusief normen- en toetsingskader) om misbruik en oneigenlijk gebruik te voorkomen. De frauderisicoanalyse is besproken met de accountant en bespreken we met de begeleidingscommissie accountantscontrole (BAC). 

Rechtmatigheidsverantwoording

Terug naar navigatie - Rechtmatigheidsverantwoording

Na een langdurig besluitvormingstraject is in 2022 uiteindelijk in de Eerste Kamer bekrachtigd, dat vanaf het verantwoordingsjaar 2023 het College van burgemeester en wethouders, in plaats van de externe accountant, voor het eerst een rechtmatigheidsverklaring zal afgeven. Met deze verklaring geeft het college aan in hoeverre de in de jaarrekening 2023 verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties, rechtmatig tot stand zijn gekomen. Dit houdt in dat deze in overeenstemming zijn met door de gemeenteraad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. De rechtmatigheidsverantwoording gaat enkel in op de fouten en onduidelijkheden die tot stand komen op de zuivere rechtmatigheidscriteria. Deze criteria houden in dat het college handelt binnen de gestelde budgetten door de raad (begrotingscriterium), dat gelden worden besteed en ontvangen conform de geldende wet- en regelgeving (voorwaardencriterium) en dat het college voldoende maatregelen treft om te voorkomen dat inwoners of bedrijven geen misbruik maken van de voorzieningen die de gemeente verstrekt (Misbruik & oneigenlijk gebruik criterium).

Op 30 november 2023 is door de raad het controleprotocol en normenkader voor de accountantscontrole geaccordeerd. 

De financiële verordening is door de gemeenteraad vastgesteld op 28 september 2023. In artikel 11 is aangegeven dat iedere afwijking van de begroting als onrechtmatig wordt beschouwd. Afwijkingen worden als acceptabel aangemerkt in de volgende situaties:
o    Er is sprake van een overschrijding waarbij direct gerelateerde inkomsten de overschrijding compenseren;
o    Er is sprake van een overschrijding op een open-einde regeling;
o    De overschrijding is geautoriseerd door middel van de vaststelling van een tussentijdse rapportage.

De verantwoording hanteert een grensbedrag (de verantwoordingsgrens), omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze verantwoordingsgrens is door de gemeenteraad bepaald en bedraagt 1% van de totale lasten en is daarmee vastgesteld op 1% van € 220.754.000 is € 2.207.540.  

De rapporteringsgrens bedraagt € 200.000.

Conclusie

Het College van burgemeester en wethouders is van mening dat de in deze jaarrekening 2023 verantwoorde baten en lasten alsmede balansmutaties niet rechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde verantwoordingsgrens. In 2023 is voor een bedrag van € 4.857.000 aan financiële onrechtmatigheid geconstateerd. Deze onrechtmatigheid is als volgt opgebouwd.

 

Verbijzonderde Interne Controle (VIC)

Op basis van het Intern controle plan 2023 (T23.01806) zijn alle benoemde processen gecontroleerd. Het gaat om: Treasury, Memoriaalboekingen, Verbonden partijen, Personele lasten, Inkoop en betalingen, Grexen, Omgevingsvergunningen, Huur- en  overige opbrengsten, EU aanbestedingen en Subsidieverstrekkingen.
Van ieder proces worden de controles volgens een vast 'werkprogramma' uitgevoerd, resulterend in een controle memorandum met bevindingen en aanbevelingen. Deze memoranda worden vervolgens teruggekoppeld aan de verantwoordelijke proceseigenaren / teammanagers. In het onderstaande worden alleen de bijzonderheden benoemd. 
Over het algemeen blijkt dat de processen zo zijn ingericht dat de beheersingsmaatregelen per proces afdoende zijn om de risico’s te mitigeren. Er zijn enkel bijzonderheden geconstateerd ten aanzien van factuurverwerking, subsidieverstrekkingen en Europese aanbestedingen. In 2023 zijn vanwege de rechtmatigheidsverantwoording alle leveranciers boven de aanbestedingsgrens ad € 215.000 meegenomen in de verbijzonderde interne controle. Daardoor zijn 198 dossiers gecontroleerd (in 2022 waren dat er 38). Hierdoor zijn er meer bevindingen t.o.v. voorgaande jaren, waar enkel een steekproef is uitgevoerd. 

Daarnaast zijn er enkele VIC’s met een specifieke controleaanpak uitgevoerd. Dit betreft belastingen en heffingen, Participatiewet – Wmo – Jeugdwet, prestatieleveringen Jeugd en Wmo, algemene uitkering,   een 0-meting op IT-controls en tot slot de frauderisico-analyse. Ten aanzien van deze VIC’s zijn er over het algemeen geen bijzonderheden. Enkel is sprake van aanbevelingen op het gebied van vastlegging (Wmo en Jeugdwet) en ontwikkeling van processen (IT-controls).

Zie verder onder het voorwaardencriterium.

In de jaarrekening legt het college verantwoording af over drie van de negen criteria. De eerste zes criteria, die betrekking hebben op getrouwheid komen tot uitdrukking in de balans en het overzicht van baten en lasten. De drie specifieke rechtmatigheidscriteria komen tot uitdrukking in de rechtmatigheidsverantwoording en betreffen het begrotingscriterium, het voorwaardencriterium en het criterium van misbruik en oneigenlijk gebruik. Een en ander wordt hieronder nog kort toegelicht.

Begrotingscriterium

De begrotingsrechtmatigheid heeft betrekking op het financiële handelen binnen het kader van de geautoriseerde begroting. 

In de volgende tabel zijn de lasten van 2023 opgenomen, voor zowel de begroting na wijziging als de daadwerkelijke lasten.

Overschrijding lasten Begroot 2023 Realisatie 2023 Afwijking 2023 Acceptabel Telt mee in oodeel
4. Sociaal Domein 71.239 71.835 596 480 116
5. Kwaliteit openbare ruimte 35.638 37.451 1.813 515 1.298
Subtotaal Programma's 106.877 109.286 2.409 995 1.414
Financieringsfunctie 1.547 1.661 114 114 0
Overige algemene dekkingsmiddelen 3.392 3.537 145 145 0
Subtotaal Algemene dekkingsmiddelen 4.939 5.198 259 259 0
Totaal 1a rechtmatigheidsverantwoording 111.816 114.484 2.668 1.254 1.414
Overschrijding kredieten Krediet Realisatie Afwijking Acceptabel Telt mee in oodeel
HBR veld 4 - totaal renovatie 442 501 59 59 0
Annie M.G. Schmidtlaan, tijdelijke huisvesting 0 11 11 11 0
Tijdelijke huisvesting Gouden Uillaan Fase 2 53 59 6 6 0
Inrichting Langdurige opvang Sporthoeklaan (LOO) 250 273 23 23 0
VRI installatie N209 (eigendom provincie) 140 140 0 0 0
Vervangen duikers 929 931 2 2 0
OVL Fietsveiligheid rotondes 255 256 1 1 0
Reconstructie Vogelbuurt (br) - vervangen wegverhardingen 2.964 2.991 27 27 0
Reconstructie Zuidersingel 994 1.001 7 7 0
Investeringen 2023 - Wegen 860 861 1 1 0
Reconstructie Vogelbuurt (br) - riool 4.468 4.478 10 10 0
Reconstructie Dorp Noord-Oost (bg) - riool 1.958 2.090 132 132 0
Investeringen ICT 2022 Hardware 405 440 35 35 0
Baken verduurzaamheidsmaatregelen 1.083 1.084 1 1 0
Prinses Maxima, locatie Annie M.G. Schmidtlaan verduurzaamheidsmaatregelen 1 14 13 13 0
Tijdeljke huisvesting Zuiderparklaan 468 535 67 67 0
Groenehoek locatie Stampioendreef verduurzaamheidsmaatregelen 0 0 0 0 0
Acker locatie Stampioendreef verduurzaamheidsmaatregelen 0 0 0 0 0
Opwaarderen station Rodenrijs 1.994 2.013 19 19 0
IVA VBK woningbouwloc Merenweg Bleiswijk(K) 656 717 61 61 0
IVA VBK de Wildert(K) 60 88 28 28 0
Totaal 1b rechtmatigheidsverantwoording 17.980 18.483 503 503 0
Mutaties baten en onderschrijding lasten (> € 200.000) die niet tijdig gemeld konden worden Telt mee in oodeel
3. Sport, cultuur en onderwijs 610
Overhead 253
Totaal 3 rechtmatigheidsverantwoording 863
Totaal 4 en 5 rechtmatigheidsverantwoording 1.757 2.277

* Voor de rechtmatigheid zijn alleen de overschrijdingen geanalyseerd overeenkomstig door de Raad vastgestelde financiële verordening.


Programma 4 (€ 596.000 nadeel)

GRJR (€ 480.000 nadeel)

Op basis van de inschatting in februari 2024 komen we uit op € 13,4 miljoen uitgaven aan specialistische jeugdhulp. Dit is € 480.000 meer dan we hadden begroot ten tijde van de tweede begrotingswijziging in 2023. Dit bedrag kan nog wijzigen. (art.11 lid 4 sub b acceptabel, telt niet mee in oordeel)

Overige (€ 116.000 nadeel)

De afwijking is kleiner dan € 200.000 en wordt daarom niet verder toegelicht.

 

Programma 5 (€ 1.813.000 nadeel)

Interne doorbelastingen (€ 755.000 nadeel)
De urentoerekening op investeringen valt lager uit, doordat de geplande uren op investeringen deels op de exploitatie zijn geschreven (onrechtmatig)

Meerkosten energie (€ 294.000 nadeel)
De meerkosten energie worden veroorzaakt door de meerkosten energie van Zwembad de Windas. Deze kosten worden volledig gedekt door de SPUK Meerkosten Energie Openbare Zwembaden (SPUK MEOZ) (art.11 lid 4 sub a acceptabel, telt niet mee in oordeel)

Kosten voor groot onderhoud (€ 234.000 nadeel)
Bij de uitvoering van werkzaamheden zoals beschreven in het Meerjaren Onderhoudsplan is bij diverse objecten meerwerk geconstateerd welke niet voorzien was binnen het onderhoudsplan en bijbehorend budget. Dit heeft geleid tot overschrijding van het budget met € 234.000.(onrechtmatig).

Geen toevoeging aan de voorziening afvalstoffenheffing (€ 221.000 nadeel)
De opbrengsten van de diverse afvalstromen en de afvalstoffenheffing zijn nagenoeg gelijk aan de directe kosten en diverse kosten zoals toerekening BTW en overhead. Zie  eveneens de verklaring bij de baten, deze waren € 183.000 hoger. Er is sprake van een  minimaal tekort waardoor de geraamde vrijval ad. € 221.000 aan de voorziening afvalstoffenheffing niet nodig is (art.11 lid 4 sub a en hiermee rechtmatig).

Extra kosten baggeren (€ 110.000 nadeel)
Het Hoogheemraadschap van Delfland baggerde in Berkel en Rodenrijs. De kosten van de ontvangstplicht zijn doorbelast naar de gemeente (onrechtmatig).

Overige (€ 199.000 nadeel)


De afwijking is kleiner dan € 200.000 en wordt daarom niet verder toegelicht.

 

Algemene dekkingsmiddelen (€ 259.000 nadeel)

Rentelasten (€ 114.000 nadeel)

De rentelasten zijn hoger dan begroot in verband met het aantrekken van een overbruggende kasgeldlening in november 2023. De additionele rentelast bedroeg € 114.000 voor 2023. Deze lasten worden gecompenseerd door € 209.000  hogere inkomsten vanuit de rentebaten op de schatkist deposito's (art.11 lid 4 sub a en hiermee acceptabel).

Overige (€ 145.000 nadeel)

De afwijking is kleiner dan € 200.000 en wordt daarom niet verder toegelicht.

 

Conclusie:  In totaal classificeren we € 2.277.000 die meetellen in het oordeel.

Voorwaardencriterium

Het voorwaardencriterium heeft betrekking op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. De voorwaarden zijn afkomstig uit diverse wet- en regelgeving, zowel intern als extern. In samenspraak met de accountant hebben we de omvang van de steekproeven bepaald. Er hebben op 17 gebieden controles plaatsgevonden:

Conclusie: De totale onrechtmatigheid vanuit de VIC in de jaarrekening bedraagt € 2.580.000.

Deze onrechtmatigheid is als volgt opgebouwd:

  • In 2023 zijn alle leveranciers die boven de aanbestedingsgrens ad € 215.000 meegenomen in de interne controle om een compleet beeld te krijgen ten aanzien van rechtmatigheid. Hierdoor zijn er meer bevindingen t.o.v. voorgaande jaren waar alleen een steekproef is uitgevoerd. Bij de controle op het proces Inkoop & EU aanbestedingen zijn onrechtmatigheden geconstateerd van € 2.580.000.
  • Bij de overige processen zijn geen onrechtmatigheden aangetroffen.

Onrechtmatigheden inkoopdossiers
Uit 18 dossiers blijkt een onrechtmatigheid. De onrechtmatigheden ontstaan door bijvoorbeeld onjuiste manier van aanbesteden (meervoudig onderhands aanbesteden i.p.v. Europese aanbesteding), tot het overschrijden van bedragen in raamovereenkomsten als gevolg van het decentraal inkopen. Één van de oplossingen die wordt onderzocht is het implementeren van een verplichtingenadministratie dan wel het monitoren van bestedingen door leveranciers middels saldobevestigingen.

 

Misbruik en oneigenlijk gebruik criterium

Het criterium misbruik en oneigenlijk gebruik dekt samen met het begrotingscriterium en voorwaardencriterium de financiële rechtmatigheid af.  

Conclusie:  Er zijn geen onrechtmatigheden geconstateerd. 

Sisa

Conclusie

Er zijn geen onrechtmatigheden geconstateerd. 

Paragraaf Verbonden partijen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Van een financieel belang is sprake indien de gemeente risico loopt met aan deze partijen beschikbaar gestelde middelen of als de gemeente aangesproken kan worden als de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Van bestuurlijk belang is sprake als de gemeente zeggenschap heeft, vanwege vertegenwoordiging in het bestuur of vanwege het hebben van stemrecht.

De visie op en de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen

Als gemeente kunnen wij door toenemende uitbreiding en complexiteit niet al onze taken meer zelfstandig uitvoeren. Samenwerking met andere partners in verbonden partijen kan dan een oplossing bieden. De wettelijke kaders en spelregels voor de inzet van de gemeente in haar verbonden partijen zijn uiteengezet in de Nota Verbonden Partijen 2021-2024 (T21.04396). In de loop van 2024 wordt de nota geactualiseerd.

Een belangrijk instrument ten aanzien van verbonden partijen is de mogelijkheid tot het geven van een zienswijze. Met de wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen is die mogelijkheid verruimd teneinde de democratische legitimiteit van verbonden partijen te bevorderen. Waar gemeenten voorheen met name op de begroting van een verbonden partij een zienswijze konden geven, bestaat die mogelijkheid er nu ook voor onder meer in- of uittreding van leden en oprichting of opheffing van een verbonden partij.

Overzicht

Terug naar navigatie - Overzicht

In onderstaand overzicht staat de meest essentiële financiële informatie van de verbonden partijen. In de latere tabellen staat per verbonden partij de informatie die op grond van artikel 15 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) verplicht is. Daarnaast schrijft artikel 15 BBV voor dat de lijst van verbonden partijen, wordt onderverdeeld in:

1. gemeenschappelijke regelingen;

2. vennootschappen en coöperaties;

3. stichtingen en verenigingen

4. overige verbonden partijen.

In de navolgende tabellen nemen wij de verplichte informatie op per verbonden partij, zoals gesteld in het BBV.

 

Verbonden partijen Programma Begroot 2023 Realisatie 2023
Bedrijvenschap Hoefweg 6. Lansingerland Ontwikkelt n.v.t. n.v.t.
Bleizo 6. Lansingerland Ontwikkelt n.v.t. n.v.t.
Dienst Centraal Milieubeheer Rijnmond (DCMR) 6. Lansingerland Ontwikkelt 1.642.367 n.n.b.
Jeugdhulp Rijnmond (GR JR) 4. Maatschappelijke ondersteuning 9.286.652 (initieel) 12.255.317 (na wijziging) 13.241.123 (voorlopig)
Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (MRDH) 6. Lansingerland Ontwikkelt 180.813 180.813
Gemeentelijke Gezondheidsdienst Rotterdam (GGD) 4. Maatschappelijke ondersteuning n.v.t. n.v.t.
Recreatieschap Rottemeren 3. Sport, cultuur en onderwijs 207.000 n.n.b.
Schadevergoedingsschap HSL-Zuid 6. Lansingerland Ontwikkelt n.v.t. n.v.t.
Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling (SVHW) 8. Algemene dekkingsmiddelen 690.000 n.n.b.
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) 2. Openbare orde en veiligheid 3.951.000 (initieel) n.n.b.
4.112.388 (na wijziging)
Vennootschappen en coöperaties Programma Begroot 2023 Realisatie 2023
Dunea (vh Duinwater-bedrijf Zuid-Holland) 8. Algemene dekkingsmiddelen Niet van toepassing Niet van toepassing
Stedin Holding N.V. 8. Algemene dekkingsmiddelen Niet van toepassing Niet van toepassing
BNG (Bank Nederlandse Gemeenten) 8. Algemene dekkingsmiddelen Niet van toepassing Niet van toepassing

Bedrijvenschap Hoefweg

Terug naar navigatie - Bedrijvenschap Hoefweg
Naam verbonden partij Bedrijvenschap Hoefweg
Vestigingsplaats Bleiswijk
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? De verbonden partij draagt bij aan programma 6 uit de begroting van de gemeente Lansingerland, 'Lansingerland ontwikkelt'. Ook in een groeiend Lansingerland moet het goed wonen, werken, ondernemen en recreëren blijven.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Geen bijdrage.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Geen wijzigingen.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Begroting 2023 en 2024) Per 1-1-2023: € 10.020.000 Per 31-12-2023: € 10.789.000
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Begroting 2023 en 2024) Per 1-1-2023: € 11.400.000 Per 31-12-2023: € 0
Financieel resultaat 2023 € n.n.b.
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Gemiddeld Toelichting: Er is geen financiële bijdrage, het eigen vermogen is voldoende en de mate waarop financieel is bij te sturen is acceptabel. Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: Het bedrijvenschap wordt per 1 januari 2025 opgeheven. Dit ongeacht de uitkomst van de CEO fraude.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De gemeenschappelijke regeling Bedrijvenschap Hoefweg eindigt op 1 januari 2025. De gronden die in bezit zijn van het bedrijvenschap dienen overgedragen te worden aan de Gemeenschappelijke regeling Bleizo.

BLEIZO

Terug naar navigatie - BLEIZO
Naam verbonden partij Bleizo
Vestigingsplaats Bleiswijk
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? De verbonden partij draagt bij aan programma 6 uit de begroting van de gemeente Lansingerland, 'Lansingerland ontwikkelt'. Ook in een groeiend Lansingerland moet het goed wonen, werken, ondernemen en recreëren blijven.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Geen bijdrage.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Geen wijzigingen.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Begroting 2023 en 2024) Per 1-1-2023: € 4.959.000 Per 31-12-2023: € 3.692.000
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Begroting 2023 en 2024) Per 1-1-2023: € 46.600.000 Per 31-12-2023: € 45.900.000
Financieel resultaat 2023 € n.n.b.
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Gemiddeld Toelichting: Er is geen financiële bijdrage, het eigen vermogen is voldoende en de mate waarop financieel is bij te sturen is acceptabel. Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: de GR Bleizo bezit de gronden die nodig zijn voor de ontwikkeling van Bleizo-West.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De gemeenschappelijke regeling Bleizo gaat gronden overnemen van het bedrijvenschap Hoefweg. Als gevolg hiervan zal de opdracht aan de GR Bleizo gewijzigd worden.

DCMR Milieudienst Rijnmond

Terug naar navigatie - DCMR Milieudienst Rijnmond
Naam verbonden partij DCMR Milieudienst Rijnmond
Vestigingsplaats Schiedam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? Uitvoeren van de Wet Milieubeheer (Wm), de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Wet bodembescherming (Wbb) voor de Gemeente Lansingerland en advisering op het gebied van milieu en ruimtelijke ordening. Het publieke belang is het bereiken van een goed leefmilieu voor burgers en bedrijven.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? € 1.642.367
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Er zijn geen wijzigingen in het financiele belang dat de gemeente in de DCMR heeft.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 Uit: Begroting 2023 (Jaarrekening 2023 n.n.b.) Per 1-1-2023: € 4.403.000 Per 31-12-2023: € 2.900.000
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 Uit: Begroting 2023 (Jaarrekening 2023 n.n.b.) Per 1-1-2023: € 12.414.000 Per 31-12-2023: € 14.000.000
Financieel resultaat 2023 Uit: Begroting 2023 (Jaarrekening 2023 n.n.b.) € 0
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: gemiddeld tot laag Toelichting: Dit heeft te maken met het feit dat in de Gemeenschappelijke Regeling een garantstelling voor de deelnemende gemeenten is opgenomen en ook het weerstandsvermogen is nog steeds voldoende. Risico uit bestuurlijke analyse: laag Toelichting: Het bestuurlijke (inhoudelijke) risico is laag, omdat de belangen van DCMR hetzelfde zijn als onze belangen, er duidelijke afspraken met de DCMR zijn gemaakt die we regelmatig monitoren en we veel vertrouwen in deze verbonden partij hebben.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De verwachting is dat er geen ontwikkelingen komen die een (substantiele) financiele verzwaring met zich meebrengen.

Jeugdhulp Rijnmond

Terug naar navigatie - Jeugdhulp Rijnmond
Naam verbonden partij Jeugdhulp Rijnmond (GRJR)
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? 1. Uitvoering te geven aan de wettelijke verplichtingen tot regionale samenwerking uit de Jeugdwet in het kader van Veilig Thuis, jeugdreclassering en jeugdbescherming. 2. Het uitvoeren van bovenlokale taken door middel van het contracteren en/of subsidiëren van aanbieders van jeugdhulp, -reclassering en -beschermingsmaatregelen in het kader van de Jeugdwet. 3. Realiseren van overleg, kennisontwikkeling- en overdracht tussen de bij de GRJR aangesloten gemeenten. De Gemeenschappelijke Regeling Jeugdhulp Rijnmond is opgericht voor de inkoop van verschillende vormen van specialistische jeugdhulp waar gemeenten verantwoordelijk voor zijn. Bepaalde vormen van zorg kunnen gezamenlijk efficiënter ingekocht worden dan door iedere gemeente voor zich.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? De oorspronkelijke inleg voor Lansingerland bedroeg voor 2023 € 9.286.652 op een begroting van EUR € 242,4 miljoen. In september 2023 is de begroting opgehoogd naar € 278,6 miljoen en voor Lansingerland steeg de inleg met € 2,9 miljoen naar € 12.255.317. De werkelijke kosten over 2023 zijn nog niet bekend. De gemeente betaalt voor het jeugdhulpverbruik van kinderen uit Lansingerland, op basis van afgegeven indicaties en de declaraties van jeugdhulpverleners. Daarnaast draagt Lansingerland volgens een verdeelsleutel bij aan de kosten van de subsidies die de GRJR verstrekt en aan de apparaatskosten van de uitvoeringsorganisatie. De financiële bijdrage (inleg) aan het begin van het kalenderjaar wordt gedaan op basis van schattingen van het jeugdhulpverbruik van onze gemeente. Indien het zorgverbruik hoger of lager uitvalt, wordt dat verrekend via de jaarrekening. Er is geen vereffening meer tussen gemeenten op basis van een verdeelsleutel, deze systematiek is in 2022 afgeschaft.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? De oorspronkelijke inleg voor Lansingerland bedroeg voor 2023 € 9.286.652 op een totale GRJR begroting van EUR € 242,4 miljoen. In september 2023 is deze begroting opgehoogd naar € 278,6 miljoen en voor Lansingerland steeg de inleg met € 2,9 miljoen naar € 12.255.317
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 n.n.b.) Per 1-1-2023: € 0 Per 31-12-2023: € 0
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 n.n.b.) Per 1-1-2023: € n.n.b. Per 31-12-2023: € n.n.b.
Financieel resultaat 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 n.n.b.) € n.n.b.
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Hoog Toelichting: de financiële bijdrage van de gemeente is hoog. De GRJR heeft geen reserves; de deelnemende gemeenten zijn volledig aansprakelijk voor alle lasten. De kosten van jeugdhulp stijgen en de deelnemende gemeenten en Uitvoeringsorganisatie van de GRJR hebben deze trend niet kunnen keren. De bedrijfsvoering is grotendeels op orde, de kwaliteit van data kan nog verbeterd worden. Daarmee wordt de sturingsinformatie accurater. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de data die zij aanleveren aan de GRJR. Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: Lansingerland is net als de andere deelnemende gemeenten vertegenwoordigd met één wethouder in het Algemeen Bestuur van de GRJR. De gemeente heeft invloed op alle besluiten die in de GRJR worden genomen. Er zijn duidelijke afspraken over doelen en er is vertrouwen in het bestuur en de uitvoeringsorganisatie. De gemeenten en uitvoeringsorganisatie hebben hetzelfde belang: de beschikbaarheid van passende specialistische jeugdhulp voor kinderen die dat nodig hebben tegen een realistische prijs.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De uitgaven aan specialistische jeugdhulp stijgen de laatste jaren in de regio Rijnmond. Naar verwachting zet deze stevige groei door. Dit staat in de Kadernota 2025 van de GRJR. Ook in Lansingerland nemen de uitgaven jaar op jaar toe. De gemeenten en de uitvoeringsorganisatie van de GRJR hebben in de tweede helft van 2023 een pakket maatregelen ontwikkeld om deze groei te remmen. Deze maatregelen moeten in 2024 en 2025 worden doorgevoerd. Tegelijkertijd hebben gemeenten de opdracht om zelf ook kostenbesparende maatregelen te nemen. Lansingerland heeft daartoe de Opgave Jeugd ingericht in 2024. De landelijke Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028 moet er ook toe leiden dat minder kinderen individuele jeugdhulp nodig hebben. De rijksoverheid keert minder geld uit voor jeugdhulp via het gemeentefonds, per 2026 landelijk € 961 miljoen minder dan in 2021, per 2027 ruim € 1 miljard minder.

Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)

Terug naar navigatie - Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)
Naam verbonden partij Metropoolregio Rotterdam Den-Haag (MRDH)
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? Het versterken van de internationale concurrentiepositie van de regio door verbetering van de bereikbaarheid en het economisch vestigingsklimaat. Dit komt ten goede van de inwoners, de bedrijven en de maatschappelijke organisaties in de gemeente Lansingerland.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? De MRDH is gestoeld op twee pijlers: Vervoersautoriteit (Va) en Economisch Vestigingsklimaat (EV). In eerste pijler wordt gewerkt aan verbetering van de bereikbaarheid in twee programma's: 1. Exploitatie Verkeer en Openbaar Vervoer, en 2. Infrastructuur Verkeer en Openbaar Vervoer. Voor beide programma's is de Brede Doeluitkering (BDU) van het Rijk de belangrijkste dekking voor de kosten. De BDU bedraagt jaarlijks ruim € 500 miljoen. Daarvan wordt ca. 80% besteed aan het programma Exploitatie Verkeer en Openbaar Vervoer, en de overige 20% aan investeringen. Het Investeringsprogramma Vervoersautoriteit (IPVa) beschrijft waar de deze middelen concreet aan worden besteed. De tweede pijler betreft het economisch vestigingsklimaat. Voor het gelijknamige programma Economisch Vestigingsklimaat (EV) wordt de begroting bepaald door een gemeentelijke afdracht per inwoner. Uitgaande van XX.XXX inwoners op 1 januari 2023 betrof de totale afdracht van Lansingerland aan het EV-programma voor 2023 € XXX.XXX.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Geen wijzigingen.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023) Per 1-1-2023: € 33.843.976 Per 31-12-2023: € 36.702.117
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023) Per 1-1-2023: € 1.550.055.080 Per 31-12-2023: € 1.526.354.746
Financieel resultaat 2023 (Uit: Jaarrekening 2023)
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Gemiddeld Toelichting: "De MRDH heeft de komende jaren niet meer te maken met een tekort (overbesteding) op de BDU-middelen. Overbesteding houdt in dat het saldo van beschikbare middelen en bestedingen in een gegeven jaar negatief is. De MRDH dient zich voor wat betreft de termijn van overbesteding te houden aan de uitgangspunten voor structureel begrotingsevenwicht die de provincie Zuid-Holland als toezichthouder hiervoor hanteert. De wettelijke termijn van overbesteding is daarmee bepaald op een maximale periode van drie achtereenvolgende kalenderjaren. Hierbij geldt ook dat de begroting in de drie jaar na het inlopen van het tekort geen tekort mag laten zien. Het saldo van de BDU verkeer en vervoer daalt komende jaren licht, terwijl de kosten van beheer en onderhoud van de railinfrastructuur stijgen. Er is dus effectief minder geld om nieuwe investeringen te doen terwijl de opgaven waar deze regio voor staat steeds groter worden.De coronacrisis heeft gevolgen voor de financiën, in het bijzonder in het openbaar vervoer. Reizigersinkomsten zijn teruggelopen, terwijl veel kosten gewoon doorlopen." Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: Lansingerland onderschrijft het belang van de MRDH en staat achter de missie en de visie. De uitwerking van de programma’s vindt in goed overleg met alle gremia plaats.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? Om te bepalen of de MRDH het doel dat zij voor ogen heeft ook blijft dienen, wordt de gemeenschappelijke regeling iedere vijf jaar geëvalueerd. De laatste evaluatie vond plaats in 2021, waarmee de volgende evaluatie zal plaatsvinden in 2026.

GGD Rotterdam-Rijnmond

Terug naar navigatie - GGD Rotterdam-Rijnmond
Naam verbonden partij GGD Rotterdam-Rijnmond
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? Artikel 3 van de GR: Het lichaam heeft tot doel: • het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de bevolking of van specifieke groepen daarbinnen, in het rechtsgebied van het lichaam; • het voorkómen en het vroegtijdig opsporen van ziekten onder de bevolking; • alles wat met het bovenstaande in de ruimste zin verband houdt. De regeling regelt de deelnemersbijdrage van de deelnemende gemeente voor de inkoop van het basispakket. De GGD is leverancier en uitvoerder van het basispakket. Het publieke belang is de openbare gezondheid.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Lansingerland droeg in 2023 € 559.344,- bij, bestaande uit € 399.429,- voor de inkoop van het algemene basistakenpakket en € 159.915,- voor de inspecties kinderopvang. De gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR kent geen balans en andere financiële staten om in de begroting op te nemen aangezien alleen de gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiële zin slechts de inkoop van producten.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Geen.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 De gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR kent geen balans en andere financiële staten om in de begroting op te nemen aangezien alleen de gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiële zin slechts de inkoop van producten. Daarmee is de gemeenschappelijke regeling financieel “leeg”, dus zonder bezittingen, waardoor er ook geen balans is. Het financiële risico voor deelname aan de regeling is voor regiogemeenten dus ook niet aanwezig.
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 Niet van toepassing, zie tekst bij ‘Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2023’.
Financieel resultaat 2023 Niet van toepassing, zie tekst bij ‘Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2023’.
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: laag Toelichting: De gemeente Rotterdam is financieel risicodrager. Risico uit bestuurlijke analyse: laag Toelichting: De activiteiten van de verbonden partij dragen bij aan het oorspronkelijke doel van de verbonden partij.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? Voor de periode 2024-2027 is een meerjarenbegroting vastgesteld. Naast de uitvoering van de reguliere basistaken en de inspectie kinderopvang en gastouders, gaat de GGD investeren de basistaken infectieziektebestrijding, GROP en crisisbeheersing en ondersteuning en advisering bestuur. Er is binnen de huidige begroting geen ruimte om verder beleid uit te werken. Investeringsagenda In de tweede helft van 2023 is er een investeringsagenda uitgewerkt. Als eerste pijler wordt ingezet op data gericht werken. Dit wordt bekostigd uit regulier budget en SPUK middelen. Er worden hiervoor geen extra middelen aan de gemeenten gevraagd. De vernieuwde VISI normen kunnen nog niet meegenomen worden in de meerjarenbegroting De VISI-norm is een landelijk instrument bij het vaststellen van de noodzakelijke formatie van het team Algemene Infectieziektebestrijding. De VISI- norm wordt op dit moment herzien. De uitkomsten hiervan zijn nog niet bekend en daarom niet meegenomen in de meerjarenbegroting 2024-2027. Wanneer de hernieuwde norm bekend is, kan dit gevolgen hebben voor de meerjarenbegroting.

Recreatieschap Rottemeren

Terug naar navigatie - Recreatieschap Rottemeren
Naam verbonden partij Recreatieschap Rottemeren
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? In stand houden, ontsluiten en exploiteren van recreatiegebied Rottemeren. Openluchtrecreatie, natuurbescherming en natuur- en landschapsschoon bewaren en bevorderen.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Deelnemers: Zuidplas 4%, Rotterdam 91%,en Lansingerland 5% Bijdrage van Lansingerland in 2023: € 207.000
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? In het financiele belang van 2023 is niets veranderd. Wel is het besluitvormingproces gestart naar aanleiding van de wijziging Wet gemeenschappelijke regelingen. Onderdeel van deze wijziging is een herziening van de verdeelsleutel van de deelnemersbijdrage.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 Per 1-1-2023: € 12.704.486 Per 31-12-2023: € n.n.b.
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 Per 1-1-2023: € 9.244.026 Per 31-12-2023: € n.n.b.
Financieel resultaat 2023 € n.n.b.
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Laag Toelichting: Uit de eindinspectie van de stortplaats in het Hoge Bergse Bos is gebleken dat het beheerssysteem dat rondom de stortheuvels is aangelegd niet optimaal werkt. Er is een (klein) risico dat in de toekomst een verontreiniging in het grondwater in de omgeving wordt vastgesteld, waardoor bodemsaneringsmaatregelen noodzakelijk zijn. Met dit risico is in het door Gedeputeerde Staten goedgekeurde nazorgplan geen rekening gehouden. Indien een dergelijke saneringsnoodzaak aanwezig is, dan is de provincie Zuid-Holland van mening dat het recreatieschap gedurende 10 jaar (tot 1 juli 2025) rekening moet houden met kosten op basis van de maatregelen en de mogelijke kosten die op € 87.000 worden geraamd wat bij een lage kans leidt tot een impact van € 17.400. Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: De herziening van de deelnemersbijdrage als onderdeel van de wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling n.a.v. de Wet gemeenschappelijke regelingen vormt een beperkt bestuurlijk risico als de deelnemers niet tot overeenstemming komen. De onderhandelingen verlopen echter constructief.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De wijziging van de deelnemrsbijdrage betekent dat Lansingerland op de totale begroting een groter percentage gaat bijdrage. De begroting van het schap is daarom een belangrijk aandachtspunt dit gezien in het perspectief van de ambities uit het Ontwikkelplan.

HSL-Zuid

Terug naar navigatie - HSL-Zuid
Naam verbonden partij Schadevergoedingsschap HSL-Zuid
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? In artikel 2 van de gemeenschappelijke regeling staat opgenomen; “Het doel van de regeling is het bevorderen dat de behandeling van verzoeken om schadevergoeding die verband houden met de aanleg van de HSL-Zuid en de verbreding, verlegging en reconstructie van de A-16 (...)respectievelijk de A-4, zoals bedoeld in artikel 1 onder f, en de beslissingen op die verzoeken doelmatig, deskundig en op gelijke wijze plaatsvinden. Door deze regeling wordt tevens voor de burgers duidelijkheid geschapen over de terzake bevoegde instantie.”
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Alle kosten van het Schap en van de door het Schap toegekende schadevergoedingen worden betaald door de Rijksoverheid.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Vanwege het feit dat alle kosten voor rekening komen van het Ministerie van I&W is er geen sprake van een financieel belang voor de gemeente.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 Er is geen sprake van een eigen vermogen
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 Er is geen sprake van een eigen vermogen
Financieel resultaat 2023 (Uit: Begroting 2023) (Jaarrekening 2023 verwacht eind april 2024) 1.030.000,-
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: geen Toelichting: Er is geen sprake van een financieel risico omdat alle kosten voor rekening komen van het Ministerie van I&W. Risico uit bestuurlijke analyse: geen Toelichting: In bestuurlijke zin is geen risico te verwachten omdat het Algemeen bestuur van het Schap bevoegd is te beslissen op de aanvragen
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? Het maatregelenpakket dat is aangekondigd om de geluidsbelasting van de HSL te verminderen, wordt in twee delen aanbesteed en uitgevoerd. Het 1e pakket aan maatregelen is eind 2020 vastgesteld en de realisatie van deze maatregelen is begonnen in 2021. Het traject voor het 2e pakket aan maatregelen is nog niet afgerond waardoor het nog niet duidelijk is welke maatregelen wanneer getroffen gaan worden. ProRail coördineert de uitvoering van het maatregelenpakket. Nieuwe en aanvullende aanvragen tot schadevergoeding kunnen worden afgehandeld als vast staat welke maatregelen er getroffen worden en wat het effect is op de geluidsbelasting van het object van de aanvrager. Besluitvorming door het Schap vindt plaatst sinds de verlenging van de Gemeenschappelijke Regeling (verlengd tot 2026). Vanwege doorlooptijden van advisering, besluit, bezwaar en beroep en hoger beroep verdient het de voorkeur dat belanghebbenden die menen in aanmerking te komen voor schadevergoeding, daartoe tijdig een verzoek indienen.

SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling)

Terug naar navigatie - SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling)
Naam verbonden partij SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling)
Vestigingsplaats Klaaswaal
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? Een zo doelmatig mogelijke uitvoering van werkzaamheden met betrekking tot - de heffing en invordering van belastingen - de uitvoering van Wet waardering onroerende zaken (woz) - de administratie van vastgoedgegevens - het verstrekken van vastgoedgegevens aan deelnemers en derden
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? De bijdrage van Lansingerland voor 2023 is begroot op € 622.000. In 2022 was deze bijdrage begroot op € 583.000,-.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? geen veranderingen
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Per 1-1-2023: € 847.000 Per 31-12-2023: € xxx ( nog niet bekend)
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Per 1-1-2023: € 6.597 mln. Per 31-12-2023: € xxx ( nog niet bekend)
Financieel resultaat 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Resultaat na belasting boekjaar 2023: € xxx mln/ nog niet bekend ( 2022: € 122.000)
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: gemiddeld Toelichting: De bestuurlijke analyse geeft een score van gemiddeld. Lansingerland is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur, er zijn duidelijke afspraken over de informatievoorziening welke naar tevredenheid worden gehonereerd en het belang van het SVHW komt volledig overeen met het belang van Lansingerland. Risico uit bestuurlijke analyse: gemiddeld Toelichting :Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel gemiddeld is. De  jaarlijkse bijdrage is gemiddeld en de gemeente is deels financieel aansprakelijk. Het weerstandsvermogen van SVHW is op peil en de bedrijfsvoering en kwaliteit van het risicomanagement zijn toereikend. Uit de financiële analyse komt derhalve de score gemiddeld.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? Door gemeentelijke herindelingen (samenvoeging) zijn er deelnemers uitgetreden en nieuwe toegetreden. Het aantal deelnemers is daardoor gewijzigd naar 14. De uittredende deelnemers betalen een uittredingsvergoeding die de frictiekosten van dit proces dekken. Mogelijk treden er op de korte termijn nieuwe deelnemers toe, de mogelijke financiële gevolgen hiervan zijn (nog) niet bekend.

(VRR) Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Terug naar navigatie - (VRR) Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
Naam verbonden partij VRR (Veiligheidsregio Rotterdam - Rijnmond)
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? De VRR behartigt ons publieke belang door het voorkomen, beperken en bestrijden van rampen en crises.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Basisbijdrage 2023 is € 3.951.291,- (hierbij is nog geen rekening gehouden met de (eenmalige) nacalculatie van het te verwachten tekort 2023, voor nu ingeschat op € 128.888,-. DVO (kosten wijkbrandweerman) 2023 € 31.990,- Basisbijdrage 2024 € 4.321.383,-. DVO (kosten wijkbrandweerman tot 1 augustus 2024) € 45.950,-.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Er zijn geen veranderingen in het financiële belang dat de gemeente in deze verbonden partij heeft. Eind 2021 nam het algemeen bestuur een besluit over een nieuwe kostenverdeelsleutel naar rato van de inkomsten uit het gemeentefonds. Deze nieuwe verdeelsleutel wordt in 4 gelijke stappen ingevoerd in de periode 2023 t/m 2026.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 Uit: Begroting 2023 (Jaarrekening 2023 n.n.b.) € 1.633.000,-
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 Uit: Begroting 2023 (Jaarrekening 2023 n.n.b.) € 105.120,-
Financieel resultaat 2023 Uit: Begroting 2023 (Jaarrekening 2023 n.n.b.) € 562.000,-
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Gemiddeld Toelichting: De omvang van de jaarlijkse financiële bijdrage aan de VRR is hoog. Ondanks dat de jaarlijkse financiële bijdrage hoog is, is het financiële risico gemiddeld. Dit heeft ermee te maken dat VRR vaste taken heeft. De in kaart gebrachte negatieve risico’s zijn laag. Het risico wordt verspreid doordat 13 gemeenten deelnemen aan deze Gemeenschappelijke regeling. Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: Het bestuurlijke inhoudelijke risico is laag. Er zijn duidelijke afspraken gemaakt met de VRR die we regelmatig monitoren. De gemeente Lansingerland is in het Dagelijks Bestuur vertegenwoordigd door de burgemeester, met de portefeuille ‘Bedrijfsvoering’.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De mogelijke uitfasering van het WAS. De VRR houdt vast aan het aanhouden van het WAS-systeem. Wie de kosten betaalt voor het in de lucht houden van het WAS-systeem is nog onderwerp van gesprek met het ministerie. • Verdere uitvoering van de ontwikkelagenda. In 2024 worden de getemporiseerde onderdelen weer opgepakt. • Deeltijdregeling brandweervrijwilligers (bouwsteen verplichtend karakter = een belangrijke markering in het traject om binnen wettelijke kaders vrijwilligheid bij de brandweer te behouden). De vergoeding door het Rijk is nog onzeker. • Personele capaciteit brandweervrijwilligers. In diverse delen van de regio staat de dekking van de brandweerzorg onder druk bij gebrek aan vrijwilligers die overdag beschikbaar zijn. Lansingerland kent op dit moment geen wervingsproblemen. • Invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra). • Doorontwikkeling crisisbeheer. Het Rijk heeft hiervoor de BDuR opgehoogd. Deze ophoging is bedoeld voor de versterking van de crisisbeheersing, het versterken van de informatiepositie en het inrichten van een Knooppunt Coördinatie Regio’s – Rijk. Voor 2024 – 2026 zijn de bedragen nog niet gegarandeerd. • De invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2024. • Ontwikkelingen GHOR. De GHOR staat voor uitdagingen die niet binnen de huidige formatie op te vangen zijn. Uitdagingen die van belang zijn om het openbaar bestuur goed in positie te brengen en te houden in geval van een crisis. Verwachting is dat deze kosten door het Rijk gedekt worden. • Spreiding en beschikbaarheid ambulanzezorg. Het risico bestaat eruit dat de VRR de gemaakte budgetafspraken met de zorgverzekeraars oer het te leveren aantal diensten niet kan nakomen door bv schaarste aan personeel of het niet halen van het afgesproken aantal diensten. • Het verder professionaliseren van Bevolkingzorg (programma Versterking en doorontwikkeling Bevolkingszorg). • De Stichting waarborgfonds is bedoeld voor niet verzekerbare risico's in relatie tot personele verzekeringen. Met ingang van 2024 is dit fonds in werking. Het risico doet zich voor dat het waarborgfonds onvoldoende middelen heeft om schade van niet verzekerbare risico's te dekken en dat de bijdrage aan het waarborgfonds hoger uitvalt dan de huige premie die wordt betaald. • Kosten van grote crises.

Dunea

Terug naar navigatie - Dunea
Naam verbonden partij Dunea
Vestigingsplaats Zoetermeer
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? Het publieke belang bestaat uit de gewaarborgde levering van drinkwater aan onze inwoners. Zo zijn alle 17 gemeenten in het leveringsgebied aandeelhouders. Dunea wil een vitale organisatie zijn die toekomstbestendige producten en diensten levert en daarbij duidelijk zichtbaar is als maatschappelijke onderneming. Het nieuwe strategisch kader "Koers 2020" is eind 2020 van kracht geworden en heeft vier accenten: • Klantaccent, onderscheidend in dienstverlening en kwaliteit; • Beter voorbereid op de toekomst door verbreding producten & diensten; • Het zijn van duinbeheerder van wereldklasse; • Strijden voor het drinkwaterbelang van de Lek en de Maas.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Lansingerland bezit 190.295 aandelen (na de periodieke herverdeling in 2023) van de in totaal 4.000.000 uitgegeven aandelen. Het aandelenkapitaal in Dunea vertegenwoordigt een waarde van €0,- op onze balans. Statutair mag Dunea geen dividend uitkeren.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? geen.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Per 1-1-2023: € 251.6 mln. Per 31-12-2023: € xxx mln. ( nog niet bekend)
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Per 1-1-2023: € 622.8 mln. Per 31-12-2023: € xxx mln. ( nog niet bekend)
Financieel resultaat 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Resultaat na belasting boekjaar 2023: € xxx mln/ nog niet bekend ( 2022: 6.3 mln.)
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: laag Toelichting: Op basis van de bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor in principe geen of een beperkt financieel of bestuurlijk risico Risico uit bestuurlijke analyse: laag Toelichting:Op basis van de financiële analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor in principe geen of een beperkt financieel of bestuurlijk risico
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? De aandachtspunten blijven het verzorgen van een goede drinkwatervoorziening en beheer van het duingebied. In de aandeelhoudersvergadering van November 2019 is daarnaast besloten tot een statutenwijziging en oprichting van een dochtervennootschap opdat Dunea NV in een later stadium kan beschikken over een vergunde warmtedochter die een rol kan spelen bij projecten op het gebied van Aquathermie binnen het leveringsgebied van Dunea. Deze activiteiten zijn in 2020 gefinancieerd met vanuit de winst over boekjaar 2019 (winsttoewijzing). In 2021 hebben de eerste investeringen in aquathermie projecten vanuit de nieuwe dochtervennotschap plaatsgevonden.

Stedin Holding N.V.

Terug naar navigatie - Stedin Holding N.V.
Naam verbonden partij Stedin Holding N.V.
Vestigingsplaats Rotterdam
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? De waarborging van levering van energie aan de klanten binnen het verzorgingsgebied door middel van netbeheer als bedoeld in de Electriciteitswet en de Gaswet. Stedin maakt hierdoor de energietransitie mogelijk.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Lansingerland draagt niet structureel financieel bij aan deze Verbonden Partij maar ontvangt juist een dividend. Het geprognotiseerde dividend is in de meerjarenbegroting opgenomen als algemeen structureel dekkingsmiddel. Lansingerland is de vijfde aandeelhouder met een totaal aandelenbelang van 3,62%. Dit is onderverdeeld in 3,38% van het reguliere aandelenkapitaal en 6,43% van het cumulatief preferent aandelenkapitaal. Het reguliere dividend over boekjaar 2022 bedraagt € 0,5 miljoen en het geprognotiseerde dividend op de reguliere aandelen over boekjaar 2023 bedraagt € 1,6 miljoen. De cumulatief preferente aandelen kennen een vastgesteld rendement van 3%, resulterend in een dividend van € 385.000 per jaar. De boekwaarde van de reguliere aandelen Stedin is € 0,6 miljoen. De boekwaarde van de cumulatief preferente aandelen Stedin is € 12,9 mln.
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? Op 26 oktober 2023 heeft de Gemeenteraad van Lansingerland ingestemd met het toetreden van de Nederlandse Staat als aandeelhouder in Stedin Holding N.V. door het verkrijgen van aandelen en het storten van € 500 miljoen. Op de aandeelhoudersvergadering van 8 december 2023 is dit besluit geformaliseerd waarna de toetreding van de Nederlandse Staat per 31 december 2023 is geeffectueerd. Het aandeel van de gemeente Lansingerland in het reguliere kapitaal verwatert daardoor van 3,38% naar 2,98%.
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023) Per 1-1-2023: € 2.589 miljoen Per 31-12-2023: € 3.221 miljoen
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023) Per 1-1-2023: € 4.916 miljoen Per 31-12-2023: € 5.063 miljoen
Financieel resultaat 2023 (Uit: Jaarrekening 2023) € 164 miljoen (2022: € 75 miljoen)
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: Gemiddeld Toelichting: Stedin opereert in een gereguleerde markt waarbij de verwachte investeringen uit hoofde van de energietransitie aanzienlijk zijn, hetgeen financiële druk legt op de solvabiliteit en de credit rating. Het dividend zal daarom de komende jaren beperkt zijn ten opzichte van het verleden. Risico uit bestuurlijke analyse: Laag Toelichting: Stedin is een zogenaamde structuurvennootschap waarbij de rechtstreekse invloed van aandeelhouder(s) op de raad van commissarissen en de raad van bestuur beperkt is. Anderzijds zijn er met Stedin eenduidige afspraken gemaakt over ondermeer het goedkeuringsrecht van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders met betrekking tot (des-)investeringsbeslissingen en een adviesrecht ten aanzien van de vaststelling van het meerjarig strategisch plan alsmede een herziening daarvan, alsmede een daarop aansluitend jaarplan en de herziening daarvan, voor zover de inhoud daarvan ziet op het gereguleerde domein.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? Stedin zorgt dat de energietransitie mogelijk is. Dat gaat gepaard met aanzienlijke investeringen. Aandachtspunten zijn met name de vereiste operationele snelheid ten opzichte van de aard en omvang van de energietransitie en de beschikbare financiële investeringsruimte, solvabiliteit, credit rating en kapitaalbehoefte. Met betrekking tot het laatste aspect heeft toetreding van de Nederlandse Staat reeds plaatsgevonden. De verwachting is dat in 2024 ook het traject rondom de toetreding van andere decentrale overheden uit het verzorgingsgebied wordt afgerond.

Bank Nederlandse Gemeenten

Terug naar navigatie - Bank Nederlandse Gemeenten
Naam verbonden partij Bank Nederlandse Gemeenten
Vestigingsplaats Den Haag
Publiek belang: Welk doel diende deelname van Lansingerland aan de verbonden partij? BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger.
Financieel belang: Welke financiële bijdrage deed Lansingerland aan de verbonden partij? Wij dragen financieel niets bij. Als aandeelhouder van 15.015 van de totaal circa 56 mln. aandelen ontvangen wij dividend. Het aandelenkapitaal in BNG vertegenwoordigt een waarde van €7.694,- op onze balans
Veranderingen: Welke wijzigingen zijn er doorgevoerd in het financiële belang van de gemeente gedurende begrotingsjaar 2023? geen
Eigen vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Per 1-1-2023: € 4.615 mln. Per 31-12-2023: nog niet bekend
Vreemd vermogen begrotingsjaar 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) Per 1-1-2023: € 107.459 mln. Per 31-12-2023: nog niet bekend
Financieel resultaat 2023 (Uit: Jaarrekening 2023 nog niet gepubliceerd) nog niet bekend.
Risicoanalyse: Welke financiële en bestuurlijke risico's zijn er bekend en hoe zwaar wegen deze? Risico uit financiële analyse: laag Toelichting: Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor in principe geen of een beperkt financieel risico. Risico uit bestuurlijke analyse: laag Toelichting: Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor in principe geen of een beperkt bestuurlijk risico.
Toekomst: Op welke ontwikkelingen in de komende twee jaar moet met name worden gelet? niet van toepassing

Paragraaf Grondbeleid

Grondbeleid

Terug naar navigatie - Grondbeleid

Grondbeleid is een middel om ruimtelijke doelstellingen op het gebied van volkshuisvesting, economie, groen en recreatie, infrastructuur en maatschappelijke voorzieningen te realiseren. Onze kaders zijn vastgelegd in de nota Grondbeleid. In deze nota geven we inzicht in de verschillende vormen van grondbeleid en de keuze die wij hierin maken, de instrumenten die wij inzetten om dit beleid te realiseren en de spelregels die wij hierbij toepassen. De doelstellingen en ambities uit het coalitieakkoord 2022-2026 vormen hiervoor de basis samen met de beleidsdoelstelling zoals vastgelegd in bijvoorbeeld de Omgevingsvisie en de Woonvisie.
Vanuit de VINEX-opgave heeft de gemeente in het verleden vooral een actief grondbeleid gevoerd. De projecten Westpolder – Bolwerk, Meerpolder, Parkzoom en Wilderszijde zijn in uitvoering. Bij een actief grondbeleid koopt en produceert de gemeente zelf bouwgrond. Hieraan zijn ook risico's verbonden. Een toename van de financiële risico's voor de gemeente is niet gewenst. Voor nieuwe ontwikkelingen kiezen wij dan ook in de basis voor een (meer) faciliterend grondbeleid. De kostenverhaalsmogelijkheden vanuit de Wet ruimtelijke ordening ondersteunen deze keuze. Ook de nieuwe omgevingswet biedt in de toekomst de mogelijkheid tot kostenverhaal.
Het college staat open voor nieuwe, private initiatieven. Hierbij wordt telkens de afweging gemaakt in hoeverre deze initiatieven van meerwaarde of aanvullend zijn ten opzichte van de reeds bestaande plannen.
Jaarlijks actualiseren we de lopende grondexploitaties in de Meerjaren Prognose Grondexploitaties (MPG) en geven we bij de begroting een globale doorkijk naar de eerstvolgende actualisatie. De actualisatie van het MPG 2024 per 1-1-2024 is de basis voor de waardering van onze grondexploitatieprojecten in de jaarstukken 2023. Het college stelt daarnaast jaarlijks de Kaderbrief Grondprijzen vast.

Grondexploitatie, risico’s en weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Grondexploitatie, risico’s en weerstandsvermogen

Het MPG 2024 vormt de basis voor de jaarstukken 2023. Voor een uitgebreide toelichting verwijzen wij dan ook naar het MPG 2024.

Bij de actualisatie sturen we vooral op de 4 P's: programma, planning, prijzen en parameters. Deze vier elementen bepalen in hoge mate het resultaat van de grondexploitaties. In 2023 hadden wij de volgende projecten in exploitatie:

Kern Woningbouw Bedrijventerreinen Centrum-ontwikkeling Overig
Berkel en Rodenrijs Meerpolder Oudeland Berkel Centrum West
Westpolder/Bolwerk
RvR Groenzoom Noordeinde
Bergschenhoek Wilderszijde Leeuwenhoekweg Landscheidingspark Horeca

Resultaat afgesloten projecten

In 2023 sloten wij de grondexploitatie Sporthoeklaan af met een resultaat van € 1,63 mln. negatief. We sluiten projecten af wanneer 100% van de opbrengsten gerealiseerd zijn en 90% van de kosten. Dit is voor de grondexploitatie Sporthoeklaan het geval. Vanuit de businesscase Sporthoeklaan was er een verliesvoorziening van € 2,19 mln. opgenomen om dit resultaat af te dekken. 

Resultaat MPG 2024

Per 1-1-2024 zijn alle grondexploitaties volledig geactualiseerd. Bij de actualisatie stelden we de parameters opnieuw vast, verwerkten we de boekwaarden en stelden we de raming en fasering van de nog te maken kosten en opbrengsten waar nodig bij.


In het MPG 2024 lichten we de (algemene) uitgangspunten, marktontwikkelingen en alle grondexploitaties nader toe. Hierbij gaan we ook in op de verschillen ten opzichte van het MPG 2023 en de aan de grondexploitaties verbonden risico’s.


Conform de notitie Grondexploitaties van de commissie BBV zijn de resultaten van alle lopende grondexploitaties in de toelichting op de balans in de tabel ramingen per complex weergegeven. Bij de nominale waarde wordt geen rekening gehouden met toekomstige rente en indexering van kosten en opbrengsten. In de eindwaarde is hier wel rekening mee gehouden. Bij de netto contante waarde wordt dit resultaat op eindwaarde teruggerekend naar het heden (prijspeil 1-1-2024), waarmee de resultaten van de grondexploitaties onderling vergelijkbaar zijn.

Tussentijdse winstneming

Het BBV schrijft een tussentijdse winstneming voor bij winstgevende projecten, naar rato van de voortgang. Hierbij gelden 3 voorwaarden:
• Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat én;
• De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht én;
• De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

De hoogte van de tussentijdse winstneming bepaalden wij per project op basis van het zogenaamde percentage of completion (POC) op basis van het MPG 2024. Eventuele risico’s (onzekerheden) brachten we hierop in mindering.

Op basis van bovenstaande namen we bij de jaarrekening 2023 in totaal ca. € 5,85 mln. aan tussentijdse winst. Dit bedrag komt bovenop de in 2017 tot en met 2022 genomen winst. Het totaal van de genomen winsten over de lopende grondexploitaties komt hiermee uit op € 27,20 mln. De winstneming betreft de volgende grondexploitaties:

Bedragen x € 1 miljoen
Positieve grondexploitaties Reeds genomen winst t/m 2022 Te nemen winst 2023 Totaal tussentijdse winstneming
Oudeland 19,95 4,73 24,69
RvR Groenzoom Noordeinde 0,00 0,11 0,11
Meerpolder 1,40 1,00 2,39
Wilderszijde 0,00 0,01 0,01
Totaal 21,35 5,85 27,20

Verwerking van het tekort en totaal voordeel

Voor het tekort, ofwel het totaal aan verliesgevende grondexploitaties, moet een verliesvoorziening aanwezig zijn. Op basis van het MPG 2024 is een verliesvoorziening benodigd van € 36,76 mln. Per 31-12-2022 was een verliesvoorziening benodigd van € 35,78 mln. Dat betekent dat bij de Jaarrekening 2023 per saldo een bedrag van € 0,98 mln. wordt toegevoegd aan de verliesvoorziening.

Zoals opgenomen in de nota Reserves en Voorzieningen 2020 is de dotatie aan de verliesvoorziening per 31-12-2023 bij de Jaarrekening 2023 vóór resultaatsbestemming onttrokken aan de algemene reserve. Dit geldt ook voor de tussentijdse winstneming. Voor de grondexploitatie Ruimte-voor-Ruimte Groenzoom Noordeinde wordt de tussentijdse winstname opgenomen in de dekkingsreserve kapitaallasten RvR De Groenzoom. 

Bedragen x € 1 miljoen
Negatieve grondexploitaties Reeds opgenomen verliesvoorziening t/m 2022 Te nemen verlies 2023 Totaal verliesvoorziening
Berkel Centrum West -14,86 -0,38 -15,24
Westpolder - Bolwerk -13,08 -0,23 -13,31
Leeuwenhoekweg -7,16 -0,17 -7,33
Landscheidingspark Horeca -0,69 -0,20 -0,88
Totaal -35,78 -0,98 -36,76

Verschillenverklaring

Ten opzichte van de het MPG 2023 is het resultaat van het MPG 2024 (zowel positieve als negatieve grondexploitaties) verbeterd met € 6,74 mln. op netto contante waarde. De negatieve grondexploitaties zijn verslechterd met € 0,98 mln. en de positieve grondexploitaties kennen een verbetering van € 7,72 mln.
Het verschil in resultaat ten opzichte van het MPG 2023 wordt onder meer veroorzaakt door de volgende wijzigingen:

Algemeen
•    Rente boekwaarde: Conform BBV rekenden we de werkelijke rente over 2023 toe aan de grondexploitaties. Deze is hoger dan begroot (nadelig effect);
•    Parameters kosten- en opbrengstenstijging: de parameters voor kostenstijging zijn over de gehele looptijd lager dan vorig jaar ingeschat. De parameters voor opbrengstenstijging zijn over de gehele looptijd gelijk aan zoals vorig jaar ingeschat. Per saldo heeft dit een positief effect. 

Projecten
•   Meerpolder: door meevallers in de uitvoering van de civieltechnische werkzaamheden en de daarmee samenhangende plankosten neemt het resultaat van de grondexploitatie toe.

•   Oudeland: door meevallers in de uitvoering van de civieltechnische werkzaamheden en een kortere looptijd van de grondexploitatie nemen de kosten aanzienlijk af. Daarnaast zijn een aantal onvoorziene opbrengsten ontvangen en is sprake van een versnelling in de uitgifte. Dit resulteert in een toename van het resultaat van de grondexploitatie.

•   Wilderszijde: het resultaat van de grondexploitatie neem toe, als gevolg van o.a. toenemende  kosten voor voorbelasting en kleine wijzigingen in de civieltechnische ramingen als gevolg van nadere planuitwerking. Gezien de omvang en looptijd van dit project is het effect van de parameters in verhouding tot de andere grondexploitaties het grootst.

Voor meer details over de grondexploitaties en verschillenanalyse verwijzen we naar het MPG 2024.

BBV en 10 jaarstermijn

Lansingerland heeft op dit moment één grondexploitatie met een looptijd van 10 jaar. De grondexploitatie Wilderszijde loopt tot en met 31-12-2033 en loopt daarmee tegen de richttermijn van 10 jaar, zoals door het BBV gesteld. Om de risico’s van de (lange termijn) ontwikkeling van Wilderszijde te beheersen hebben wij in het MPG beheersmaatregelen opgenomen en vastgesteld.

Risico’s binnen de grondexploitaties

Ondanks dat we de ramingen binnen de grondexploitaties met de grootst mogelijke zorgvuldigheid opstellen, blijven er risico’s bestaan. De berekeningen zijn gebaseerd op aannames en uitgangspunten, die in de praktijk anders (zowel positief als negatief) kunnen uitvallen. De belangrijkste risico’s die samenhangen met de grondexploitaties hebben betrekking op de planning, de prijs en het programma. Voor de lopende projecten zijn de nog te realiseren opbrengsten na 2023 op een totaal van ca. € 235 mln. geraamd. Het al dan niet realiseren van deze opbrengsten is voor de grondexploitaties de grootste uitdaging. Het college stuurt dan ook actief op de realisatie van deze opbrengsten.

De positieve lijn van de afgelopen jaren zette zich in 2023 voort. Voor zowel de woningbouwprojecten als de bedrijventerreinen sloten we in 2023 diverse overeenkomsten af, ondanks de blijvende bijzondere marktomstandigheden vanwege corona en de gevolgen van de oorlog in Oekraïne. 

Hier tegenover staan ook negatieve scenario’s. Voor een deel is de markt te beïnvloeden, maar voor een ander deel ook niet. Mochten door omstandigheden de geraamde opbrengsten voor de komende jaren maar voor een deel worden gerealiseerd, dan lopen de rentelasten snel op (incidenteel én structureel). En als de rente gaat stijgen dan heeft dit effect op de saldi van de jaarschijven (en de resultaten van de grondexploitaties). In combinatie met een tegenvallende grondverkoop kunnen dit dan forse tegenvallers zijn. 

Gekoppeld aan de actualisatie van de grondexploitaties actualiseren we ook altijd de risico’s. Hierbij schatten we, naast het risicobedrag, ook in wat de kans is dat het risico zich zal voordoen. Dit leidt tot een gewogen risicoprofiel per project. Om het verloop van de risico’s te kunnen monitoren in de tijd is (indicatief) een indeling gemaakt naar 3 profielen: hoog (gewogen risico groter dan € 2,5 mln.), midden (gewogen risico € 1 mln. tot € 2,5 mln.) en laag (gewogen risico tot € 1 mln.). Bij een voorspoedige ontwikkeling nemen de risico’s af naar mate de ontwikkeling vordert. In het begin van een project is er doorgaans sprake van aannames met een hoge mate van onzekerheid. Naar mate de ontwikkeling concreter wordt, kunnen we de kosten en opbrengsten nauwkeuriger inschatten. Hieronder volgt een overzicht van de projecten met de daarbij behorende risicoprofielen van zowel het MPG 2023 als het MPG 2024.

De geactualiseerde risicoanalyses sluiten aan op de geactualiseerde grondexploitaties van het MPG 2024 en zijn waar nodig bijgesteld en/of aangevuld.

Op totaalniveau is het risicoprofiel van de grondexploitaties verlaagd. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het MPG 2023 zijn hierbij:
•  Oudeland: In eerdere risicoanalyses waren de risico’s m.b.t. infiltratievoorzieningen en zettingsgevoeligheid opgenomen. In 2023 zijn deze werkzaamheden uitgevoerd, waardoor deze risico’s komen te vervallen.
•  Ruimte-voor-Ruimte Groenzoom Noordeinde: In een vorige risicoanalyse was opgenomen dat kavels niet verkocht of bebouwd konden worden vanwege de aanwezigheid van een CO2-leiding. Dit risico heeft zich voorgedaan en de desbetreffende kavels zijn tijdens de nieuwe herverkaveling niet meegenomen in het MPG.
• Wilderszijde: door de omvang en looptijd heeft Wilderszijde op basis de gehanteerde indeling in risicoprofielen een hoog risicoprofiel. Dit risicoprofiel is ongewijzigd ten opzichte van vorig jaar.

Op totaalniveau is het risicoprofiel van de grondexploitaties gekoppeld aan de benodigde weerstandscapaciteit. De verhoging van het risicoprofiel betekent dus ook een verhoging van de benodigde weerstandscapaciteit. Voor meer informatie wordt verwezen naar de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Risicoprofielen 2023 2024
Meerpolder Laag Laag
Berkel Centrum West Laag Laag
Westpolder-Bolwerk Midden Midden
Oudeland Laag Laag
Leeuwenhoekweg Laag Laag
Wilderszijde Hoog Hoog
RvR Groenzoom Noordeinde Midden Laag
Landscheidingspark Horeca Laag Laag

Vennootschapsbelasting

De Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen bepaalt dat ook gemeenten vennootschapsbelasting moeten betalen over ondernemersactiviteiten. Hier vallen in beginsel ook de (actieve) grondexploitaties onder. Via de Quickscan Winstoogmerk grondbedrijven toetsen we of er sprake is van een onderneming. Op basis van onze berekeningen gaan we er op dit moment vanuit dat dit voor Lansingerland nu niet het geval is.

Begin 2022 stelden wij op advies van onze huidige fiscaal adviseur op basis van het MPG 2021 een Quickscan op. Ook deze laat een negatief resultaat zien, zowel jaarlijks als op totaalniveau. Voor de jaren 2016-2021 hebben wij een “nihil”-aangifte ingediend bij de Belastingdienst en namen daarmee formeel een standpunt in richting de Belastingdienst. 

Wij achten ons standpunt dat wij voor het totaal aan grondexploitaties niet door “de poort” gaan en we ook fiscaal gezien dus geen winst maken nog steeds reëel en onderbouwd. Hierdoor is onze inschatting omtrent de VPB ongewijzigd ten opzichte van het MPG 2023.

Momenteel loopt er een audit van de Belastingdienst op de BTW en de Vpb. Het is op dit moment nog niet in te schatten wat de financiële gevolgen hiervan zijn.   

Openbaarheidsparagraaf Wet open overheid (Woo)

Wet open overheid

Terug naar navigatie - Wet open overheid

De Wet open overheid (Woo) regelt het recht van inwoners op informatie van de overheid. De wet beoogt overheden transparanter te maken door overheidsinformatie beter vindbaar en digitaal toegankelijker te maken, en daarmee vertrouwen van onze inwoners meer terug te krijgen. In deze openbaarheidsparagraaf wordt aandacht besteed aan de uitvoering van de Woo in relatie tot de beleidsvoornemens.

Passieve openbaarmaking 
Het opvragen van publieke informatie bij overheidsorganisaties leidt tot passieve openbaarmaking. Voor deze Woo-verzoeken geldt nog steeds dat alle verzoeken zo snel als mogelijk in de organisatie uitgezet en afgerond worden. In 2023 zien we een stabilisatie op het aantal ontvangen Woo-verzoeken en een verbetering in de termijn waarmee Woo-verzoeken worden beantwoord door middel van een Woo-besluit en het openbaar maken van de gevraagde informatie. 

Actieve openbaarmaking 

Informatiehuishouding
De Woo kent niet alleen de verplichting tot actieve openbaarmaking, maar erkent ook het belang van een goede informatiehuishouding. Het Project Implementatie Wet open overheid (hierna: project) kende twee grote deelopgaven:
1.    Het actief openbaar maken van documenten in 11 categorieën;
2.    Het op orde hebben van de informatiehuishouding van bestuursorganen.

Gedurende de uitvoering van het project en het voortschrijdend inzicht is besloten om de scope van de opdracht te beperken tot enkel de eerste deelopgave. Het op orde hebben van de informatiehuishouding van bestuursorganen is een randvoorwaarde voor het project welke door de lijnorganisatie moet worden ingevuld.

Informatiecategorieën
De verplichtingen uit de Woo om documenten behorende tot de 11 informatiecategorieën binnen (doorgaans) 14 dagen actief openbaar te maken zijn nog niet in werking getreden. Het BZK-Programma Open Overheid en het Rijksprogramma voor Duurzaam Digitale Informatiehuishouding (RDDI) werken de werkdefinities, de wijze van openbaarmaking en eventuele hulpmiddelen bij openbaarmaking per categorie uit. Dit doen zij in werkgroepen van experts uit diverse organisaties die met die categorie te maken hebben. 

In 2023 is de projectgroep Implementatie Wet open overheid (hierna: projectgroep) aan de slag gegaan met de vastgestelde documenten voor de categorie Woo-verzoeken (en -besluiten). Daarnaast is er gewerkt met de concept-documenten van de informatiecategorieën Klachtoordelen en Convenanten. Er volgt nu een fase van ervaring opdoen bij het openbaar maken van de betreffende informatiecategorieën voordat de verplichting tot actieve openbaarmaking daadwerkelijk in werking treedt. 

Woo-index
Op advies van het Adviescollege ICT-toetsing heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) eind 2022 gekozen voor een eenvoudiger en sneller te realiseren oplossing dan het Platform Open Overheidsinformatie (PLOOI): een verwijsindex (de ‘Woo-index’) met zoekfunctie. In juni 2023 heeft de minister van BZK onze gemeente per brief geïnformeerd over de laatste stand van zaken omtrent actieve openbaarmaking.

De Woo-index verwijst naar documentcollecties die al elders door bestuursorganen op internet zijn gepubliceerd en de zoekfunctie maakt de documenten in deze collecties (op den duur) centraal doorzoekbaar. Om aansluiting te vinden op de index dient onze gemeente over een eigen publicatieplatform te beschikken. Deze ontwikkeling is opgepakt door de projectgroep. In de tweede helft van 2023 is met succes gewerkt aan het realiseren van een eigen publicatieplatform voor het actief openbaar maken van diverse informatiecategorieën.

De aansluiting op de Woo-index verloopt via het Register van Overheidsorganisaties (ROO). In de redactieomgeving van het ROO kunnen de internetlocaties (URL’s) waar de documenten publiek toegankelijk zijn worden geregistreerd. Binnen het project is hiervoor tijdelijk een Woo-redacteur aangewezen.

Financieel
Het Rijk ondersteunt met financiële middelen de gemeenten bij de implementatie en uitvoering van de Woo. De financiële middelen bestaan uit zowel incidentele als structurele middelen. Op basis van de Meicirculaire gemeentefonds 2021 zijn voor de gemeente Lansingerland de volgende financiële middelen vanuit het Rijk beschikbaar:

   

  2022 2023 2024 2025 2026
Incidenteel 77.000 78.000 79.000 81.000 81.000
Structureel

65.000

82.000 100.000 119.000 135.000
Totaal: 142.000 160.000 179.000 200.000 216.000

  

Bij de slotwijziging is het incidentele budget van 2023 naar 2024 overgeheveld. In 2023 is het budget grotendeels besteed aan de inzet van medewerkers in de projectgroep, een onderzoek naar de structuur van informatiehuishouding en kosten voor het aanpassen van de website.