Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. We hebben ons hier op voorbereid aan de hand van 28 zogenaamde 'minimale acties Omgevingswet voor gemeenten’ van de VNG (hierna: acties). Wij hebben de acties binnen het project Omgevingswet ondergebracht in vijf deelprojecten, ook wel sporen genoemd. Naast het overkoepelende spoor 0 (over ambities, strategie, aanpak, financiën en communicatie) gaat het om de sporen: 1. Omgevingsvisie, 2. Omgevingsplan, 3. Vergunningverlening, toezicht en handhaving, 4. Digitaal Stelsel Omgevingswet en 5. Veranderopgave. In 2024 en verder ontwikkelden met name de sporen Omgevingsvisie, Omgevingsplan en Veranderopgave zich verder door, terwijl we geleidelijk aan het project afbouwden en de werkzaamheden overdroegen aan de lijn. Zo bouwen we bijvoorbeeld per bouwsteen het Omgevingsplan op, met als doel om in 2029 een alomvattend Omgevingsplan te hebben conform de Omgevingswet. In 2024 hebben we hard gewerkt aan de eerste twee bouwstenen van het Omgevingsplan.  

Eind 2023 heeft de gemeenteraad het startsein gegeven voor een aangescherpte Omgevingsvisie (2.0). Er is toen ook aangegeven de uitvoering van de omgevingsvisie en opgaven te willen onderbrengen in zes zogeheten omgevingsprogramma’s (Kwaliteit  van de leefomgeving, Wonen, Economie, Horti Science, Energietransitie (waaronder Warmte) + Circulaire Economie & Mobiliteit). 

In 2024 vonden voorbereidingen plaats voor de Omgevingsvisie 2.0 waaronder als belangrijkste het participatieproces. Met de bespreking van de Memo dilemma's Omgevingsvisie 2.0 in de Commissie Ruimte op 3 december 2024 werd deze voorbereidende fase afgesloten en kon het ontwerp van de Omgevingsvisie 2.0 worden opgesteld. Ook is er half 2024 gestart met het werken met Omgevingsprogramma’s door middel van startnotities. De startnotitie van het verplichte omgevingsprogramma Warmte (dat onderdeel is van omgevingsprogramma Energietransitie en Circulaire Economie) is al in het najaar van 2024 door het college vastgesteld.