Algemeen

Bestuurlijke inleiding Begroting 2022-2025

Terug naar navigatie - Bestuurlijke inleiding Begroting 2022-2025

“Verantwoord overdragen”

Voor u ligt de laatste begroting van de collegeperiode 2018-2022 die gestart is met het motto “Lansingerland doet ‘t”. We hebben in de afgelopen vier jaar veel gedaan! Voor onze bewoners en bedrijven in Lansingerland zelf en voor onze positie in de regio. We hebben onder meer een nieuw afvalbeleid vastgesteld, een impuls gegeven aan onze lokale bedrijvigheid en arbeidsmarkt; we zijn gekomen met een Integraal huisvestingsplan Onderwijs en een Sportvisie; de Woonvisie 2021-2025 is vastgesteld, duurzaamheid hebben we op de kaart gezet en de verkoop van de Eneco-aandelen gerealiseerd en geïnvesteerd om ondermijning tegen te gaan en de veiligheid te vergroten. Er is in de afgelopen jaren ook veel gebeurd dat niemand ook maar enigszins kon voorzien, niet alleen in onze gemeente maar in geheel Nederland. De mondiale pandemie heeft onze samenleving ingrijpend doen veranderen. Het jaar 2020 en aanzienlijk deel van 2021 vormden daarmee een erg moeilijke periode; in menselijk opzicht door de vergaande coronamaatregelen die op ons allen van toepassing waren, maar ook in financiële zin door bijvoorbeeld de achtergebleven bekostiging vanuit het Rijk voor taken waar gemeenten de financiële risico’s dienen te dragen.

In februari jl. en later in de Kadernota 2022 heeft het college de raad deelgenoot gemaakt van de tegenvallende financiële positie waarin onze gemeente dreigde te komen, mede als gevolg van de bijstellingen van het gemeentefonds en toenemende kosten in Jeugdzorg en Wmo die door het Rijk op de gemeentelijke bordjes werd gedropt. Met een op de toekomst gerichte attitude is het college aan de slag gegaan. Aanpassingen en opnieuw investeren zijn nodig, maar wel vanuit een solide financiële basis. Met een afgewogen pakket aan structurele ombuigingen van samen circa € 2,5 miljoen werd een structureel sluitende begroting in 2022 haalbaar. In dat traject heeft het college de raad –mede op basis van enkele moties- meermaals meegenomen aan welke knoppen gedraaid kon worden. In de kadernota noemden wij dat “Lansingerland verantwoord vooruit”.

Afgelopen maanden wenkt er echter een nieuw perspectief en ziet het college een opgaande lijn. De corona maatregelen worden steeds méér afgeschaald, nieuwe dingen ontplooien en groeien. De economie trekt sneller aan dan verwacht en het Rijk is vooruitlopend op besluitvorming in het nieuwe kabinet -zo hoog werd de financiële nood bij gemeenten ingeschat- over de brug gekomen met compensatie voor de opgelopen Jeugdzorggelden.

Niet àlle, maar er blijven ombuigingen uit de kadernota nodig om die solide financiële basis op te bouwen en Lansingerland sterk te maken voor de toekomst. Onze gemeente blijft immers groeien, dat is een feit. Maar alleen met een stevig fundament kunnen we verantwoord ook de blijvende onzekerheden tegemoet treden. Met realistisch begroten en investeren in de veranderopgave in het sociaal domein spelen we daar verder op in. Net als er voor zorgen dat de informatievoorziening veiliger wordt, de basisregistraties op orde en de digitale dienstverlening meer proactief. Daarmee leggen we de noodzakelijke basis voor een deugdelijke invoering van de Omgevingswet. Komende jaren monitoren we nauwlettend welke capaciteit en middelen er nodig zijn om onze ambities uit te voeren, u leest hier meer over in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.

“Verantwoord overdragen” geven wij als motto mee aan onze Begroting 2022-2025. Het is de laatste begroting van deze raads- en collegeperiode. Aan het begin van 2022 geven wij het stokje over aan een nieuw gemeentebestuur. De komende periode zetten wij ons nog actief in voor onze gemeente en in deze begroting leest u de beleidsvoornemens. Raad en college hebben gezamenlijk gewerkt aan de toekomstperspectieven voor Lansingerland. Wij hebben ervoor gezorgd dat we toekomstbestendig zijn en blijven. Met gerichte keuzes in deze begroting om onze opgaven het hoofd te bieden en met een structureel sluitende begroting in 2022 wil ons college Lansingerland goed achterlaten.

Van kadernota naar begroting
In het voorjaar heeft het college met de toen voorhanden zijnde informatie over de financiële positie van onze gemeente het traject doorlopen naar de kadernota. Van grof naar fijn; van inschattingen naar analyses. De Kadernota 2022 is met een aantal amendementen en moties op 8 juli jl. in de raad vastgesteld. Daarmee heeft de raad zich ook uitgesproken over het doorvoeren van ombuigingen die nodig waren voor een solide financiële basis om de begroting in 2022 structureel sluitend te krijgen. De uitgangspunten die het college toen hanteerde zijn nog steeds leidend. Maar er zijn inmiddels ook nieuwe inzichten. In aanloop naar de begroting (1) is er nu meer bekend over een aantal autonome ontwikkelingen, (2) heeft het Rijk nadere informatie bekend gemaakt die van invloed is op de meerjarige gemeentelijke financiën. (3) Wij konden diverse financieel technische exercities meer precies uitvoeren. Daarnaast (4) zien wij taakverzwaringen en voeren wij ambities uit.  Wat we daar voor nodig hebben is nu meer nauwkeurig omlijnd. Bij de kadernota waren deze elementen nog niet uitgekristalliseerd. Nu hebben wij die scherp in het vizier.

(1) Autonome ontwikkelingen
Realistisch begroten in het sociaal domein
Voor de begroting 2021 zijn wij begonnen met het bewust afwegen van de uitgangspunten waarop we de begroting baseren. Het doel was tussentijdse budgetaanpassingen te beperken en eventuele verschillen te kunnen verklaren. Die lijn van ‘realistisch begroten’ zetten we onverminderd voort. Daarbij kijken we naar de landelijke ontwikkelingen voor het gebruik van voorzieningen, maar wij maken ook gebruik van onze eigen data. Dit kan niet los worden gezien van adequate monitoring van budgetten. Samen gaat dit leiden tot een verbetering in de kwaliteit van de prognoses van de openeinderegelingen. Bij de kadernota gingen wij uit van cijfers over het eerste kwartaal en waren de productieverantwoordingen 2020 van zorgaanbieders nog niet volledig beschikbaar. In de begroting 2022 maken we gebruik van actuele cijfers over het gebruik van Wmo en Jeugdhulp (juli 2021), de recent vastgestelde jaarcijfers van de GRJR en het actuele beeld over scenario’s voor bijstandcijfers van het Centraal Planbureau (CPB). De budgetten laten nog steeds meerjarig een stijging zien, als gevolg van de bevolkingsprognoses. Bij de Wmo zijn de dubbele vergrijzing en de ervaringscijfers van toename cliënten door de invoering van het abonnementstarief de verklarende factoren. Prognosticeren staat niet los van onzekerheid: hoe verder in de tijd, hoe groter de marge van de ramingen. De bijstelling voor Wmo bedraagt € 200.000 ten opzichte van de ophoging bij de kadernota.

Voor de participatiebudgetten zien we een verbetering van de prognoses voor de groei van het uitkeringenbestand. Daartegenover staat echter een lagere BUIG-uitkering vanuit het Rijk. Bij de kadernota hadden we nog onvoldoende ‘harde’ cijfers om tot een inschatting te komen. Voor de begroting kunnen we nu uitgaan van de recente BUIG-beschikking. We investeren in de sociale structuur en ondersteuning van kwetsbaren, gebaseerd op prognose van de Vereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren. Als gevolg van de coronacrisis stijgt het aantal inwoners met schulden; dat is in onze gemeente niet anders. We houden daarom rekening met een stijging van het budget voor formele en informele schulddienstverlening van 5% per jaar. Per saldo is de bijstelling die we nu inboeken € 0,5 miljoen nadelig.

De aanpassingen binnen beleidsveld jeugd zijn met name te verklaren door actuele inzichten over het gebruik van jeugdzorg (via actuele cijfers van de GR). We verwachten een effect van de coronacrisis in 2020-2021 op het gebruik van specialistische jeugdhulp in komende jaren, met name door de inzet van zwaardere en langere zorgtrajecten. In de Kaderbrief 2022 zijn in verband met de intensivering van contractmanagement en casusregie netto besparingen opgenomen die jaarlijks oplopen. We verwachten dat de landelijke personeelskrapte in het jeugdwerkveld de realisatie van deze ambities bemoeilijkt. We gaan daarom niet langer uit van een oplopende besparing vanaf 2023, maar boeken de verwachte besparing in 2022 structureel in en monitoren op de realiseerbaarheid. Daarnaast is de verwachte besparing op inkomenstoets informele pgb uit de kadernota (€ 0,1 miljoen) door een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep niet mogelijk. Dit leidt gezamenlijk tot een opwaartse bijstelling van de budgetten 2022 van € 1,0 miljoen.

(2) Nadere informatie van onder meer het Rijk
Compensatie Jeugdzorgkosten
De effecten van de Meicirculaire hebben wij cijfermatig in het financiële beeld verwerkt. Over die effecten bent u op 22 juni jl. geïnformeerd (U21.03593). Op dat moment lag er weliswaar een uitspraak van de arbitragecommissie Jeugdzorg over compensatiebedragen voor gemeenten, maar het kabinet zegde alleen voor 2022 steun toe. Over latere jaren zal het nieuwe kabinet nog een beslissing moeten nemen. Inmiddels heeft de provincie als financiële toezichthouder duidelijkheid gegeven over de meerjarige compensatie en de mate waarin gemeenten die als structureel dekkingsmiddel mogen inzetten. In 2022 ontvangt Lansingerland € 4 miljoen en daarna mogen wij € 3,3 miljoen in 2023, aflopend tot € 2,9 miljoen in 2025 inboeken. Deze bedragen zijn hoger dan de autonome ontwikkelingen in de zorg waarvoor wij in Lansingerland gesteld staan. Dat biedt ons nu de ruimte om te investeren in de veranderopgave die nodig is voor de toekomst. Het Rijk en de VNG hebben namelijk afgesproken dat het nieuwe kabinet een hervormingsagenda jeugdhulp opstelt waar gemeenten aan mee moeten werken. We weten nog niet wat precies in die agenda komt te staan, dat is aan het nieuwe kabinet. Wel weten we dat die agenda eraan komt met opdrachten van het Rijk aan gemeenten en dat dekking van die opdrachten moet plaatsvinden vanuit de (meerjarige) compensatie jeugdhulpgeld.

Risico’s positief en negatief
Landelijk is de kabinetsformatie nog geen feit. Keuzes van het demissionaire kabinet en de volgende regering zullen zeker zijn weerslag hebben op gemeenten. Die kunnen positief zijn, zoals bijvoorbeeld de opschalingskorting waarvan gezegd wordt dat die mogelijk weer bevroren wordt, of een mogelijke compensatie voor de toenemende kosten in de Wmo. Mogelijk komt het Rijk de komende periode nog met begrotingsvoorstellen voor 2022. Over de effecten van de herverdeling van het gemeentefonds is meer bekend, al ligt er nog geen formeel voorstel tot herijking en komen gemeenten via de VNG nog met een bestuurlijk advies. Op basis van de meest recente informatie vanuit het Rijk, zullen voor Lansingerland echter fors gaan tegenvallen en wel € 69 per inwoner. De laatste berekeningen volgen de systematiek en de grondslag die na diverse consultaties hoogst waarschijnlijk gehanteerd gaan worden. Wij verwachten dan ook dat bij de invoering in 2023 de definitieve bedragen niet veel zullen afwijken van de cijfers die nu bekend zijn gemaakt. Het herverdelingseffect voor een individuele gemeente is gemaximaliseerd op € 60 per inwoner en zal stapsgewijs in 4 jaar worden bereikt. Dit betekent voor Lansingerland een nadeel van circa € 1 miljoen in 2023 dat met € 2 miljoen in 2024 en € 3,1 miljoen in 2025 oploopt tot € 4,2 miljoen in 2026. Omdat de formele besluitvorming bij het nieuwe kabinet ligt, heeft het college deze cijfers niet in de komende begroting verwerkt. Wij verwijzen daarvoor naar de risicoparagraaf.

(3) Financieel technische exercities
Meerjaren InvesteringsPlan (MIP)
Meer precies dan bij de kadernota hebben wij voor de begroting een aantal financieel technische analyses kunnen doen op grond van verder beschikbare informatie. De inschattingen die wij in het voorjaar hebben gedaan voor het financiële beeld van de kadernota hebben wij verder kunnen uitkristalliseren. Zo was het MIP al grotendeels cijfermatig verwerkt in de kadernota, maar er bleken voor latere jaren nog enkele aanpassingen nodig. Ook is er nu meer duidelijk welke capaciteit we voor 2022 beschikbaar hebben en hoe zich dat vertaalt in het MIP voor wat betreft de urentoerekening en kapitaallasten. Dit leidt tot een voordelig effect van € 470.000 in 2022. Andere technische mutaties betreffen de doorbelastingen aan de grondexploitaties van € 0,2 miljoen nadelig in 2022 en oplopend tot € 1,3 miljoen voordelig in 2025 en de effecten van doorbelasting van de personeelsbegroting van circa € 0,3 miljoen voordelig.

Overige technische aanpassingen
De Meicirculaire 2021 staat het ons toe om het Btw-compensatiefonds (BCF) op declaratiebasis volledig in te zetten als structureel dekkingsmiddel. Voorheen waren nacalculaties bepalend maar door het gebruik van bandbreedtes bleken aanpassingen in de praktijk beperkt. De keuze die het college nu maakt levert structureel € 520.000 op. Wel betekent dit dat bij (grote) economische schokken die de omvang van het BCF beïnvloeden er lokaal bijstellingen nodig zijn.
Net als bij de kadernota is op dit moment nog geen duidelijkheid over de gemeentelijke CAO die vanaf 2021 zou moeten ingaan. In de begroting rekenen we net als bij de kadernota met 2% CAO-stijging.
Over de uitvoering van de lopende begroting heeft u in de Zomerrapportage 2021 op 15 juli jl. besluiten genomen. De meerjarige effecten daarvan tellen op tot circa € 0,5 miljoen nadelig. Die hebben we nu in de Begroting 2022-2025 verwerkt.
Tot slot zullen wij u apart informeren over de effecten van de Septembercirculaire 2021 op het meerjarige financiële beeld.

(4) Taakverzwaringen en uitvoering ambities
Strategische vraagstukken vragen om transitie
De gemeente groeit en we staan voor complexe(re) vraagstukken. Lansingerland richt zich in haar koers op de grote ontwikkelopgaven. Ruimtelijke en maatschappelijke thema’s komen hier samen. Sociale beleidsaspecten als bestaanszekerheid, leefbaarheid, gezondheid en ontwikkelkansen en ruimtelijke thema’s als huisvesting, omgevingsvisie, mobiliteit en Horti Science dienen over en weer op elkaar afgestemd te zijn. Daar is een transitie voor nodig naar een meer strategische en omgevingsbewuste aanpak met een professionele en betrouwbare ondersteuning in strategisch vermogen en inkoopcapaciteit.

Veilige informatievoorziening, juiste basisregistraties en proactieve digitale dienstverlening
Thema’s als informatieveiligheid, ICT-basisvoorzieningen en digitale dienstverlening worden steeds belangrijker. Als we daar niet adequaat op inspelen kan dat voor onze gemeente snel grote nadelige gevolgen hebben. Op het gebied van informatieveiligheid voeren we noodzakelijke verbeteringen door, bijvoorbeeld aan de hand van de lessen naar aanleiding van de hack bij Hof van Twente, om de risico’s te verkleinen. Daarnaast gaan we in het kader van informatiebeheer aan de slag met de aanbevelingen van de archiefinspectie om te voldoen aan de wettelijke eisen van de Archiefwet. Dat geldt ook voor de ruimtelijke basisregistraties om deze goed te laten aansluiten op de vereisten uit de Omgevingswet. Het afgelopen jaar werkten we vanwege de corona pandemie veel thuis en inmiddels zit het hybride werken in een stroomversnelling. Het faciliteren van het thuiswerken en het inrichten van het gemeentehuis voor ‘verbinden en ontmoeten’ vragen daarnaast ook om optimalisatie in 2022. Gezamenlijk kost dit € 0,8 miljoen. Invulling geven aan deze opgaven is een belangrijke randvoorwaarde voor de gehele organisatie om te kunnen werken. Zo kunnen risico’s zoveel mogelijk gemitigeerd, opgaven kwalitatief opgepakt worden èn kunnen we in de toekomst blijven voldoen aan wettelijke eisen. Ook voor een succesvolle implementatie van de Omgevingswet –waar nu alle gemeenten voor staan- is dit noodzakelijk.

Veranderopgave sociaal domein leidt tot versterking van de grip
De uitgaven in het sociaal domein stegen de afgelopen jaren fors; deze autonome ontwikkeling trof alle gemeenten in Nederland. Zicht en zo veel mogelijk grip houden op onze inhoudelijke en financiële doelen vereist dat we in Lansingerland de stap zetten naar een datagedreven beleid en professionalisering van onze monitoring. Het college ziet deze veranderopgave als een absolute noodzaak om de uitdagingen in het sociaal domein in de toekomst beheersbaar te houden. De compensatie van de jeugdgelden biedt ons die mogelijkheid. We zetten reeds in op het versnellen van de transformatie jeugd en de aanpak bij de praktijkondersteuning huisartsen (POH). In lijn met de landelijke adviezen zetten we de POH’ers nu structureel in. Dit vraagt gezamenlijk om een investering van € 657.000 in 2022 en € 700.000 in latere jaren.

Ordentelijke verkiezingen
Bij de besluitvorming van de kadernota zijn de kosten (€ 125.000) voor verkiezingen –alles afwegend- incidenteel in 2022 gehonoreerd. Uitgaven voor verkiezingen, dus niet alleen voor het lokale bestuur, worden door de provinciale toezichthouder als structureel bestempeld. Wij nemen deze kosten nu structureel op in de begroting.

Communicatiever maken van de organisatie
De communicatie van overheden is volop in ontwikkeling, mede door de (op data gebaseerde) digitalisering waardoor elk individu (binnen en buiten de organisatie) zelf medium is geworden. De kritische samenleving, de toenemende behoefte aan dialoog en inspraak, de realtime verspreiding van berichten en talrijke interne ontwikkelingen vragen ook van de gemeente Lansingerland een passende opstelling. De ontwikkelingen vragen om sensitiviteit, responsiviteit en reactiesnelheid van de hele organisatie. Communicatie wordt conversatie: van zenden naar interactie, van monologen naar dialogen. Om bovenstaande te realiseren investeren we de komende jaren (meerjarig incidenteel) expliciet in capaciteit en uitvoering voor de verdere implementatie van het omgevingsbewust werken. Dit doen we conform de nog op te stellen visie op communicatie.

Structureel sluitende begroting in 2022
Het inspelen op de genoemde autonome ontwikkelingen, de uitkomsten van financieel-technische exercities en noodzakelijke opgaven waar onze gemeente voor staat èn de ambities die wij belangrijk vinden, beïnvloeden het meerjarige financiële beeld ten opzichte van de Kadernota 2022 aanzienlijk. Zowel inhoudelijk als financieel wil ons college de noodzakelijke stappen zetten om uit te komen op een solide financiële positie met een structureel sluitende begroting in 2022. Dat ziet er dan als volgt uit.

Ombuigingen uit de kadernota
De ombuigingen zoals die in de Kadernota 2022 zijn opgenomen vergen aanpassingen. De kapitaalinjectie Stedin is inmiddels –ook in uw raad- geformaliseerd. De werkelijke reeks hebben wij in de begroting verwerkt met € 185.000 in 2022 en € 386.000 in latere jaren. Dat wijkt maar beperkt af van de € 0,4 miljoen die wij als maximaal scenario structureel hadden opgenomen in de kadernota. Ook is de ombuiging op informele PGB’s van € 100.000 na de recente gerechtelijke uitspraak niet meer mogelijk. De besparing op economische dienstverlening was eerder al vanaf 2023 ingeboekt en heeft dus alleen in 2022 effect.
Met de nieuwe inzichten en de financiële verwerking daarvan ziet het college ruimte om een drietal pijnlijke ombuigingen, waar veel discussie over is geweest, los te laten, zonder dat dat de structureel sluitende begroting in 2022 in gevaar brengt. Het schrappen van de budgetten voor duurzaamheid, de tariefsverhoging bij de OZB-woningen en het sluiten van de Snip zijn maatregelen die in de kadernota samen optelden tot € 450.000 structureel. Wij draaien deze ombuigingen structureel terug; dat is circa 20% van de aanvankelijk voorgestelde ombuigingen.

Overnemen motie ‘Uitwerking voorstel kapitaaldekkingsreserve’
Bij de behandeling van de kadernota is de motie ‘Uitwerking voorstel kapitaaldekkingsreserve’ (M2021-024) aangenomen, waarin de raad het college oproept “om te onderzoeken of er investeringen in het MIP zijn die in aanmerking komen om te dekken uit een reserve kapitaallasten en bij dit onderzoek ook de investering in het cultuurhuis Blok B te betrekken,…”.
Een analyse van het MIP levert een aantal investeringen op die zich zouden kunnen lenen voor deze manier van dekken van de kapitaallasten. De spelregels daarvoor zijn verwoord in de Nota reserves en voorzieningen 2020. Zowel het criterium dat de investering als zodanig niet vervangen hoeft te worden na de gebruiksduur, als het criterium dat de investering bijdraagt aan een maatschappelijk belangrijk thema geven daarbij de doorslag. Bij de berekening van het vereiste weerstandvermogen zal met deze onttrekking uit de algemene reserve rekening worden gehouden. Het college stelt in de begroting voor om de kapitaallasten van de investeringen (1) aanpassing AMG Schmidtpark (waterpunten en verlichting), (2) bouw en installaties Cultuurhuis en (3) upgrade evenemententerrein te dekken vanuit een kapitaallastenreserve die ten laste van de algemene reserve wordt gevormd (€ 12,3 miljoen). Voor 2022 is het effect op het begrotingssaldo beperkt. Dit loopt echter op naar circa € 0,5 miljoen positief in 2025. Voor de eerste twee investeringen heeft uw raad al het investeringskrediet gevoteerd. Over de derde investering zal uw raad zich eerst nog moeten uitspreken, dat voorstel komt te zijner tijd.

Positief sluitende begroting voor 2022 en solide financiële positie
Het college presenteert in de laatste begroting van zijn termijn een structureel sluitende begroting van € 337.000 positief in 2022. Bij de kadernota kwamen we rond de nul uit. De toekomst blijft ongewis en hoewel de ramingen voor de latere jaren méér precies zijn dan bij kadernota, spelen er nog (grote) risico’s, zowel in positieve zin, als negatief. Het nieuwe kabinet zal daar uitsluitsel over geven. In de Kadernota 2022 is voor 2025 een tekort van € 3,2 miljoen gepresenteerd. Die orde van grootte blijft in de begroting bestaan (€ 3,1 miljoen).

Voor het komende jaar is de financiële positie van Lansingerland solide. Wij pakken een aantal noodzakelijke opgaven op om ervoor te zorgen dat Lansingerland voldoende toekomstbestendig is en blijft. De veranderopgave in het sociaal domein, de transitie om strategische vraagstukken aan te kunnen en een veilige informatievoorziening en proactieve digitale dienstverlening maken daar onderdeel van uit. Deze gerichte keuzes zijn mogelijk door het realiseren van ombuigingen, maar minder dan we eerder voor ogen hadden. Daarmee creëren wij een nieuw perspectief op een mooie toekomst. Op deze manier vullen wij het motto “Verantwoord overdragen” op gepaste wijze in en geven wij begin 2022 het stokje over aan een nieuw gemeentebestuur.

Financieel overzicht Begroting 2022-2025

Financieel overzicht Begroting 2022-2025

Terug naar navigatie - Financieel overzicht Begroting 2022-2025

Opbouw begroting
De begroting is opgebouwd uit zeven programma’s en de twee overkoepelende overzichten van de algemene dekkingsmiddelen en de overhead. Op dat niveau worden de doelstellingen geformuleerd. Een dergelijk indeling is voorgeschreven. Per programma kunnen gemeenten naar eigen inzicht verschillende beleidsvelden onderscheiden -die een zekere samenhang kennen- met daarin de baten/lasten en de onttrekkingen/toevoegingen aan reserves en een overzicht van kengetallen. Dat geeft het (meerjarig) inzicht wat er in totaal financieel omgaat. Voor het gemeentebestuur zijn ook de aanpassingen ten opzichte van de vorige begroting relevant; buiten het opnemen een verschillenanalyse per programma zijn er geen voorschriften voor een incrementele totaal opbouw van de cijfers. Met de Kadernota 2022 is daarvoor een eerste aanzet gegeven; dat wil zeggen dat de aanpassingen zichtbaar zijn gemaakt vanuit het vertrekpunt van de vastgestelde begroting 2021-2024, ingedeeld naar soort, zoals autonome ontwikkelingen en algemeen (technische) mutaties. Diverse claims zijn daarbij aangereikt. Vervolgens zijn aan de hand van voorstellen voor ombuigingen toegewerkt naar een structureel sluitende begroting voor 2022.

Begroting op twee A4-tjes
De raad heeft aangegeven behoefte te hebben meegenomen te worden in de overwegingen en keuzes van het college bij de financiële problematiek die bij onze gemeente speelt. Het college heeft invulling gegeven aan de motie ‘Proces bezuinigingsscenario’s 2021 starten voor de kadernota’ (M2020-017) door onder meer het ‘Totaaloverzicht begrotingsknoppen’ (kenmerk T21.02747) aan de raad te verstrekken. Voor het college was dat een handzaam document bij de integrale afweging van ambities, budgettaire mogelijkheden en noodzakelijke structurele ombuigingen. Vervolgens biedt het ook de raad het inzicht in de mogelijkheden die het college per beleidsveld zag om te intensiveren (meer ambitie met meer middelen) of te extensiveren (dezelfde ambitie met minder middelen, of ambitie neerwaarts bij stellen); vandaar de analogie met knoppen die meer open of dichtgedraaid kunnen worden. Steeds is daarbij het maatschappelijk effect geduid, de haalbaarheid en de relevante context.

Ook een méér toegankelijke presentatie van de financiële cijfers in de begroting is een breed in de raad geuite wens. In de motie ‘Begroting en keuzes inzichtelijk op 2 A4tjes’ (M2020-013) wordt het college gevraagd in de begroting een beknopte en compleet cijferoverzicht in relatie tot beleidskeuzes, beleidsintensiveringen en keuzes tot bezuinigingen op te nemen. Deze motie neemt het college over. In het gevraagde overzicht nemen wij –als een soort van leeswijzer- de verwijzing naar de paginanummers in de begroting op, als toelichting op de ‘wereld achter de cijfers’. Dat overzicht ziet er als volgt uit.

Bedragen x € 1.000 -/- is nadelig effect op begroting
nr. sub Onderwerp / toelichting Programma/paragraaf Pagina 2022 2023 2024 2025
Stand Kadernota 2022-2025 inclusief amendement -2.564 -2.376 -3.696 -6.002
a Stand Kadernota 2022-2025 N.v.t. - -2.537 -2.349 -3.669 -5.975
b Amendement gehandicaptenparkeerkaart (A2021-015) N.v.t. - -27 -27 -27 -27
1 Technische mutaties / autonome ontwikkelingen -1.645 -1.278 -196 260
a Structuele effecten Zomerrapportage 2021 N.v.t. - -499 -384 -567 -520
b Actualiseren Meerjaren investeringplan (MIP) Bijlagen: Investeringen va. 245 466 337 46 570
c Loonkostenbegroting incl. doorbelasting Diversen - 125 219 1.239 1.602
d Realistisch begroten Sociaal Domein - Jeugd 4.2 Jeugd 59-60 -1.064 -1.453 -1.648 -1.599
e Realistisch begroten Sociaal Domein - WMO 4.4 Maatsch. Onderst. 61 -208 289 1.032 438
f Realistisch begroten Sociaal Domein - Participatie 4.3 Participatie 61-62 -465 -286 -298 -231
2 Effecten gemeentefonds / structurele dekking 4.833 2.462 2.075 2.812
a Meicirculaire, vrij besteedbare deel Overzicht Alg. Dek. 121-122 101 -873 -1.442 -785
b BTW-compensatiefonds volledig inzetten als dekkingsmiddel Overzicht Alg. Dek. 121-122 520 520 520 520
c Compensatie Jeugdhulp, incidenteel voor 2022 daarna stelpost 75% reeks Commissie van Wijzen Overzicht Alg. Dek. 121-122 4.006 3.325 3.121 2.877
d Reeds ingerekende stelpost compensatie jeugd vanuit incidentele compensatie bij begroting 2021 Overzicht Alg. Dek. 121-122 0 -869 -869 -869
e Kapitaalinjectie Stedin, dividendinkomsten Overzicht Alg. Dek. 121-122 185 386 386 386
f Inzet reserve kapitaallasten naar aanleiding van motie kaderbrief 3.2 Cultuur 46-48 45 45 295 542
g Overige structurele dekking Diversen - -24 -72 64 141
3 Taakverzwaringen, groei en uitvoering ambities -1.868 -1.961 -1.964 -1.964
a Veilige informatievoorziening, proactieve digitale dienstverlening en basisregistraties Overzicht Overhead 126 -800 -800 -800 -800
b Transitie naar volwaardige inzet strategische opgaven en betrouwbare ondersteuning Programma 4, 5, 6 en Overhead 59, 81, 94, 126 en 172 -647 -647 -647 -647
c Verkiezingen structurele claim Programma 1 20-21 -122 -122 -125 -125
d Veranderopgave sociaal domein leidt tot versterking van de jeugdhulpketen Programma 4 58-62 -657 -700 -700 -700
e Monitoringsopgave Sociaal Domein (structurele component) Programma 4 58-62 0 -50 -50 -50
f Overige claims (vnl gladheidsbestrijding en bewegingsonderwijs PO) Programma 2, 3 en 5 - -242 -242 -242 -242
g Reeds in begroting opgenomen budgetten voor groei Overzicht Overhead 123-128 600 600 600 600
4 Ombuigingen vanuit Kadernota 2022 2.127 2.277 2.377 2.377
a Algemene dekkingsmiddelen Par. Lokale heffingen 132-133 1.100 1.100 1.100 1.100
b Kapitaalinjectie Stedin (zie regel 2e, daadwerkelijke reeks) Overzicht Alg. Dek. 121-122 -400 -400 -400 -400
c Dienstverlening Programma 1 20 246 246 246 246
d Veiligheid Programma 2 33 100 100 100 100
e Sociaal Domein Programma 4 58-59 375 525 625 625
f Openbare Ruimte Programma 5 79 350 350 350 350
g Economie Programma 6 95 140 140 140 140
h Duurzaamheid N.v.t. - 216 216 216 216
5 Teruggedraaide / vervallen ombuigingen Kadernota -546 -638 -638 -638
Technisch / autonome ontwikkelingen -100 -192 -192 -192
a Functie Economie N.v.t. - 0 -92 -92 -92
b Informele PGB's N.v.t. - -100 -100 -100 -100
Bestuurlijke afweging -446 -446 -446 -446
c OZB Woningen N.v.t. - -200 -200 -200 -200
d Duurzaamheid N.v.t. - -216 -216 -216 -216
e Sluiten Snip N.v.t. - -30 -30 -30 -30
6 Structureel begrotingssaldo 2022-2025 na ombuigingen 337 -1514 -2042 -3155

Recapitulatie structureel begrotingssaldo 2022-2025

Terug naar navigatie - Recapitulatie structureel begrotingssaldo 2022-2025

In onderstaand overzicht is de door de raad gewenste begroting op twee A4-tjes samengevat door per saldo het effect te laten zien van de taakverzwaringen, beleidsintensiveringen en ombuigingen op de beleidsterreinen. Het overzicht geeft inzicht in de samenhang tussen de beleidskeuzes, -intensiveringen en keuzes tot bezuinigingen en het netto effect hiervan op het structureel begrotingssaldo 2022-2025 na ombuigingen.

Bedragen x € 1.000 -/- is nadelig effect op begroting
nr. sub Onderwerp / toelichting 2022 2023 2024 2025
Stand Kadernota 2022-2025 inclusief amendement -2.564 -2.376 -3.696 -6.002
1 Technische mutaties / autonome ontwikkelingen -1.645 -1.278 -196 260
2 Effecten gemeentefonds / structurele dekking 4.833 2.462 2.075 2.812
3 Netto effect taakverzwaringen, intensiveringen en ombuigingen per beleidsterrein -287 -322 -222 -222
a Dienstverlening -375 -375 -375 -375
b Transitie naar volwaardige inzet strategische opgaven en betrouwbare ondersteuning -378 -378 -378 -378
c Veiligheid 50 50 50 50
d Onderwijs -65 -65 -65 -65
e Sociaal Domein -382 -325 -225 -225
f Openbare Ruimte 223 223 223 223
g Economie 140 48 48 48
h Duurzaamheid 0 0 0 0
i Algemene dekkingsmiddelen 500 500 500 500
4 Structureel begrotingssaldo 2022-2025 na ombuigingen 337 -1.514 -2.039 -3.152

Voldoende weerstand om gezond te blijven

Terug naar navigatie - Voldoende weerstand om gezond te blijven

Incidentele claims en dekkingen
De provincie als financiële toezichthouder ziet strikt toe dat de structurele lasten gedekt worden door baten die naar hun aard structureel van karakter zijn. Voor 2022 voldoen wij daaraan. Bij de financiële positie van onze gemeente is ook de beschikbaarheid over incidentele dekkingsmiddelen relevant. Die hebben wij zeer ruim voorhanden. Naast de forse omvang van de algemene reserve van € 84,5 miljoen (stand eind 2021) hebben we nog de beschikking over bestemmingsreserves die bedoeld zijn om geoormerkte budgetten over te hevelen naar latere jaren (€ 156,2 miljoen stand eind 2021). Voor een deel zijn die technisch noodzakelijk, zoals de kapitaallastendekkingsreserves om gedurende de looptijd van een investering de afschrijvingen te kunnen dekken, òf ingesteld voor een specifiek risico, zoals de reserve Crisismaatregelen. Door de verkoop van de Eneco-aandelen resteert nog een aanzienlijke omvang van ‘onbeklemd budget’ van € 112,7 miljoen (stand eind 2021). Over het proces van aanwending daarvan hebben wij met de raad gesproken en inmiddels is het Toetsingskader investeringen uit Enecogelden vastgesteld. Opgemerkt wordt dat de algemene reserve bedoeld is voor grote onvoorzienbare risico’s; de verplichte post Onvoorzien is structureel opgenomen. Ook wordt de algemene reserve (tijdelijk) aangewend voor begrotingstekorten in latere jaren: deze systematiek wordt door de provincie geaccepteerd. Belangrijk is de notie dat alleen de algemene reserve ‘meetelt’ bij de bepaling van de weerstandsratio, maar de facto hebben wij met de reserve Enecogelden nog een exceptionele financiële buffer.

Diverse noodzakelijke opgaven en ambities vergen incidentele middelen. Voor een deel zetten we de reserve Onderzoekskosten daarvoor in. Gezien de veranderende context zal naar verwachting een deel van de reserve crisismaatregelen niet nodig zijn. Vrijval loopt terug naar de algemene reserve of kan worden aangewend voor incidentele lasten. Voor de investeringen in het (uitvoerings)programma Horti Science van drie jaar elk € 1,2 miljoen, doen wij vooralsnog een beroep op de algemene reserve (€ 3,6 miljoen). De dekking voor deze investering wordt echter nog nader bepaald. Het genoemde bedrag is niet meer dan richtinggevend, in afwachting van het raadsvoorstel later dit jaar voor de Horti Science Visie en Uitvoeringsagenda. Wij nemen ons voor dit programma voor lokale werkgelegenheid in relatie tot duurzaamheid, langs de lat van het Toetsingskader investeringen uit Enecogelden te leggen. Alles overziende laten wij voor het nieuwe gemeentebestuur een buitengewoon omvangrijk incidenteel dekkingspotentieel na.

Algemene reserve
De omvang van de algemene reserve per eind 2021 is € 84,5 miljoen. In 2021 is de omvang per saldo met € 4,2 miljoen gestegen. De voornaamste oorzaak hiervan is de toevoeging van het rekeningresultaat 2020. Een eventuele vrijval van de reserve Crisismaatregelen aan het einde van 2021 is daarbij nog niet verwerkt.

De geprognotiseerde onttrekkingen van de algemene reserve in de komende jaren is mede het gevolg van de negatieve begrotingssaldi in 2023 en verder; dit zijn tijdelijke onttrekkingen. Deze systematiek wordt door de provincie als financiële toezichthouder toegestaan. Als het betreffende begrotingsjaar is bereikt zal voor dat jaar weer een structureel sluitende begroting moeten worden opgesteld.

Weerstandsratio
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken. Het weerstandsvermogen geeft aan of de gemeente in staat is om financiële tegenvallers op te vangen zonder de noodzaak om direct te bezuinigen en/of de lokale lasten te verhogen. Met een ratio weerstandsvermogen van 1,8 in 2021, 1,5 eind 2022 en 1,4 eind 2023 is Lansingerland ruimschoots in staat om financiële tegenvallers op te vangen. De ratio ligt dan nog binnen de bandbreedte van de door de raad gewenste marge ‘ruim voldoende’ (tussen de 1,4 en 2,0), waarbij de raad streeft naar een ratio van 1,7. Vanaf 2024 ligt de ratio buiten (onder) de door de Raad gewenste marge ‘ruim voldoende’. Er is een bedrag van circa € 7,5 miljoen nog nodig om ook eind 2025 op de ondergrens van 1,4 te zitten van de score ‘ruim voldoende’. Opgemerkt wordt dat in de bepaling van de weerstandscapaciteit, conform de nota risicomanagement en weerstandsvermogen, nog geen rekening wordt gehouden met toekomstige positieve resultaten op de grondexploitatie. Op basis van de cijfers van het MPG 2021 verwachten we de komende jaren nog wel positieve resultaten die op moment van realisatie (bij de jaarstukken) in de algemene reserve worden gestort.

Tot slot

Terug naar navigatie - Tot slot

Bij de toelichting op de programma’s en de beleidsvelden wordt uw raad meer gedetailleerd meegenomen in de problematiek en de maatregelen waarvoor het college gericht heeft gekozen.