Algemeen

Bestuurlijke inleiding Begroting 2025-2028

Terug naar navigatie - Bestuurlijke inleiding Begroting 2025-2028

Omschrijving (toelichting)

Voor u ligt een gebalanceerde begroting voor het jaar 2025 die de Raad via moties al mede vorm gaf bij de Begroting 2024 zelfs voor de start van het huidige begrotingstraject en bij de Kaderbrief 2025 al mede vorm hebt gegeven. 

De veranderingen in de verdeling van het gemeentefonds hebben al een paar jaar effect op onze begroting. Lansingerland is een zogenoemde ‘nadeelgemeente’ binnen de veranderde gemeentefonds-systematiek. Daardoor hebben wij vergeleken met andere gemeenten eerder pijnlijke maatregelen moeten nemen. Daarnaast komt de geplande verkleining van het gemeentefonds in 2026, steeds dichterbij. Dit veroorzaakt voor de gemeente Lansingerland en vrijwel alle andere gemeenten in Nederland forse tekorten in de begroting. 

Ontwikkelingen en onduidelijkheid op het rijksniveau maken dat het lastiger is om financieel te anticiperen. Dit heeft ook zijn weerslag op deze begroting. De begroting voor het jaar 2025 is door een aantal lastige maatregelen structureel sluitend. Voor het jaar 2026 is op advies van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) zichtbaar gemaakt welke zeer pijnlijke maatregelen aanvullend nodig zijn om tot een sluitende begroting te komen wanneer het Rijk de bijdrage aan het gemeentefonds niet herstelt en taken aan gemeenten laat zonder de benodigde middelen.

Naast een tekort aan middelen uit het gemeentefonds is in het hoofdlijnenakkoord van de coalitiepartijen in de Tweede Kamer aangekondigd dat een belangrijke bron van inkomsten voor gemeenten, de onroerendezaakbelasting (OZB), beperkingen gaat kennen. Hoe deze maatregel eruit gaat zien moet nog duidelijk worden, maar verwacht wordt dat het effect heeft op de mogelijkheden van gemeenten in de Begroting 2026.

Bij het maken van de keuzes voor 2025 heeft het college zich gericht op maatregelen die op lange termijn maatschappelijk het minst ingrijpende effect hebben, zodat op lange termijn de essentie van de gemeente behouden kan blijven. Om in 2025 tot een sluitende begroting te komen worden onder andere €1,016 miljoen aan maatregelen, de invoering van een verblijfsbelasting en een OZB-stijging van 5% voorgesteld. Het college ziet de OZB-stijging als laatste redmiddel om te voorkomen dat een ondergrens bereikt wordt in 2025 en 2026 (A2024-008). In 2026 zouden vrijwel alle potentiële bezuinigingen die zijn opgenomen in het knoppenboek ingezet moeten worden naast een OZB-stijging voor woningen naar het procentueel landelijk gemiddelde om de begroting sluitend te maken. Dit betekent dat indien er geen geld bijkomt van het Rijk er zeer pijnlijke (‘zwarte’) maatregelen genomen worden die raken aan de essentie van de gemeente. Dan zijn we niet meer de gemeente die we wensen te zijn. We beperken ons dan vooral tot de kale basis: enkel de wettelijke taken. Voor het college gaan we daarmee hard door de ondergrens wat resulteert in afbraak. Een belangrijk signaal voor de VNG om te delen met politici in Den Haag. 

De afgelopen jaren heeft het college samen met uw raad op een bijzondere en transparante manier gewerkt aan een gezamenlijke begroting, een letterlijke invulling van ‘samen besturen’. Om dit mogelijk te maken wordt jaarlijks door medewerkers op een grondige en creatieve manier gekeken hoe wij nog beter onze gemeenschapsgelden kunnen benutten voor onze inwoners. Een proces waar veel werk en tijd in gaat zitten. Dit jaar hebben de adviesbureaus Cebeon en Rijnconsult gezamenlijk onderzoek verricht hoe het financiële beeld in onze gemeente zich verhoudt tot vier andere gemeenten en tot inkomsten en uitgaven die het Rijk verwacht op basis van de systematiek van het gemeentefonds. De begrotingscijfers van 2023 vormen hiervoor de basis. We waarderen de medewerking van de vier referentiegemeenten, omdat de vergelijking met andere gemeenten aanvullend inzicht geeft naast de vergelijking met het gemeentefonds.

Het onderzoek laat klip en klaar zien dat Lansingerland met minder rijksmiddelen moet uitkomen dan andere gemeenten. Het Rijk verwacht in hun systematiek twee zaken: 
•    in de eerste plaats dat onze inwoners relatief weinig beroep doen op gemeentelijke voorzieningen;
•    in de tweede plaats dat onze inwoners in relatief hoge mate zelf bijdragen aan de gemeentefinanciën.
Die veronderstellingen komen niet overeen met ons huidige uitgaven- en inkomstenpatroon. Zo schrijven Cebeon/Rijnconsult in hun rapport dat Lansingerland op onderdelen meer voorzieningen heeft dan andere gemeenten, zoals groen, parken en openbare verlichting. Het niveau van lokale inkomsten blijft echter achter. Dat heeft voor de huidige begroting geleidt tot diverse aanscherpingen. Na vergelijking worden besparingen op de organisatie, overhead en bedrijfsvoering  weinig kansrijk geacht. Het onderzoek laat ook zien dat er op een aantal gebieden voor 2026 huiswerk te doen is, waaronder Jeugd, Participatie en WMO. Daar gaat het college de komende maanden vol mee aan de slag voor de jaren 2026 en verder.

Financieel overzicht Begroting 2025-2028

Financieel overzicht Begroting 2025-2028

Terug naar navigatie - Financieel overzicht Begroting 2025-2028

Opbouw begroting
De begroting is opgebouwd uit zeven programma’s en de twee overkoepelende overzichten van de algemene dekkingsmiddelen en de overhead. Op dat niveau worden de doelstellingen geformuleerd. Een dergelijk indeling is voorgeschreven. Per programma kunnen gemeenten naar eigen inzicht verschillende beleidsvelden onderscheiden -die een zekere samenhang kennen- met daarin de baten/lasten en de onttrekkingen/toevoegingen aan reserves en een overzicht van kengetallen. Dat geeft het (meerjarig) inzicht wat er in totaal financieel omgaat.
Voor het gemeentebestuur zijn ook de aanpassingen ten opzichte van de vorige begroting relevant; buiten het opnemen een verschillenanalyse per programma zijn er geen voorschriften voor een incrementele totaalopbouw van de cijfers. Met de Kaderbrief 2024 is daarvoor een eerste aanzet gegeven; dat wil zeggen dat de aanpassingen zichtbaar zijn gemaakt vanuit het vertrekpunt van de vastgestelde begroting 2024-2027, ingedeeld naar soort, zoals autonome ontwikkelingen en algemeen (technische) mutaties. Aan de hand van de vastgestelde uitgangspunten is er met behulp van de gereedschapskist met begrotingsknoppen toegewerkt naar een structureel sluitende begroting voor 2025.        

Begroting op twee A4-tjes - van Kaderbrief 2025 tot Begroting 2025 - 2028
De raad heeft in het verleden al aangegeven behoefte te hebben meegenomen te worden in de overwegingen en keuzes van het college. Het college geeft hier invulling aan door onder andere het boekwerk 'Gereedschapskist met begrotingsknoppen m.b.t. Begroting 2025-2028' (T24.06443) aan de raad te verstrekken. Voor het college was dat een handzaam document bij de integrale afweging van ambities, budgettaire mogelijkheden en noodzakelijke structurele taakstellingen. Vervolgens biedt het ook de raad inzicht in de mogelijkheden die het college per beleidsveld zag om te intensiveren (meer ambitie met meer middelen) of te bezuinigen (ambitie neerwaarts bij stellen); vandaar de analogie met 'begrotingsknoppen' die meer open of dichtgedraaid kunnen worden. Steeds is daarbij het maatschappelijk effect geduid, de haalbaarheid en de relevante context.
De begroting op twee A4-tjes, een beknopt en compleet cijferoverzicht in relatie tot beleidskeuzes, beleidsintensiveringen en de keuzes voor de bezuinigingen is hieronder weergegeven. Dit overzicht geeft ook duidelijk weer hoe we van Kaderbrief 2025 tot de begroting 2025-2028 zijn gekomen. In het gevraagde overzicht nemen wij –als een soort van leeswijzer- de verwijzing naar de programma's en paragrafen in de begroting op, als toelichting op de ‘wereld achter de cijfers’. Een toelichting op de posten op hoofdlijnen is als volgt:

Stand baseline bij Kaderbrief 2025
Het vertrekpunt voor de Begroting 2025 was de baseline van de Kaderbrief 2025 (U24.02082), waaronder ook de amendementen die door de Raad zijn aangenomen. Voor de leesbaarheid houden we dezelfde volgorde aan als in het ‘Financieel overzicht Begroting 2025-2028’.

Mutaties Meicirculaire 2024
In de raadsinformatiebrief (U24.02647) is het financiële effect gepresenteerd van de Meicirculaire 2024. Voor een toelichting op deze mutaties verwijzen wij dan ook naar de betreffende raadsinformatiebrief. Na verwerking van deze mutaties resteert er nog een structureel tekort van € 3,7 miljoen.

Beleidsarme mutaties
Gezien het resterende tekort is er door het college nog scherper gekeken naar ruimte binnen de budgetten en gezocht naar financieel technische mogelijkheden om het tekort kleiner te maken. Denk hierbij aan actualisaties en doorrekeningen, maar ook aan een kritische blik op structurele onderbestedingen op exploitatiebudgetten. Daarnaast zijn een aantal mutaties met onzekerheden uit de Kaderbrief geactualiseerd naar de huidige inzichten.

A.    Bijstelling Meicirculaire
Herijking Algemene Uitkering voor ontwikkeling  WOZ-waardes 
In de doorrekening van de Algemene Uitkering worden de geraamde WOZ-waarden van het onroerend goed in de gemeente meegenomen als maatstaf. Bij de doorrekening ten tijde van de Meicirculaire was de nieuwe raming van de WOZ-waarden die het SVHW maakt nog niet beschikbaar. Inmiddels is dat wel het geval en is deze verwerkt in de Algemene Uitkering. 
In de algemene uitkering die gemeenten ontvangen vanuit het Rijk zit een correctie voor de WOZ-waardes van het onroerend goed in de gemeente. Een gemeente krijgt als het ware een korting gebaseerd op de totale WOZ-waarde van het onroerend goed, ook wel de belastingcapaciteit. De hoogte van de totale WOZ-waarde bepaalt hoeveel inkomsten een gemeente kan binnenhalen aan OZB-opbrengsten. Hoe hoger deze WOZ-waarde, hoe hoger de potentiële OZB-opbrengsten en daarom ook hoe hoger de korting die het Rijk toepast op de Algemene Uitkering. 
De nieuwe raming laat een grotere WOZ-waardeontwikkeling zien dan eerder verwacht en daarmee ook een hogere eigen inkomstenbron voor de gemeente, voor zowel woningen als niet-woningen. Als gevolg daarvan is de correctie op de algemene uitkering hoger (negatief effect) dan bij de Meicirculaire. Met andere woorden, wij ramen nu een lagere algemene uitkering dan eerder ingeschat (1.055.000 lagere baten). 

B.    Sociaal Domein
GRJR
Op basis van recentere cijfers hebben wij een scherpere prognose kunnen maken. Deze prognose komt lager uit dan bij de Kaderbrief en dit is verwerkt in de begroting (€ 643.000 lagere lasten). 

C.    Technische bijstellingen baseline

Actualisatie MIP, MPG en AOK’s
De actualisaties van de projecten in het meerjareninvesteringsplan (MIP), de meerjarenprognose grondexploitaties (MPG) en de anterieure overeenkomsten (AOK's) zijn verwerkt in de Begroting 2025-2028. Dit levert per saldo een structureel effect op van € 142.000 negatief in 2025, oplopend tot € 717.000 negatief in 2028. 

Bijstelling baggeren
In 2025 worden er extra baggerwerkzaamheden uitgevoerd in de grote plassen (hogere lasten € 233.000).

Bijstellingen personeelsbudgetten
Na de Kaderbrief 2025 heeft, zoals gebruikelijk, de definitieve en gedetailleerde doorrekening van de personeelsbegroting (hogere lasten 476.000) en de opleidingskosten (hogere lasten € 98.000) plaatsgevonden. Daarnaast is hieraan toegevoegd het in de zomerrapportage 2024 reeds besloten budget voor de implementatie van een contractenbank (hogere lasten € 150.000).  

Tijdelijke capaciteitsuitbreiding ICT en opgavemanager nieuwkomers (structureel i.p.v. incidenteel)
De tijdelijke extra kosten voor de opgavemanager nieuwkomers wordt gezien door de provincie als een structurele taak van de gemeente, wij zien en behandelen dit als tijdelijk budget. In de Zomerrapportage is voor 2024 budget toegekend om tijdelijk de capaciteit bij team ICT uit te breiden voor een beoogde periode van 2-3 jr. In de begroting 2025 voegen we in het verlengde van de vastgestelde zomerrapportage de budgetten voor 2025 en 2026 toe. De totale (tijdelijke) intensivering hiervan is daarom opgenomen voor 2 jaar in de structurele kosten (hogere lasten € 405.000).

Extra budget Concernstaf functie VIC,
Met ingang van boekjaar 2023 is de rechtmatigheidsverantwoording van kracht. Omdat vanuit deze wet duidelijke is welke eisen aan de administratieve organisatie en interne controle worden gesteld en vanwege andere regelingen die op ons afkomen is er een benchmark uitgevoerd door Berenschot ‘Naar een toekomstbestendige Concernstaf. Op basis van deze benchmark wordt voorgesteld de VIC structureel ‘in huis’ te halen en daarvoor een meer uitvoerende VIC-er in dienst te nemen. Door deze uitbreiding op control is de concernstaf in staat de VIC’s uit te voeren, om opvolging van bevindingen beter te begeleiden, om de organisatie te helpen leren, om de 1e lijn te ondersteunen in het nemen van verantwoordelijkheid voor hun eigen interne controle. (hogere lasten 98.000)

Diverse mutaties
In kader van zero base begroten zijn alle mutaties in de meerjarenbegroting integraal beoordeeld en hierdoor zijn er budgetten afgeraamd en herrubricering plaatsgevonden van de incidentele en structurele posten in de begroting . (lagere lasten € 515.000)

D.    Dekkingsbronnen
Niet alleen aan de lastenkant hebben zich er sinds de Kaderbrief 2025 wijzigingen voorgedaan. Ook in de baten zijn er aanpassingen doorgevoerd. 

WOZ-Waardeontwikkeling
Herijking OZB voor WOZ-ontwikkeling woningen
Tweemaal per jaar maakt het SVHW een nieuwe raming van de WOZ-waardes in de gemeente. De totale WOZ-waarde wordt bijgesteld met enerzijds de areaaluitbreiding (nieuwe woningen en ander vastgoed) en anderzijds met de waardeontwikkeling van dat vastgoed. 
De geraamde WOZ-waardes voor woningen zijn naar boven bijgesteld in de nieuwe SVHW-raming. Dit zou, naar verwachting, dan ook leiden tot hogere OZB-opbrengsten. Echter, de gemeenteraad heeft in een eerder stadium vastgesteld dat de stijging van WOZ-waardes gecompenseerd worden in het OZB-tarief, zodat de OZB in euro’s niet zou stijgen, los van een toegepaste indexatie. Met andere woorden, een huishouden waarvan de woningwaarde gestegen is, ziet die stijging niet terug in de OZB-aanslag die zij ontvangt.

Herijking OZB voor WOZ-ontwikkeling niet-woningen
Ook de geraamde WOZ-waardes voor niet-woningen zijn naar boven bijgesteld in de nieuwe SVHW-raming. Voor niet-woningen betekent dit ook direct meer OZB-opbrengsten, omdat deze hogere WOZ-waardes tegen het eerdere berekende tarief doorgerekend worden. (€ 872.000 hogere baten) 

Herijking belastingen en leges (excl. OZB)
In 2025 zijn de opbrengsten van de lokale heffingen in de Meerjarenbegroting gestegen ten opzichte van de Meerjarenbegroting 2024. De stijging wordt veroorzaakt door verschillende factoren. In lijn met de vastgestelde begrotingspunten van de kaderbrief zijn de lokale lasten met 4% geïndexeerd. Voor bouwleges ontvangen wij extra inkomsten door aanvragen van grote nieuwbouwprojecten, aan afvalstoffenheffing ontvangen wij extra inkomsten omdat de extra lasten met betrekking tot het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval worden doorberekend in de afvalstoffenheffing.(€ 1.933.000 hogere baten)

Herijking rioolheffing
De gemeente kiest voor doelmatig en risico gestuurd werken. Er wordt zoveel mogelijk integraal en wijkgericht gewerkt. Om de kosten als gevolg van de activiteiten te kunnen dekken, stijgt de rioolheffing vanaf 2022 geleidelijk met 1,25% per jaar tot een kostendekkend niveau in 2041. Dit is conform het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP). Aanvullend hanteren we in 2025 een indexatie percentage van 1,6% in verband met sterk toegenomen prijzen (€ 468.000 hogere baten)

E.    Overige bijstellingen
N.v.t.

Dekking uit begrotingsknoppen
Net als vorig jaar hebben wij een gereedschapskist met begrotingsknoppen opgesteld (T24.06443) waarin maatregelen zijn opgenomen die ingezet zouden kunnen worden om een structureel sluitende begroting te realiseren. Het college heeft dit overzicht meegenomen bij de integrale afweging en de daarin opgenomen maatregelen geclassificeerd naar de mate van (technische en juridische) uitvoerbaarheid en impact voor onze bewoners, bedrijven en (maatschappelijke) organisaties. Uiteindelijk is er besloten om een totaal aan maatregelen in te zetten voor een bedrag van € 1 miljoen. Voor de toelichting over welke maatregelen (“begrotingsknoppen”) dit betreft, verwijzen wij u naar de onderstaande tabel en de gereedschapskist met begrotingsknoppen (T24.06443)

Dekking uit technische maatregelen
Aangezien de Begroting 2025 met inzet van de hierboven genoemde begrotingsknoppen alsnog een structureel tekort van € 1.372.000 liet zien, is er besloten tot het inzetten van een aantal aanvullende financieel-technische maatregelen. Voor de toelichting over welke maatregelen (“begrotingsknoppen”) dit betreft, verwijzen wij u naar de onderstaande tabel en de gereedschapskist met begrotingsknoppen (T24.06443)

Eindstand structureel begrotingssaldo
Na verwerking van al de bovenstaande mutaties is het structurele begrotingssaldo van een tekort van € 7,4 miljoen bij de Kaderbrief 2025 gewijzigd in een overschot van € 93.000 in 2025. Daarmee is de Begroting voor 2025 structureel sluitend, al resteert er voor de daaropvolgende jaren nog een tekort dat oploopt tot ruim € 5,3 miljoen in 2028. 

Incidentele claims en de bijbehorende dekking
Naast de structurele mutaties ten opzichte van de Kaderbrief 2025, zijn er ook een aantal incidentele mutaties verwerkt in de Begroting 2025-2028. Dit is in lijn met het verzoek van uw raad om nieuw beleid zoveel als mogelijk te dekken met incidenteel geld (M2022-020). 

bedragen x 1.000
2025 2026 2027 2028
Stand baseline bij Kaderbrief 2025 -7.407 -13.037 -13.014 -10.785
Wijzigingen in baseline Kaderbrief
Bijstellingen brief Meicirculaire 3.697 730 -467 1.170
Nieuwe stand baseline Kaderbrief (na amendement en Meicirculaire 2024) -3.710 -12.308 -13.481 -9.615
Nieuwe mutaties t.o.v. baseline (beleidsarm)
(A) Bijstelling Meicirculaire -1.048 -2.152 -2.207 -2.122
(B) Sociaal Domein (memo realistisch begroten) 607 405 485 554
(C) Technische bijstellingen baseline -1.249 710 -249 -1.411
(C) Dekkingsbronnen 3.281 3.368 3.175 3.110
(D) Overige bijstellingen nu bekend 0 0 0 0
(A+B+C+D) Totaal nieuwe mutaties t.o.v. baseline (beleidsarm) 1.592 2.331 1.205 131
Nieuwe stand baseline (na bijstellingen): geen nieuw beleid -2.118 -9.976 -12.277 -9.484
Beleidskeuzes
Beleidskeuzes
N.v.t. 0 0 0 0
Totaal beleidskeuzes - - - -
Structureel begrotingssaldo na beleidskeuzes -2.118 -9.976 -12.277 -9.484
Dekking uit ingezette begrotingsknoppen
Begrotingsknoppen Programma 1 Bestuur en Dienstverlening
01.3.1 Verhogen leges huwelijken 10 10 10 10
01.3.2 Afschaffen vergoeding keuringskosten gehandicaptenparkeerkaart (GPK) 17 17 17 17
Begrotingsknoppen Programma 2 Openbare Orde en Veiligheid
0.2.1.1 Leges Drank & Horeca 4 4 4 4
Begrotingsknoppen Programma 3 Sport, cultuur en onderwijs
03.1.1A.A Verhogen huurtarieven sportaccommodaties buitensport met 5% 13 25 25 25
03.1.2A.B Verhogen huurtarieven sportaccommodaties buitensport met 10% 13 25 25 25
0.3.1.4 Het realiseren van maximaal twee sportboxen 3 3 3 3
03.2.7F.A Afschaffen subsidieregeling voor Levendig Lansingerland 25 25 25 25
03.2.1F.B Versoberen subsidieregeling voor Levendig Lansingerland 11 11 11 11
Begrotingsknoppen Programma 4 Sociaal Domein
04.2.2 Stoppen met de externe huisartsen consultatiefunctie 20 20 20 20
04.2.3A Stoppen met jongerenparticipatie 85 85 85 85
04.3.1. Niet uitvoeren motie menstruatiearmoede 20 20 20 20
Implementatiekosten Hervormingsagenda Jeugd -400 -400 0 0
Begrotingsknoppen Programma 5 Kwaliteit Openbare Ruimte
05.1.10 Geen gratis zout uitgeven aan inwoners 2 2 2 2
05.1.1G.A A. We verduurzamen de openbare verlichting door de aan en uit momenten beter op de zonsopkomst en zonsondergang af te stellen -2 23 23 23
05.1.2C.A Beheer en onderhoud openbare ruimte op bedrijventerreinen zelf laten uitvoeren en niet meer door parkmanagementorganisaties laten doen. (deel 1, budget openbare ruimte) 42 42 42 42
05.1.3 De leges voor werkzaamheden aan bestaande en/of nieuwe kabels en leidingen worden kostendekkend verhaald op de aanvrager. 500 500 500 500
05.1.6. Poller Bonfut uitzetten, naar beneden zetten en niet beheren 4 4 4 4
05.1.7 Geen poller Hoeksekade terugplaatsen bij de reconstructie 10 10 10 10
05.1.8 Het stoppen met het organiseren en bijdragen aan de hanging baskets (plantenbakken met geraniums aan de lichtmasten) in de centra. 0 25 25 25
05.1.9 Het stoppen met het plaatsen van kerstbomen als verfraaiing in de centra rond de Kerstperiode. 15 15 15 15
05.2.2 Koningsdag, stoppen met financiering afvalinzameling 3 3 3 3
05.2.3 Stoppen met graffiti verwijdering 8 8 8 8
05.3.7 Verhogen tarieven binnensportaccommodaties met 5% 30 30 30 30
Begrotingsknoppen Programma 6 Lansingerland Ontwikkelt
06.2.1 Kostendekkende leges gehandicaptenparkeerplaatsen 8 8 8 8
06.2.2 Kostendekkende leges bij ontheffingen artikel 87 RVV (ontheffing verkeersregels) 15 15 15 15
06.2.3 Aanpassing bewakingsvorm fietsenstallingen 200 200 200 200
06.3.1 Stoppen vergroting bewustwording onder ondernemers belang cybersecurity 2 2 2 2
06.3.2C.B B. Beheer en onderhoud openbare ruimte op bedrijventerreinen zelf uitvoeren en niet meer door parkmanagementorganisaties laten doen. (deel 2, budget economie) 8 8 8 8
06.4.4 Verplaatsen Energieloket naar balie in gemeentehuis 0 0 40 40
06.4.5D.A Gefaseerde afbouw subsidie vergroenen schoolpleinen 20 40 60 60
Begrotingsknoppen Programma 7 Grondzaken
n.v.t.
Begrotingsknoppen Overhead
10.1.3 P&C producten volledig en alleen digitaal (ook voor de Raad) 8 8 8 8
10.1.3 Invoeren verblijfsbelasting 150 375 480 497
Begrotingsknoppen Domeinoverstijgend
n.v.t.
Totaal dekking ingezette begrotingsknoppen 840 1.160 1.725 1.742
Stand structureel begrotingssaldo na dekking ingezette begrotingsknoppen -1.278 -8.816 -10.551 -7.742
Dekking uit technische maatregelen
Technische maatregelen
98.2.1 Capaciteitseffect investeringen 205 542 801 1.180
98.1.1 Ozb woningen 5% 521 525 532 540
98.1.2 Ozb niet woningen 5% 645 656 667 671
Totaal dekking technische maatregelen 1.371 1.723 1.999 2.391
Eindstand structureel begrotingssaldo 93 -7.093 -8.553 -5.351
bedragen x 1.000
Incidentele claims
I&I: Vrijval Kluisarchivering wettelijke verplichting (meerjarig incidenteel) 170 170 0 0
Aanpassing systematiek algemene uitkering - syst U24.02647 -1.900 0 0 0
Basis op orde WPG, AVG, NIS2: Team CS: Budget FG (inc.) -96 -96 -96 0
Basis op orde WPG, AVG, NIS2: Team CS: Kwartiermaker NIS2 (inc.) -100 -100 0 0
Basis op orde WPG, AVG, NIS2: Team JZ&I: WPG, AVG en algoritmes -200 0 0 0
Team I&I: kwartiermaker digitale duurzaamheid -200 -200 0 0
I&I: WMEBV (2025) -100 0 0 0
Incidenteel budget lobbyist 0 0 0 0
Incidentele inzet t.b.v. jeugdhulp -374 0 0 0
Omgevingswet Bouwsteen 2 -335 0 0 0
Omgevingswet Bouwsteen 3 0 -396 0 0
Omgevingswet Bouwsteen 4 0 -396 0 0
Omgevingswet Bouwsteen 5 0 0 -396 0
Omgevingswet Bouwsteen 6 0 0 0 -396
Incidenteel budget jongerenparticipatie -85 0 0 0
Totaal incidentele claims -3.220 -1.018 -492 -396
Dekking incidentele claims
Voorgestelde onttrekking Algemene reserve -3.220 -1.018 -492 -396
Reeds verwerkt als onttrekking aan de Algemene Reserve in de MJB 2025 -2.104 170 0 0
Nog te verwerken als mutatie aan de Algemene Reserve in de MJB 2025 -1.116 -1.188 -492 -396
Begrotingssaldo 2025-2028 -2.020 -9.029 -9.370 -6.025

Voldoende weerstand om gezond te blijven

Terug naar navigatie - Voldoende weerstand om gezond te blijven

Incidentele claims en dekkingen
De provincie als financiële toezichthouder ziet strikt toe dat de structurele lasten gedekt worden door baten die naar hun aard structureel van karakter zijn. Voor 2025 voldoen wij daaraan. Bij de financiële positie van onze gemeente is ook de beschikbaarheid over incidentele dekkingsmiddelen relevant. Die hebben wij zeer ruim voorhanden. Naast de forse omvang van de algemene reserve van € 75,8 miljoen (stand eind 2024) hebben we nog de beschikking over bestemmingsreserves die bedoeld zijn om geoormerkte budgetten over te hevelen naar latere jaren (€ 158 miljoen stand eind 2024). Voor een deel zijn die technisch noodzakelijk, zoals de kapitaallastendekkingsreserves om gedurende de looptijd van een investering de afschrijvingen te kunnen dekken, of ingesteld voor een specifiek risico. Door de verkoop van de Eneco-aandelen resteert nog een aanzienlijke omvang van ‘onbeklemd budget’ van € 93,5 miljoen (stand eind 2024). Opgemerkt wordt dat de algemene reserve bedoeld is voor grote onvoorzienbare risico’s; de verplichte post Onvoorzien is structureel opgenomen. Ook wordt de algemene reserve (tijdelijk) aangewend voor begrotingstekorten in latere jaren: deze systematiek wordt door de provincie geaccepteerd. Belangrijk is de notie dat alleen de algemene reserve ‘meetelt’ bij de bepaling van de weerstandsratio, maar de facto hebben wij met de reserve Enecogelden nog een exceptionele financiële buffer. In deze begroting geven we daarom ook het weerstandsvermogen inclusief de Enecoreserve weer.

Algemene reserve
De omvang van de algemene reserve en de reserve Enecogelden per eind 2024 is € 169,4 miljoen. In 2024 wordt € 7 miljoen toegevoegd aan de algemene reserve (vanuit het jaarrekeningresultaat 2023), en wordt € 21,4 miljoen onttrokken. Hierdoor daalt de omvang per saldo met € 14,4 miljoen. De voornaamste onttrekkingen zijn € 5,6 miljoen aan budgetoverhevelingen en de overheveling van € 4,6 miljoen richting de kapitaallastendekkingsreserve. Daarnaast is er 1,2 miljoen onttrokken voor de uitvoering van het Horti Science project. Ook het verwachtte negatieve jaarresultaat 2024 van € 2,6 miljoen wordt gedekt uit de algemene reserve. De geprognosticeerde onttrekkingen van de algemene reserve in de komende jaren zijn mede het gevolg van de negatieve structurele begrotingssaldi in 2025 en verder; dit zijn tijdelijke onttrekkingen. Deze systematiek wordt door de provincie als financiële toezichthouder toegestaan. Als het betreffende begrotingsjaar is bereikt zal voor dat jaar weer een structureel sluitende begroting moeten worden opgesteld.

Weerstandsratio
Het weerstandsvermogen geeft aan of de gemeente in staat is om financiële tegenvallers op te vangen zonder de noodzaak om direct te bezuinigen en/of de lokale lasten te verhogen. Bij het vaststellen van de begroting 2024 besloot uw Raad om de reserve Enecogelden voortaan onderdeel te laten zijn van de beschikbare weerstandscapaciteit (die dan bestaat uit het totaal van de algemene reserve en de reserve Enecogelden). Met een ratio weerstandsvermogen van 2,9 in 2024, aflopend naar 2,6 eind 2028 is Lansingerland in staat om financiële tegenvallers op te vangen. De ratio ligt in 2024 buiten (boven) de bandbreedte van de door de raad gewenste marge (tussen de 1,4 en 2,0) en kan als ‘ruim voldoende’ worden aangemerkt. De raad streeft naar een ratio van 1,7. Opgemerkt wordt dat in de bepaling van de weerstandscapaciteit, conform de nota risicomanagement en weerstandsvermogen, nog geen rekening wordt gehouden met toekomstige positieve resultaten op de grondexploitatie. Op basis van de cijfers van het MPG 2024 verwachten we de komende jaren nog wel positieve resultaten die op moment van realisatie (bij de jaarstukken) in de algemene reserve worden gestort.

De algemene reserve neemt de komende jaren af door de (nu nog) nadelige verwachte saldi van de toekomstige begrotingen, met name in de jaren 2026 en 2027. Uitgaande van het feit dat de gemeente jaarlijks een structureel sluitende begroting aan de Provincie dient aan te bieden zal deze afname zich de komende jaren waarschijnlijk niet voordoen. De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken. 

bedrag x € 1.000
Stand Algemene Reserve en Reserve Enecogelden Begrotin 2025-2028 2024 2025 2026 2027 2028
Stand per 1/1 183.813 169.364 164.241 154.913 145.421
Toevoegingen 7.003 0 0 0 0
Onttrekkingen 18.830 3.103 299 122 123
Resultaat Begroting 2025-2028 -2.622 -2.020 -9.029 -9.370 -6.025
Totale mutatie -14.449 -5.123 -9.328 -9.492 -6.148
Stand Algemene Reserve en Reserve Enecogelden Begrotin 2025-2028 169.364 164.241 154.913 145.421 139.273

Tot slot

Terug naar navigatie - Tot slot

Omschrijving (toelichting)

Bij de toelichting op de programma’s en de beleidsvelden wordt uw raad meer gedetailleerd meegenomen in de problematiek en de maatregelen waarvoor het college gericht heeft gekozen.